Let op! Voor dit product geldt een muzikale bijsluiter, hierin staat dat het verslavingsgehalte van dit product zeer groot is.
Het is heet, vreselijk heet. Overal om je heen alleen maar woestijn. Uitzichtloos. De hete wind schroeit op je huid en waait zand in je ogen. Je keel is droog als schuurpapier. Lopen, alleen maar lopen. Het enige dat je hoort zijn je eigen ploffende voetstappen door het mulle zand.
Met dit beeld in je achterhoofd zal de muziek van het vijfde Gazpacho album nog meer tot de verbeelding spreken. “Tick Tock” is een conceptalbum. Het draait om Antoine de Saint-Exupery. Deze piloot deed in 1935 een poging om van Parijs naar Saigon te vliegen. Midden in de Sahara crashte zijn vliegtuig en samen met zijn copiloot Prevot moest hij zijn weg terug zien te vinden. Zijn ervaring zette hij later om in het boek “Wind, Sand and Stars”.
Na het onbetwiste meesterwerk “Night” zijn de mannen terug met een nieuw album. Weinigen zullen het met me oneens zijn als ik stel dat Gazpacho met “Night” een baanbrekend album heeft afgeleverd. Maar ja, hoe daarna verder? Ik was best wel eens bang dat het volgende Gazpacho album een slap aftreksel van “Night” zou worden. Die angst is gelukkig totaal ongegrond. Zou je me geloven als ik zei dat “Tick Tock” met gemak het niveau van “Night” haalt? Zou je me geloven als ik zei dat dit album net zo baanbrekend is als zijn voorganger? Het is namelijk wel zo.
Ik heb het album in twee weken tijd zo’n 40 keer beluisterd en nog steeds ontdek ik nieuwe dingen. Net als in “Night” is de gelaagdheid van dit album ongekend. Alles is zo vreselijk sterk opgebouwd, uitgewerkt en uitgevoerd. Desert Flight doet het als opener geweldig. Het opent lekker pittig en ontpopt zich als een heerlijk nummer met een prachtige rol voor het mooie vioolspel van de sympathieke Mikael Krømer. Na dit nummer zit je meteen diep weggezonken in de muziek en wil je niets liever dan verder ondergedompeld worden in de muziek van deze Noren.
En oh, wat heeft de band nog veel moois in petto. The Walk is het op één na langste nummer op de cd en komt direct binnen in de top drie van mooiste Gazpacho nummers. Wanneer je het thema goed in gedachten houdt, neemt de band je mee op een tocht zoals je nog nooit hebt gemaakt. Je voelt bijna de zon op je huid branden en het zand tussen je tenen. De muziek zwelt aan en wordt weer zacht. Bloedstollend mooie melodieën voeren je mee en de stem van Jan Ohne en het vioolspel van Mikael Krømer brengen je bijna in een soort trance. Een trance die ze met “Night” ook zo sterk wisten op te roepen. Zo’n gevoel dat je telkens opnieuw wil ervaren.
Het hoofdmenu bestaat uit het titelnummer Tick Tock. Dit nummer hebben ze al een paar keer live gespeeld, maar het is in tussentijd meerdere keren aangepast. Het nummer heeft korter geduurd en langer. Er is materiaal toegevoegd en weggehaald. Als een beeldhouwer die zijn ontwerp probeert te perfectioneren, zo heeft de band aan dit nummer geschaafd. En het resultaat is geweldig. Ik heb een versie mogen horen die ruim 27 minuten duurt, maar het nummer dat op het album gekomen is vind ik sterker. Het is vrijwel onmogelijk om dit nummer te beschrijven, je zal het moeten ondergaan. Werkelijk alles is goed in dit nummer. Drummer Robert Johansen overtreft zichzelf en gitarist Jon-Arne Vilbo laat hierin horen dat hij ten eerste gegroeid is in zijn spel en ten tweede steeds belangrijker wordt voor de band. Veel van zijn solo’s zijn meer op de achtergrond te horen, maar dat maakt de belevenis alleen maar intenser. Ook het gebruik van de akoestische gitaar geeft het nummer zoveel meer. De finale van dit nummer is zo goed opgebouwd en komt zo intens over, dat het onmogelijk is om niet emotioneel te worden.
Gazpacho heeft het onmogelijke waar gemaakt. Ze hebben een album afgeleverd dat net zo goed is als “Night”. Welke band levert tegenwoordig nog twee meesterwerken na elkaar? Gazpacho dwingt met dit album heel veel respect af. Dit is prog van het hoogste niveau. Het is pas maart, maar ik kan me werkelijk niet voorstellen dat er dit jaar een beter album uitkomt dan dit album.
Maarten Goossensen