Ghiribizzi

Pan'ta Rhei

Info
Uitgekomen in: 2005
Land van herkomst: België
Label: eigen beheer
Website: http://www.ghiribizzi.com/
Tracklist
Asian Love (14:15)
Break Down Soon (5:33)
Fires Of Hell (6:47)
Farewell To God (8:30)
The Light (5:11)
Remember Paris (5:41)
Time (7:11)
Valleys Of Gold - Chapter 1 [ft. The Walls Of Love] (11:36)
Don't Fear The Unknown (7:06)
Bitter End (3:22)
Frank Centauri: zang, toetsen
Gino Bartolini: drums
Dario Frodo: zang, gitaar
Little John: bas
Pete Mushroom: zang, toetsen
Yves Simmah: toetsen, achtergrondzang
Pan'ta Rhei (2005)
Zep Tepi (2001)

 

Ghiribizzi is een zeskoppige band uit België, die ons een vlot en aangenaam klinkende mengeling van artrock à la Queen, Valensia, A.C.T. en neoprog volgens Arena, Jadis en Marillion brengt. Op hun tweede cd hoor je ze soms rocken zoals Knight Area en Casual Silence dat kunnen en dan ineens hoor je een synthesizersolo waar Clive Nolan zich niet voor zou schamen. “Pan’ta Rhei” zal voor fans van bovenstaande groepen een welkome aanvulling op hun verzameling kunnen zijn, maar let wel: een aanvulling. Want alhoewel een aangenaam plaatje met soms prettige melodieën en goeie arrangementen, betreft het materiaal op “Pan’ta Rhei” soms ook een beetje 13-in-een-dozijn. Met andere woorden: wat Ghiribizzi ons hier biedt is aangenaam, maar verre van briljant.

Zowel de vreemde naam, als de nog vreemdere titel geeft al aan dat de muziek van Ghiribizzi alle kanten op meandert. Ghiribizzi is Italiaans voor ‘veranderend’ of ik las ook ergens ‘het duizelig wordende gevoel dat je krijgt van al je ideeën’. Pan’ta Rhei is Grieks voor ‘alles is constant aan het veranderen’. Het is inderdaad waar dat Ghiribizzi verschillende stijlelementen van de vlotte ‘classic rock’ weet te integreren in hun muziek, maar het verdient een compliment dat de cd toch als een eenheid klinkt. Dat heeft twee redenen. Om te beginnen is daar de stem van Frank Centauri. Alhoewel de band drie leadvocalisten bezit, is hij degene die de meeste zangpartijen voor zijn rekening neemt. Zijn stem ligt tussen Fish zonder de whiskyinvloeden en Max Werner (ex-Kayak) in een dronken bui. Soms klinkt hij als Kees Bik (ex-Plackband) zonder rugproblemen. Zijn stem zal sommige lezers dezer site (om niet te vergeten sommige recensenten) naar de progzolder doen vluchten, maar Centauri’s stem is nooit vals. Hooguit even wennen. De tweede reden is de aanwezigheid van ‘van-dik-hout-zaagt-men-planken’-gitaartechnieken van Dario Frodo. Zelden heb ik een gitarist in een neoprog-band kunnen bespeuren die zo schijnbaar fantasieloos en standaard zijn element beroert. Maar – en dat is een compliment – hij doet dat zeer consequent en dat geeft Ghiribizzi een bepaalde eenheid. Dat blijkt nog het beste uit The Light¸ dat bij eerste beluistering erg standaard AOR klinkt, maar door het refrein op een hoger plan wordt getild. De heerlijke toetsensolo’s helpen ook natuurlijk. Frodo is ook alom vertegenwoordigd en dat is heel wat, omdat de Belgische band over maar liefst drie toetsenisten beschikt. De Journey-achtige ballade Remember Paris, dat hij overigens zelf prachtig zingt, geeft ook aan dat Frodo een belangrijk element binnen het groepsgeluid is. Oh ja, de gitaarsolo in dat nummer verdient vermelding. Mooi!

Toch is Frank Centauri de bepalende kracht binnen de band, bewust of onbewust. Nagenoeg alle tracks zijn gecomponeerd door hem. Ghiribizzi doet in de ‘liner notes’ en op de overigens prachtige website uitgebreid melding dat ze niet puur tot de symfonische rock behoren, hoewel een nummer als Valleys Of Gold toch wel Arena als voornaamste inspiratiebron kent. Nochtans is het een leuk nummer. Het kent een geweldig Mini-Moog thema, dat overigens pas rond de drie minuten tot volledige wasdom komt. Het walsthemaatje dat erin is verwerkt is leuk, zij het beetje kunstmatig. Daarna neemt Ghiribizzi trots de neostrijdbijl weer ter hand en sluit af als ware men Arena ten tijde van “Pride”, maar dan lang niet met dezelfde klasse.

De plaat is met 75 minuten een hele zit. Ondanks dat de muziek van hot naar her springt, wedijveren neoprog en ‘Queen-mania’ binnen de meeste nummers met elkaar om de aandacht. Toch grenst deze mix soms vervaarlijk dicht tegen de irritatiegrens aan. Schuurt… want de opener Asian Love (een thema om je als recensent mee te verenigen) kent een afwisseling van prettige melodieën, maar ook tenenkrommende tussenstukjes en refreinen.

Dat de muziek van Ghiribizzi nog geen eigen gezicht vertoont wil ik ze vergeven. Dat ze nog niet over de hele linie kunnen boeien ook. Een strengere producer die de band laat zweten en schelden kan in de toekomst zeker uitkomst bieden. Don’t Fear The Unknown had namelijk zeker zo niet op de plaat mogen komen. Best redelijk nummer hoor, maar tekstueel en vooral qua gitaarspel van Frodo rammelt de productie aan alle kanten. Ondanks alle moeite, zweet en plezier die gestoken is in “Pan’ta Rhei”, kan ik niet anders dan tot de conclusie komen dat we hier te maken hebben met een middelmatig product. Misschien dat de groep door ontzettend veel oefenen en optreden met name live tot een hoger niveau kan komen, we zullen het binnenkort ongetwijfeld kunnen aanschouwen. Doch door de lichtpuntjes, de meestal prettige toetsensolo’s en absoluut het spelplezier geef ik Ghiribizzi voor de toekomst voorlopig het voordeel van de twijfel.

Markwin Meeuws

Send this to a friend