In het spoor van “Journey Of The Dunadan” kiest Glass Hammer als thema voor zijn tweede album voor het werk van een andere bekende auteur uit het fantasygenre. Niet J.R.R. Tolkien maar C.S. Lewis (ook van The Chronicles Of Narnia) is de inspirator van de teksten van de meeste nummers op deze cd.
De titel “Perelandra” is ontleend aan de zogenaamde ‘ruimte-trilogie’ van Lewis, waarin de hoofdpersoon Ransom een wonderlijke reis maakt langs Mars en Venus, waarna de ontknoping (die model staat voor de hele wereldgeschiedenis) plaatsvindt op aarde. Perelandra is Lewis’ naam voor Venus, waar Ransom in het tweede deel van de trilogie gebeurtenissen meemaakt die sterk doen denken aan de geschiedenis in het Bijbelboek Genesis, waarin de duivel, of Satan, de eerste vrouw, Eva, verleidt tot zonde.
Muzikaal is “Perelandra” misschien wat diverser dan “Journey Of The Dunadan” en het valt soms niet mee er een geheel in te horen. In het eerste echte nummer, Time Marches On, horen we flarden U.K. in mooie stuwende baspartijen met sfeervolle toetsentapijten. Het titelnummer is een fraai ambient instrumentaaltje dat zo op “The Inconsolable Secret” had kunnen staan (trouwens ook ontleend aan een uitdrukking van C.S. Lewis). En de toetsen en achtergrondzang op Lliusion, tja, dat is echt Glass Hammer a la “Lex Rex”. Tussendoor herkennen we een nummer dat ook op “Dunadan” staat, de ballad The Way To Her Heart. Maar ook is er de aparte elektronische cadans in That Hideous Strength en een scheurende saxofoon en glijdende gitaar op La Dance Final. Het zilveren schijfje wordt afgerond met Heaven, een Yes-achtig nummer waarin Fred Schendel als Rick Wakeman in zijn hoogtijdagen over de toetsen zwabbert en met een heerlijke opbouw “Perelandra” tot een einde brengt dat je toch het gevoel geeft dat het een hoge ‘replayability’ heeft voor een tweede album.
Bart Cusveller