Gratto

Anakin Tumnus

Info
Uitgekomen in: 2002
Land van herkomst: Verenigde Staten
Label: PMM
Tracklist
Passage Of Time (9:03)
Call And Response (10:29)
Shift (16:50)
Gratto: piano, orgel, zang
Gary Madras: basgitaar
Brett Rodler: drums
Chris Rodler: gitaren
Anakin Tumnus (2002)

 

Er is iets vreemds aan de hand met deze cd. Wie hem zonder enige voorkennis beluistert, ontdekt al snel enige eigenaardigheden. Waarom is de zang zo zacht? Waarom klinkt de piano zo blikkerig en (soms) vals? Is die band nou echt hier en daar onstrak? Had dat piano-intermezzo niet beter ingespeeld kunnen worden? Waarom is de plaat zo kort (36 minuten)?

Het begeleidend schrijven biedt maar voor een deel de oplossing tot dit raadselachtige plaatje. Gratto is niet alleen een band, het is ook de zanger, toetsenist en bedenker van het concept, tekstschrijver en belangrijkste componist. Samen met de broertjes Chris en Brett Rodler (beter bekend van de Amerikaanse band Leger de Main) en bassist Gary Madras trok hij zich in 1996 terug in een kerkje om te werken aan het idee dat hij in zijn hoofd had. In drie jaar tijd namen de mannen drie nummers op en daarna viel de band uit elkaar. Pas in 2001 vond Chris Rodler, ondertussen ook eigenaar van platenlabel PMM, een DAT-tape met opnamen van Gratto en werd hij weer enthousiast over de muziek. Hij zette de laatste muzikale puntjes op de i. En dan staat er in de biografie die bij de cd zit een vaag zinnetje: “Though the spirit of Gratto had been revived, unfortunately the body of the band remained distanced.” Ja, ja.

Opeens valt alles op zijn plaats: Rodler heeft met behulp van die oude opnamen de plaat afgemaakt, maar Gratto, de zanger en pianist, is daarbij waarschijnlijk niet betrokken geweest. Daarom moest gebruik worden gemaakt van zijn oude, hier en daar krakkemikkige piano partijen. Daarom is zijn zang soms wat valsig en bewust zacht gehouden. Knip- en plakwerk!

Desondanks is “Anakin Tumnus” moeiteloos één van de tien beste platen van het jaar. Dat rammelige, blikkerige geluid heeft ook zijn charmes, en met de muziek is niets mis. De band is duidelijk beïnvloed door Yes, zonder heel nadrukkelijk op die groep te willen lijken. Sommige passages, vooral in Call And Response en Shift zijn net zo hectisch als de drukste stukken van “Fragile”, vooral waar bassist Madras om de leidende melodielijnen heen fiedelt. De band klinkt fel en gretig, offert individuele virtuositeit op aan het hechte groepsgeluid (geen solo’s) en wisselt fluisterzachte delen af met King Crimson-achtig kabaal. Er is veel aandacht voor akoestische interludes, zoals een vier minuten durend pianorecital in Shift, waarin een stukje Satie en een gezellige riedel barpiano verwerkt zijn. Beetje slordig gespeeld allemaal, maar het geeft de muziek net iets meer lucht, waardoor ook de stevige stukken extra hard aankomen.

Zanger Gratto, wiens identiteit voor de luisteraar verborgen blijft, heeft een stem die het midden houdt tussen Fish en Michael Sadler. Zoals gezegd is hij wat achterin de muziek weggemixt en had hij sommige coupletten waarschijnlijk liever nog eens over gedaan, maar toch komt hij overtuigend over. Zijn teksten zijn niet helemaal goed te volgen, maar in hoofdlijnen gaat het over het gevecht tussen goed (God?) en kwaad dat in de mens kan woeden.

Conclusie: drie ijzersterke stukken die alles hebben wat een progliefhebber maar kan wensen: afwisseling, lyriek, knap drum- en baswerk, zeer functioneel gitaarwerk en een afgerond verhaal in minder dan veertig minuten. Als de band nog had bestaan en de mogelijkheid had gehad om de boel nog eens netjes op te nemen (en misschien nog een kwartiertje toe te voegen) hadden we zonder twijfel de plaat van het jaar binnen gehad.

Erik Groeneweg

Send this to a friend