Ik ben best een vriendelijke knul en ik vind het dan ook eigenlijk een beetje flauw om over dit soort dingen te klagen, maar in het geval van Grey Lotus kan ik mij niet weerhouden van het plaatsen van deze kritische noot. Met een geschatte drie- tot vierhonderd miljoen ‘native speakers’ is het Engels een van de meest gesproken talen ter wereld. Er zijn dan ook talloze mensen die een in het Engels opgestelde tekst zouden kunnen proeflezen en aangeven dat er hier en daar wellicht ruimte voor verbetering is. Het lijkt mij dan ook onwaarschijnlijk dat deze Nederlandse band, die met “The Art Of Listening” in eigen beheer debuteert, niemand heeft kunnen vinden om even naar de songteksten te kijken. Toch vermoed ik dat de teksten niet bekeken zijn door iemand met een adequate beheersing van het Engels.
Los daarvan is het nooit aan te raden om te proberen poëtisch te zijn in een taal die je onvoldoende beheerst; daar kunnen immers bijzonder onappetijtelijke dingen uit voortkomen. Een voorbeeld: “I approach you with a kitchen knife / you look so nice, my lovely wife / she sees me and she freezes / I cut her into pieces”. Hrrm. (En dan zeg ik nog niets over het accent van leadzanger Joost Verhagen.) Als ik even een navenant beroerde woordgrap mag maken: het steenkoolgehalte van dit Engels is voldoende om Al Gore weer op zijn klimaatstokpaardje te doen klimmen. Het zou zijns inziens beter geweest zijn als de zang niet zo sterk op de voorgrond had gestaan.
Om maar gelijk mijn andere grote kritiekpunt te benoemen (dan hebben we dat maar weer gehad): als je dan al een drumcomputer wilt gebruiken, doe het dan op creatieve wijze, zoals Devin Townsend of Tomas Haake van Meshuggah. Dit soort blikken gerammel in plaats van echt drumwerk kan werkelijk niet meer, en doet alleen maar afbreuk aan de muziek.
Indien de heren van Grey Lotus de Engelse teksten bijschaven (of gewoon in het Nederlands verdergaan), zich wat minder pseudo-poëtisch uitdrukken, en een drummer in de arm nemen, kan er nog best wat moois ontstaan. De band is goed in het creëren van melancholieke sfeerbeelden, zoals bijvoorbeeld op het mooi gezongen Not If, dat opgebouwd is rond een Pink Floyd-achtige gitaarpartij en besloten wordt met een simpele doch doeltreffende vioolpartij. Ook het instrumentale gedeelte van Guardian Angel, aangekleed met Steven Wilson-achtige gitaarnoise, kan bekoren, en ook Miscommunication, waar de drumcomputer wordt gebruikt als zelfstandig instrument – en niet als drumsubstituut – weet te overtuigen.
Het is dan ook jammer dat “The Art of Listening” op een aantal punten zo tekortschiet, want op andere momenten is de muziek wel de moeite waard. Voorlopig valt echter vooral te hopen dat de band bij zichzelf te rade gaat en zichzelf een goede makeover geeft om verdere verkwisting van muzikale potentie te vermijden.
Christopher Cusack