Het zijn zware tijden geweest voor deze Franse Canadezen. Bracht Hamadryad ruim vier jaar geleden hun debuut “Conservation Of Mass” uit, nauwelijks waren de lovende recensies verstomd, of zanger Jocelyn Beaulieu gaf er de brui aan. Om het leed nog wat te verzwaren, was het debuut inmiddels uitgegroeid tot een kaskraker in het assortiment van hun platenmaatschappij. Menig andere progband zou door dit soort strubbelingen en hooggestemde verwachtingen als een zeepbel uit elkaar zijn geklapt, zo niet Hamadryad. Met de gedachte dat bassist Jean-François Désilets toch ook een beetje kan zingen, gingen de vier overgebleven leden de studio in en deze nieuwe “Safe In Conformity” is daarvan het resultaat.
De muziek van Hamadryad kenmerkt zich door een agressieve, tegen progmetal aanleunende aanpak, gecombineerd met ingewikkelde songstructuren, afgemaakt met een stevige dosis Genesis. De vier muzikanten zijn zonder uitzondering voortreffelijke muzikanten, die – mocht deze plaat jammerlijk floppen – vast een goed betaalde bijbaan als muziekleraar kunnen krijgen. Met name het zessnarige baswerk van Désilets, lekker prominent in de mix geplaatst, klinkt fabelachtig goed. Ondanks het soms rommelige karakter van de muziek, is de productie helder en transparant, waardoor al het instrumentale krachtpatserij goed te volgen is. Tot zover het goeie nieuws.
Er zijn twee belangrijke redenen waarom “Safe In Conformity” bij lange na niet de verwachting inlost dat het debuut vier jaar geleden wekte. Om te beginnen is daar de stem van Désilets, wiens stem lijkt op die van Kees Bik (ex-Plackband) op een slechte dag. Om het nog grover te stellen: de man mag dan een meester op de basgitaar zijn, zingen kan hij niet. Daar zouden we misschien nog overheen kunnen stappen, maar de nieuwe cd van Hamadryad heeft een nog belangrijker probleem. De plaat heeft nauwelijks memorabele thema’s of uitgewerkte melodieen. Het enige nummer dat een werkelijk sterk refrein kent is de afsluiter Omnipresent Umbra. Probleem van dat nummer is dan weer de lengte, het nummer duurt feitelijk te lang en het genoemde sterke refrein wordt keer op keer herhaald. Ook de melodielijn, en dan met name de daaruit uitgewerkte gitaarsolo van Frail Purpose is mooi.
Toch is het moeilijk verdere hoogtepunten aan te wijzen. Het openingsnummer Anatomy Of A Dream doet wellicht bij eerste beluistering aan Genesis denken, nadere bestudering levert eerder invloeden op als Neuschwanstein, Flame Dream en – jawel – Plackband. Toch is dit één van de sterkste nummers van de plaat, alhoewel de zang van Désilets gelijk al tenenkrommend is. Daarna gaat het rap mis. Self Made Men is een te lang nummer dat stoelt op één interessant thema, terwijl de rest van de thema’s er maar een beetje bij lijken te hangen. Zowel de heftige toetsensolo van Francis Doucet als de agressieve gitaarsolo van Denis Jalbert klinken gekunsteld in mijn oren. 24 begint heel aangenaam, en geeft de cd tevens een welkom rustpunt, het nummer zelf snakt naar een sterke melodielijn of refrein.
Naarmate de cd naar het einde komt, wordt de muziek steeds steviger. Dat is op zich zeker niet erg, ware het dat Désilets hoge zangpartijen voor zijn rekening probeert te nemen. Met name in het schreeuwerige en drukke Polaroid Vendetta rekt hij zijn stembanden zo enorm uit, dat het resultaat haast onbeluisterbaar wordt. Zoals bij de hele plaat komt bij mij het akelige vermoeden te boven dat een live-optreden van Hamadryad door deze nieuwe zanger welhaast een verschrikking moet zijn.
Ik zou willen wat positiever te kunnen zijn over Hamadryad, maar het geboden songmateriaal is te zwak om de plaat boven de middelmaat uit te tillen, en zoals gezegd zorgt de zang er zelfs voor dat “Safe In Conformity” daar zelfs ver beneden valt. Jammer, want er had zeker meer uit gehaald kunnen worden, gezien de kwaliteit van de muzikanten. Misschien dat een nieuwe zanger en een goeie producer in de toekomst uitkomst kunnen bieden.
Markwin Meeuws