Hawkwind staat bekend als een groep met muziek waarvan je houdt of niet. Een tussenweg zoeken, of letterlijk gezegd: afstappen van die rijdende space-rocktrein, is er simpelweg niet bij de Engelsen. Hun ruim veertig jaar boeiende historie is er een waar menig boek over vol geschreven kan worden, maar niet alle platen van de groep zijn even sterk. Dat komt mede door de vaak wisselende bezetting. De band staat in de loop van de jaren tachtig onder leiding van oudgedienden Dave Brock en Harvey Bainbridge. Gitarist Huw Lloyd-Langton is inmiddels vertrokken, terwijl Alan Davey de nieuwe bassist wordt, omdat Bainbridge overschakelt naar toetsen. Richard Chadwick is de nieuwe drummer en Simon House keert terug op het oude nest, nu als violist. Een opvallende rol heeft zangeres Bridget Wishart, die in 1989 toetreedt tot Hawkwind en waarna het zestal de nieuwe plaat “Space Bandits” opneemt.
Gelijk is op dit album te horen dat, in vergelijking met voorganger “The Xenon Codex” een frisse wind is gaan waaien binnen de groep. Niet dat erg rigoureus wordt afgeweken van de stevige en zweverige basis, maar toch klinkt Hawkwind op “Space Bandits” vitaler dan op andere platen uit dat decennium. Zoals Wings, een stuk dat zo’n typisch donker new wave-randje heeft, waarin Bainbridge een heerlijk dromerige toetsenpartij legt en de zang op het conto van Davey komt. Dan heeft Wishart zich al bewezen met Images en in Black Elk Speaks draait het om gesproken woorden die John Neihardt voordraagt uit zijn gelijknamige boek. De beuk gaat er vervolgens weer flink in op de tweede helft van de plaat en dan wordt ook de rol van Brock een stuk duidelijker. Veel gierende gitaren en stuwend drumwerk, waarbij een drumcomputer als basis dient voor Chadwick’s spel, dat zeer onderbelicht blijft op dit album. Terwijl de donkere, onheilspellende sfeer bijna dat tijdloze en typische Hawkwind karakter in zich heeft, bewijst de ritmische elektronica dat we hier met een album uit 1989 te doen hebben. Retestrak is het natuurlijk wel, maar het kunstje was toen al niet meer nieuw in het harde rock genre (ik noem een ZZ Top) en doet op sommige momenten (Out Of The Shadows) een beetje hopeloos aan. De bas in Ship Of Realms klinkt ook erg ‘synthesized’. Gelukkig komt het ruimtelijke materiaal – Realms en het overgrote deel van TV Suicide – veel beter uit de verf voor wie van de meeslepende en trance-achtige gedeelten van Hawkwind houdt. Met name TV Suicide is hypnotiserend en bevat nog een coda waarin Bainbridge zijn toetsen goed aan bod laat komen. Pure ambient, voor wie dat wil weten.
De bonustracks op deze door Atomhenge uitgegeven heruitgave van “Space Bandits” bestaan uit een singleversie van Images en twee live in de studio gespeelde stukken: Out Of The Shadows is daarvan al bekend, maar het nummer Snake Dance is nog nooit eerder uitgebracht. Op deze stukken gaat Chadwick zonder hulp van de computer tekeer; alleen daarom al een waardevolle aanvulling, want lang heeft deze bezetting van Hawkwind nooit bestaan. Zowel Wishart, House als Chadwick pakken snel weer hun biezen en Bainbridge geeft er een jaar later de brui aan. Dat maakt dit album tot een opvallend, maar weinig succesvol stukje uit de historie van de groep, die nooit aan muzikale concessies heeft gedaan, maar soms iets teveel is beïnvloed door technologische hypes. Dat laatste is op “Space Bandits” duidelijk aantoonbaar, maar als geheel heeft deze plaat een sfeer die je bij de keel grijpt. Of niet natuurlijk. Zo zit dat bij Hawkwind.