Ook met hele kleine stapjes kun je ver komen!
Het duurt even, maar dan heb je ook wat! Dat slaat niet alleen op de verhaallijn van de rock opera “Babysteps”, maar ook op de totstandkoming van dit album. Multi-instrumentalist Henning Pauly, Amerikaan van Duitse komaf, heeft eindelijk tijd gevonden om dit reeds lang geleden aangekondigde project af te ronden. Hij heeft daarvoor wel – vanwege conflicterende agenda’s van de diverse gastzangers en -muzikanten – zijn oorspronkelijke ambities moeten laten varen. De aanvankelijke opzet was om van “Babysteps” een dubbel-cd te maken, maar star blijven vasthouden aan die optie zou het op de lange baan schuiven van het hele project betekend hebben. Dat scenario klonk Pauly niet als muziek in de oren. We moeten het nu dus doen met slechts een enkele cd, hetgeen overigens altijd nog goed is voor ruim 75 minuten oorverpozing.
Het draait op “Babysteps” allemaal om Nick (Jody Ashworth, Trans Siberian Orchestra), een door een ongeluk half verlamd geraakte atleet. In de cafetaria van het herstellingsoord waar hij terecht is gekomen, wordt hij aangesproken door Matt (Matt Cash, Chain), een eveneens rolstoelende medepatiënt. Nick wil in eerste instantie helemaal niks van Matt weten omdat hij, in de steek gelaten door zijn eigen familie, het geloof in het leven en de mens totaal is kwijtgeraakt. Een bezoekje aan zijn arts Dr. Raspell (James Labrie, Dream Theater) maakt van Nick een nog depressiever en woedender man. Opnieuw ontmoet hij Matt in de cafetaria en er ontstaat een voorzichtige vriendschap tussen beiden. Matt raadt Nick aan om eens te gaan praten met zijn arts Dr. Sizzla (Michael Sadler, Saga) en die ontmoeting geeft Nick een andere kijk op zijn situatie. Met dat gesprek in zijn achterhoofd komt het tot een heftige woordenwisseling tussen Nick en Dr. Raspell. Als zij elkaar echter een paar dagen later weer ontmoeten geeft Dr. Raspell in een lange monoloog zijn fouten toe. Hij heeft voor de verkeerde benadering gekozen. Ze spreken af voortaan samen te werken aan Nick’s herstel. Uiteindelijk doen Nick en Matt, onder het genot van een goor bakje ziekenhuiskoffie, de belofte om er als echte vrienden voor elkaar te zijn. Wederzijdse motivatie moet hen beiden, letterlijk en figuurlijk, weer op de been helpen.
Een aangrijpend verhaal dat in de muziek zijn volledige ondersteuning krijgt. Qua stijl heeft Henning Pauly op “Babysteps” gekozen voor een aanpak die invloeden van vooral Trans SIberian Orchestra en in iets mindere mate Savatage mengt met de progressieve metal zoals we die kennen van de beide Frameshift albums, een ander kunstje van muzikaholic Pauly. “Babysteps” wordt gedragen door de verschillende vocalisten, die dan ook prominent in de mix aanwezig zijn. De vrij dof klinkende en wat weggemoffelde (excuses voor de woordspeling) drums, die ook door de veelzijdige Pauly zelf zijn ingespeeld, hadden een beter lot in het geheel verdiend. Wel prettig zijn het crunchy gitaargeluid en de vaak opduikende, kristalheldere pianoriedels. Naast de instrumentale intermezzo’s Café 1 t/m 5, waarvan nummertje 4 en 5 de nodige splijtende en verschroeiende gitaarescapades kennen, telt “Babysteps” een tiental andere composities met zang.
Sterk zijn de zwaar door TSO geïnfecteerde songs I Don’t Need You, met een hoofdrol voor de sonore, zware stem van Jody Ashworth en Whenever You Dream met zijn strijkers en symfonische arrangementen. Nog sterker zijn het machtig mooi opgebouwde A Place In Time, met fraaie driekleurige canonzang, een uitblinkende Michael Sadler en een steeds feller worden gitaarsolo van Ian Crichton (ook Saga). En uiteraard het dramatische epos What Do You Know?, waarin Nick (Ashworth) en Dr. Raspell (LaBrie) elkaar op voortreffelijke wijze vocaal in de haren vliegen. Voor de broodnodige rustpuntjes tussen al dit hardvochtige geweld zorgen de akoestische ballade The Door en het door Cash met verve gezongen The Last Song, waarin het overigens tegen het einde nog knap onrustig en pittig toegaat, alvorens de met vele vette gitaarsolo’s doorspekte finale Café 5 deze cd op waardige wijze in het slot gooit.
“Babysteps” is, zeker vanuit progressief oogpunt, Henning Pauly’s beste werk tot nu toe. Het is een fascinerende en bijzonder afwisselende rockopera met een goed verhaal, een goede cast en goede composities. We hebben er even op moeten wachten, maar zoals wel vaker, wordt ook nu het geduld weer ruimschoots beloond.
Joost Boley