De Amerikaanse heavyprogband Tiles maakte van 1994 tot 2016 zes albums. De muziek lag in het verlengde van ‘old school’ Rush. Chris Herin, de gitarist van Tiles, is nu terug met zijn debuutalbum. Een keur aan muzikanten uit de progwereld heeft een bijdrage geleverd aan “Hiding In Plain Sight”. Dit zorgt ervoor dat het album gevarieerd is. Van gitaargerichte (prog/hard)rock naar folk, en zelfs ambient en jazz. Als ik het goed begrijp heeft Herin de songs ook gericht geschreven naar de mogelijkheden van de muzikanten.
Het album trapt af met Warning Signs. Een rocker met Michael Sadler van Saga als zanger. Dit is een gitaargedomineerd nummer waar inderdaad de oude Rush-invloeden hoorbaar zijn. Niet slecht, maar zeker ook niet opzienbarend. In het tweede liedje The Darkest Hour is Martin Barre van Jethro Tull te horen. De invloeden van deze band liggen erbovenop en met name ook door de fluit.
Ik vind Herin het sterkst als hij folk een plek geeft in zijn muziek. Het wordt dan een stuk melodieuzer, minder eendimensionaal en ‘rockerig’. Living in the Night met als zanger singer-songwriter Matthew Parmenter is voor mij daarom een van de beste nummers van dit album; een mooi melodieus en melancholiek liedje. Ook het wat energiekere The Heart of You kan mij bekoren, door het refrein dat zich in je brein nestelt en de breed uitgemeten gitaarsolo van Peter Frampton.
Het nummer Second Ending met Matthew Parmenter doet bijna denken aan Woven Hand. Ik vind dit het meest interessante liedje van het album. Nu combineert Herin folk, AOR en prog en komt hij met een melancholisch nummer op te proppen waarvan ik er graag meer had gehoord.
Met Safe House (Isolation) gaat Hines een heel andere kant op. Met Tim Bowness op zang gaat de muziek richting no-man. Gewaagd, maar helaas levert deze samenwerking een wat saaie track op. Het album besluit met het jazzy White Dandelions. Ik vind het te prijzen dat Herin andere paden verkent, maar het traditionele rockgeluid past hem beter. Dat het mij te vaak te eendimensionaal is en richting ‘arenarock’ gaat, moet hij maar voor lief nemen. Dit album is dan ook met name aan te bevelen voor liefhebbers van traditionele gitaar(hard)rock met wat uitstapjes. Voor mij is het te weinig prog om er echt voluit van te genieten.