Dat er hier drank in het spel zit is gezien de albumtitel een ieder wel duidelijk, het is alleen niet duidelijk of het een Scotch of een Irish is. En aangezien er een 2e sessie uitgevoerd wordt is de link naar de jazz snel gelegd.
Jaren ’60 en ’70 jazz(rock), want daar hebben we het hier over, is iets waar Progwereld niet veel op zijn site over schrijft, maar omdat er een zijweg van deze Mountain Hill naar Djam Karet loopt is er wel een link naar de prog te leggen en geef ik het album een luisterkans. Het Californische Djam Karret heeft namelijk al uit heel wat verschillende instrumentale muziekvaatjes getapt de laatste decennia, dus wie weet.
Hillmen is opgericht in 2007 en bestaat uit Peter Hillman (Kiss The Frog) op drums, Gayle Ellett (Djam Karet) op toetsen, Jeff Smith (Insects vs. Robots) op basgitaar en Lito Magana Jr. (Mestizo Beat) op gitaar. Hun album werd op de ‘old fashioned way’ opgenomen. Dat wil zeggen, live in de (berg)studio zonder overdubs, bewerkingen of computermanipulatie. Om een levendiger, natuurlijker geluid te behouden, werd slechts een kleine compressie gebruikt in de mix, wat resulteerde in een kristalheldere productie waardoor elk instrument uitstekend te beluisteren is en elke solo prima te volgen. Daar kun je Djam Karet uit hun eigen huisproductie wel voor naar de studio sturen. De jazz sound wordt bereikt door de pingels op een Fender Rhodos elektrische piano en Minimoog te combineren met vintage gitaren en versterkers. De drummer blijft grip-technisch gezien op de traditionele manier de bekkens en tom toms beroeren, dus net als een trommelaar bij de plaatselijke harmoniefanfare. Er komt geen enkele ‘matched grip’ techniek aan te pas, zodat het allemaal verfijnd timmerwerk blijft en geen grof beukwerk. De bas grooved er dusdanig losjes op los dat ik zeker weet dat er geen Scotch of Irish geschonken wordt, maar een originele Amerikaanse Jack Daniels.
Liefhebbers van het genre weten genoeg en gaan die berg aan noten wel een keer beklimmen. Vele andere prog liefhebbers lopen er met een grote boog omheen. Free jazz improvisatie zonder vooraf bepaalde structuur, ritme, thema of sleutel is niet ieders cup of tea, of whiskey in dit geval. De artiesten stralen onderwijl een vrolijke sfeer uit. Aangewakkerd door het enthousiaste spel en ongetwijfeld de fles whiskey die na het eerste nummer al op moet zijn pielen ze er vrolijk op los. Mits er geen delirium opspeelt volgt er ooit wel een keer een vol. III. Voor de liefhebbers van traditioneel gestookte whiskey en jazz liefhebbers zullen we maar zeggen.
Jos Driessen