Een nieuwe Nederlandse progressieve rockband in het straatje van Riverside en in mindere mate, de latere Opeth.
Dat klinkt goed toch? En het moet gezegd worden, Inhalo, want daar hebben we het over, klinkt ook gewoon goed en lekker. Zeker voor wie houdt van wat heftiger, zwaar aangezet gitaargeweld in een progressief jasje, kan aan Inhalo veel luisterplezier beleven.
Inhalo bestaat uit ervaren muzikanten die gespeeld hebben in bands als A Liquid Landscape, Ivy’s Dream en The Heaven’s Devils. Ze traden op als support voor onder andere Karnivool, Riverside en Marillion. De heren hebben bovendien jaren gewerkt aan hun muziek. En dat is goed te horen. De muziek klinkt doordacht en gelaagd. Het overkoepelend thema van deze plaat is het omgaan met angsten en de groei die daarin mogelijk is.
“Sever” trapt af met het instrumentale Omniscient Being. Dit is een mooi, op piano gebaseerd stukje muziek, dat de opmaat is voor Subterfuge. Na een ronkende basgitaar vallen de zwaar aangezette gitaren op. Inhalo weet bovendien spanning in zijn muziek te leggen. Dat komt ook door de zang van Fons Herder. Zijn zweverige en zwierige, haast indie-achtige stemgeluid past op de een of andere manier goed bij de intense en zware muziek van Inhalo. Een goed voorbeeld is het derde nummer, Sisyphean. De muziek gaat richting Opeth en bij tijd en wijle zelfs wat Tool, maar slaat daar niet in door.
Dat Inhalo ons ook kan fêteren op mooie melodieën bewijst Pretenders wel. Dit wat rustigere nummer bevalt me met een vette gitaarsolo bovendien. Het nummer Eventide begint met een stukje spel op de sarangi door Vincent Swiersma. Dit is een snaarinstrument uit de Hindoestaanse muziek en geeft een beklemmend en spiritueel geluid. Het nummer gaat daarna de kant op van Riverside, Porcupine Tree en The Pineapple Thief. Ik vind dit een hoogtepunt op “Sever”. Vooral ook door de emotie die de heren in muziek leggen.
Last Vestige is het langste nummer van de plaat en klokt dik boven de zeven minuten. Ook deze song biedt weer veel variatie, waardoor de band de aandacht goed vast weet te houden. Dat komt met name ook door de afwisseling tussen de rustige en heftigere passages, met als gemene deler dat alles behoorlijk intens klinkt. Met het instrumentale Sever besluit Inhalo deze plaat.
Wat opvalt aan Inhalo is dat elk nummer wel z’n heftige en rustige elementen heeft. De muziek biedt veel afwisseling en is boeiend. Wel is het zo, maar dat is eerder als pluspunt te noemen, dat Sever een aantal luisterbeurten nodig heeft voordat de kracht en pracht van de muziek zich echt aan de oppervlakte openbaart. De muziek schuurt soms tegen de metal aan, maar nooit helemaal. Het label progressieve rock past Inhalo goed, maar er zijn ook wel de nodige alternatieve rock invloeden te horen. Kortom, een interessante plaat die bovendien is uitgekomen op het nieuwe Nederlandse label Construction Records. Dit label wil zich specialiseren in prog. Dus dat is goed nieuws voor ons als liefhebbers, lijkt me.