In de reeks heruitgaven die Esoteric de laatste tijd verzorgt is het nu de beurt aan het toch wel wat obscure Jody Grind. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik nog nooit van deze band had gehoord, maar ik werd aangenaam verrast door dit schijfje. De band werd in 1968 opgericht en heeft ons slechts twee albums nagelaten alvorens er alweer een eind aan te breien.
De muziek is sterk verwant aan die van The Nice en The Crazy World Of Arthur Brown. Belangrijkste oorzaak hiervoor is het alom aanwezige orgelspel van oprichter Tim Hinkley, zodat de vergelijking met Keith Emerson nooit ver weg is. Dit dient echter slechts om een vergelijk aan te geven, want het spel van Emerson is vele malen virtuozer dan dat van Hinkley. Ook het gitaarwerk van Ivan Zagni is zeker het vermelden waard. Dit debuut bevat verder nog een behoorlijk aanwezige blazerssectie en al dit koper zorgt ervoor dat de eerste albums van Chicago ook goed vergelijkingsmateriaal bieden.
Het album trapt af met het ruim achttien minuten durende titelstuk en hier is goed te horen dat de band erg goed is in improviseren. Het nummer klinkt alsof het is gevormd gedurende diverse live jams die vooraf zijn gegaan aan het opnemen van dit album. Het stuk bestaat uit vier subdelen waarbij het laatste het opvallendst is. Na de – obligate, maar in die tijd vaak aanwezige – drumsolo knalt de band er voor een laatste keer in om een furieuze versie van de Rolling Stones klassieker Paint It Black erdoor heen te jassen.
Het daarop volgende The Message biedt al net zo veel opwinding en zorgt er – mede door de volop aanwezige blazers – voor dat je maar moeilijk stil kan blijven zitten. Hierna gaat het gas er wat af en laat de band horen ook een meer bluesy kant te hebben. Het laatste nummer Rock n’ Roll Man is domweg een cover van Chuck Berry’s Johnny B Goode. De tekst is aangepast en het is eigenlijk een ode aan genoemde Rock n’ Roll held. Het vreemde is echter dat Berry hier niet wordt genoemd als auteur van het nummer (daar waar bij Paint It Black Jagger en Richards wel worden genoemd).
Zoals het een goede heruitgave betaamt, zijn er ook wat bonustracks toegevoegd. Het betreffen een alternatieve versie van Night Today en de single versie van Rock n’ Roll Man. Leuk voor de verzamelaar, maar het voegt weinig toe.
Wie de hele vroege prog een warm hart toedraagt en niet vies van een ronkende Hammond, doet er goed aan dit album eens te beluisteren. De muziek is te leuk om voor altijd in de obscuriteit te verblijven.