De solo-uitstapjes van Jon Anderson hebben altijd kunnen rekenen op uiteenlopende reacties. Yes-fans dromen weg bij zijn debuut “Olias Of Sunhillow”, terwijl ook “Song Of Seven” kan rekenen op waardering. Wat de uitbundige zanger daarna onder zijn eigen naam heeft gemaakt, is van een andere orde en dan is er natuurlijk nog zijn werk met Vangelis, dat meer op zichzelf staat. Op het in 1982 verschenen “Animation” heeft Anderson de jaren 80-popmuziek omarmd en dat doet hij ook op “In The City Of Angels” uit 1988. Nog koud klaar met zijn Yes-collega’s met “Big Generator” en de gelijknamige tournee verlaat hij de groep en vertrekt hij naar Los Angeles om met een groep van gerenommeerde muzikanten zijn vijfde soloplaat op te nemen. Anderson wil geen concessies meer doen op muzikaal gebied, kan zich niet vinden in de richting die Yes op gaat en gaat zijn eigen koers varen. Daarbij krijgt hij veel hulp van de bandleden van Toto, die op dat moment het sterke album “The Seventh One” opnemen. Er vindt een kruisbestuiving plaats in de Ocean Way Recording studio in Hollywood en zo kan het gebeuren dat Joseph Williams, Steve, Mike en Jeff Porcaro, Steve Lukather en David Paich op een aantal nummers van “In The City Of Angels” te horen zijn. Anderson zingt wat achtergrondvocalen in op Stop Loving You van Toto (luister naar het refrein van dat stuk en hoor de duidelijke Jon articulatie!). De avontuurlijke, doch zeer toegankelijk geproduceerde popmuziek van die groep dient als basis voor zijn nieuwe plaat, genoemd naar de stad waar Anderson opneemt.
Samen met Motown-autoriteit Lamont Dozier schrijft hij In A Lifetime en Hold On To Love, de opener van de plaat en tegelijkertijd de single. Het biedt in een kleine vijf minuten de opmaat voor meer prettige Anderson-songs die vol zitten met optimisme, overpeinzing en een enkele trieste noot. Alles gehuld in een Californisch AOR-getint jasje en zeer verwant met het Toto-geluid. Twee stukken, New Civilization en Sundancing, zijn een tikkeltje afwijkend en bieden wat meer Caribische klanken. Een jaar later zal Anderson op de eerste en enige Anderson, Bruford, Wakeman & Howe (ABWH)-plaat deze stijl – tot groot verdriet van velen- uitbouwen tot Teakbois en Fist Of Fire. Mooi of niet, dat is slechts een kwestie van smaak en het siert Jon Anderson dat hij zijn eigen muzikale intuïtie volgt. Dat die vergezeld gaan van een heus jaren 80-decor vol dunne en blikkerige synthesizers toont aan dat “In The City Of Angels” productioneel gezien echt een kind van z’n tijd is. Nee, luister voor de parels van de plaat naar het al genoemde In A Lifetime en It’s On Fire. Die hebben de tand des tijds wat beter doorstaan. Betcha is een niemendalletje en in Top Of The World zit aardig gitaarwerk van Lukather, maar heeft een wat ongemakkelijk reggaekarakter met elektronische drums (slik) van Jeff Porcaro. Beter is het gesteld met het baswerk van Jimmy Haslip (The Yellowjackets), dat doorklinkt in Hold On To Love en drie andere stukken. Dat had wel wat meer op de voorgrond mogen klinken.
Het algehele geluid is toch erg aan de gladde kant en dat maakt van “In The City Of Angels” een goede, maar zoals al gezegd typische Jon Anderson soloplaat, zonder diepgang of avontuurlijke progressieve fratsen. Die zijn wel te horen op het ABWH-album, met muziek die in het verlengde ligt van de oude Yes-traditie, alhoewel Anderson hoorbaar zijn eigen pad blijft volgen. Zodoende is “In The City Of Angels” vanuit het oogpunt van Anderson het logische bruggetje tussen “Big Generator” en ABWH. Als bonus staat op deze heruitgave van Esoteric nog de single-versie van Hold On To Love, die niets toevoegt aan het album. Nee, surf dan even naar YouTube en bekijk de video van dit nummer. Daar zit een voor ons zeer bekende bassist in.
Wouter Bessels