Greenwood, Jonny

There Will Be Blood

Info
Uitgekomen in: 2007
Land van herkomst: Groot-Brittannië
Label: Nonesuch Records
MySpace: http://www.myspace.com/johnnygreenwood
Tracklist
Open Spaces (3:55)
Future Markets (2:41)
Prospectors Arrive (4:34)
Eat Him by His Own Light (2:41)
Henry Plainview (4:14)
There Will Be Blood (2:05)
Oil (3:06)
Proven Lands (1:51)
HW/Hope of New Fields (2:30)
Stranded the Line (2:21)
Prospectors Quartet (2:57)
Jonny Greenwood: gitaar, toetsen, elektronica, percussie

Met medewerking van:
BBC Concert Orchestra o.l.v. Robert Ziegler (1, 2, 5, 6, 8)
Fiona Bonds: altviool (3, 4)
Martin Burgess: viool (3, 4)
Clare Hayes: viool (3, 4)
Emperor Quartet: snaarinstrumenten (7, 9-11)
There Will Be Blood (2007)
Jonny Greenwood Is The Controller (2007)
Bodysong (2003)

Een van de beste films die in 2008 in Nederland uitkwam is “There Will Be Blood”, geregisseerd door Paul Thomas Andersen. Niet alleen vanwege de briljante acteerprestaties (met name van de fenomenale karakteracteur Daniel Day-Lewis, zoals gebruikelijk) is Andersens film een meesterwerk, maar ook door de soundtrack van Radiohead-gitarist Jonny Greenwood. De film won uiteindelijk twee Oscars en vele andere prijzen, maar de soundtrack won geen Academy Award omdat Greenwood gedeeltelijk reeds uitgebracht materiaal van zichzelf, Johannes Brahms en de Estse componist Arvo Pärt had gebruikt en als zodanig niet kon meedingen naar de prijs voor Best Original Score. Desondanks is de door Greenwood gecomponeerde soundtrack wel degelijk origineel, en hoewel de muziek veel bijdraagt aan de atmosfeer van de film is die soundtrack ook op zichzelf indrukwekkend.

In tegenstelling tot Jonny Greenwoods eerste soundtrack, “Bodysong”, heeft “There Will Be Blood” eigenlijk geen plaats op Progwereld, daar het werk immers geheel orkestraal is en de rock- en elektronica-invloeden van “Bodysong” ontberen. Echter, daar Greenwood toch een belangrijke figuur is binnen de contemporaine progmuziek (al zul je hem dat hoogstwaarschijnlijk niet zelf horen zeggen) kan dit album toch besproken worden op Progwereld onder het mom van ‘artistieke vrijheid’ of een soortgelijke kapstokterm voor culturele onregelmatigheden. De muziek op “There Will Be Blood” is gedeeltelijk ontstaan uit de compositie Popcorn Superhet Receiver, die Greenwood schreef toen hij composer-in-residence bij de BBC was en het BBC Concert Orchestra, dat deze compositie vertolkte, speelt dan ook een belangrijke rol op dit album. Daarnaast is ook het Emperor Quartet, dat al bijdroeg aan “Bodysong”, wederom van de partij. Zoals deze bezetting reeds suggereert, worden de nummers voornamelijk gespeeld op strijkinstrumenten en piano.

Hoewel het Concert Orchestra geen volwaardig symfonieorkest is, is het gezelschap wel een stuk groter dan het Emperor Quartet, en “There Will Be Blood” is bijgevolg een stuk orkestraler dan “Bodysong”. Hierdoor zijn nummers als Open Spaces en Proven Lands minder minimalistisch dan de composities op Greenwoods voorgaande soundtrack. Ofschoon er, net als op “Bodysong”, voornamelijk inspiratie is opgedaan bij twintigste-eeuwse componisten als Olivier Messiaen, Krzysztof Penderecki, Igor Stravinsky en Bela Bartók, klinkt een nummer als Prospectors Arrive, dat harmonischer is dan de meeste andere nummers, meer als het werk van (laat-)Romantische componisten als Pjotr Tchaikovsky, Paul Dukas en, inderdaad, Johannes Brahms. Echter, ondanks de voornamelijk klassieke inspiratiebronnen is het sterk percussieve karakter van bijvoorbeeld Future Markets of Proven Lands ook terug te horen in het elektronische werk van Radiohead. Als zodanig is het album minder ver verwijderd van Greenwoods bekendere repertoire dan de luisteraar misschien aanvankelijk geneigd is te denken. Alex Ross, de vermaarde muziekcriticus van het Amerikaanse tijdschrift “The New Yorker”, heeft Greenwoods klassieke muziek zelfs paradoxaal ‘avant-garde Romanticism’ genoemd.

Het meest fascinerende aan “There Will Be Blood” is de verscheidenheid aan sferen en emoties die de muziek doorloopt. De melancholische slepende vioolklanken op Oil gaan plotseling over in het dreigende getokkel van Proven Lands en de muziek beweegt onafgebroken tussen harmonie en dissonantie, nostalgie en woede, flemen en dreigen. Aangezien Andersens film niet voorziet in grote hoeveelheden dialoog, is de muziek van groot belang voor het creëren van de atmosfeer. Ook zonder de film slaagt de soundtrack hier wonderwel in en het resultaat is een beeldend muziekstuk dat tegelijkertijd angstaanjagend en wonderschoon is.

Met “There Will Be Blood” heeft Jonny Greenwood dus wederom een bijzonder sterke soundtrack uitgebracht, die zoals alle goede filmmuziek niet afhankelijk is van de film waarvoor zij oorspronkelijk bedoeld is, maar ook los van de beelden het gewenste effect kan bereiken. Hoewel de muziek geheel klassiek is, zouden de composities ook progfans moeten kunnen bekoren, daar stijlelementen uit Greenwoods andere werk hier al dan niet verhuld terugkeren. Als zodanig is “There Will Be Blood” zonder meer een aanrader, behalve wellicht voor mensen die niet van viool houden.

Christopher Cusack

Send this to a friend