Wat is de zin van het leven?
Die vraag hield de mannelijke hoofdpersoon Ariel bezig op “Epica”, het vorige conceptalbum van Kamelot. Hij zet zijn zoektocht voort op het vervolg “The Black Halo” en wordt daarbij behoorlijk negatief beïnvloed door Mephisto, de verpersoonlijking van het kwaad. Het gaat hier dan ook over de eeuwige strijd tussen goed en kwaad. Uitgangspunt bij het schrijven van het verhaal was Faust, het meesterwerk van Goethe. Deze tweede episode houdt zich bezig met politieke, culturele en religieuze gebeurtenissen in de tijd dat Goethe leefde (1749-1832). Dit wordt vermengd met levenservaringen en politieke meningen – bijvoorbeeld over de oorlog in Irak – van Kamelot’s componistenduo Kahn (zanger) en Thomas Youngblood (gitarist).
Op “Epica” werd al duidelijk dat de melodieuze power metal van Kamelot meer en meer progressieve trekjes gaat vertonen. Die trend wordt op “The Black Halo” met veel bravoure voortgezet en daarmee wordt Kamelot voor ‘ons soort mensen’ steeds interessanter. Veel credits voor de gedetailleerde symfonische sound moeten ook gaan naar de onvolprezen Sascha Paeth en kompaan Miro, die wederom een productioneel hoogtepunt hebben gecreëerd. Wat een dynamiek en wat een pracht aan knap geconstrueerde orkestrale arrangementen. Een geluid dat neigt naar perfectie.
Aanzwellende marsmuziek kondigt de eerste track March Of Mephisto aan. Meteen valt de donkere sfeer op. Daarmee wordt de toon gezet voor de rest van het album. In dit heerlijk beukende mid-tempo nummer is een opvallende rol weggelegd voor Shagrath, in het dagelijks leven zanger van Dimmu Borgir. Het kwade karakter Mephisto lijkt hem op het lijf geschreven. De puike toetsensolo komt hier uit de hoge hoed van tovenaar Jens Johansson (Stratovarius). Iets wat hij in het navolgende When The Lights Are Down nog eens dunnetjes over doet. The Haunting heeft een Nederlands tintje. Epica-frontvrouw Simone Simons duikt hier op als Marguerite, die als mogelijke nieuwe liefde voor Ariel ten tonele verschijnt. Zij wordt echter door hem afgewezen. Van dit pakkende nummer met mooi melodieus gitaarwerk is ook een videoclip gemaakt, evenals van opener Mephisto overigens. Soul Society is een typische Kamelot kraker, die ondanks razendsnelle stukken toch heel melodieus blijft. Halverwege horen we een geweldige overgang van feeërieke rust naar sprankelend en spetterend gitaarspel. Het korte Interlude I: Dei Grata loopt vloeiend over in de pianoklanken van Abandoned, dat vervolgt met fraai ingetogen en gepassioneerd zangwerk van Kahn. De strijkers en andere toeters en bellen zorgen voor de verdere inkleuring van dit prachtig opgebouwde lied.
This Pain en Moonlight doen beide door hun gitaarriffs en refreinen bijzonder sterk denken aan Queensryche en dan in het bijzonder hun album “Operation Mindcrime”. Er zijn griezelig veel overeenkomsten zelfs. Na het rustgevende Interlude I: Un Assassinio Molto Silenzioso – een kort stukje cabaret – kunnen we ons opmaken voor het denderende The Black Halo dat veel power uitstraalt. Het felle Nothing Ever Dies komt daarna als een snel galopperend paard op Duindigt voorbij razen. De lange gitaarsolo is lekker voer voor de oren.
Dan maken we ons op voor het langste nummer uit de historie van Kamelot. Het markeert tevens het einde van het tweedelige verhaal dat op “Epica” was ingezet. Nog eenmaal komt Mephisto (Shagrath), samen met Helena, terug in het inmiddels heldere brein van Ariel. De strekking van de tekst is dat iedereen God is over zijn eigen geschiedenis. We bepalen voor het grootste gedeelte zelf ons levenspad. Ieder mens heeft het vermogen en de keuze om goede of slechte dingen te doen in zijn leven. Memento Mori is een bijzonder afwisselend kunststukje vol dramatiek en gevoel. Een fascinerend hoorspel met memorabele drumpartijen, venijnige versnelling en rustieke rustpuntjes. Een schitterende song, echter wel eentje met een even verrassende als onverwachte ‘maar’… Er zijn namelijk twee momenten in dit nummer waar je toch echt niet om de vergelijking met De Waarheid van Marco Borsato heen kunt. Luister zelf maar. Maar goed, je kunt dat Kahn en Youngblood moeilijk kwalijk nemen, die hebben nog nooit van de beste man (laat staan zijn muziek) gehoord.
Gelukkig kunnen we van deze schokkende constatering bijkomen met het korte Interlude III: Midnight – Twelve Tolls For A New Day. Hier eindigt het leven van Ariel. De achterliggende gedachte is dat elk overlijden wordt gevolgd door een nieuwe geboorte: de cirkel van het leven. Ook voor Kamelot is de cirkel rond met het afsluitende Serenade. Dit opzwepende, krachtige en hymneachtige nummer grijpt terug naar Center Of The Universe, het openingsnummer van “Epica”. Het gaat over de wil om alles uit het leven te halen wat er in zit.
Kamelot heeft in elk geval alles uit zijn niet geringe mogelijkheden als band gehaald met “The Black Halo”. Het is een fantastisch album geworden, dat boeit van het prille begin tot aan het bittere eind. Er treedt onderweg nergens verslapping op. Op deze manier krijgt je muzikale leven weer zin. Pure klasse!