Het Canadese label Unicorn Digital brengt met gestage regelmaat fusionplaten uit, die alle gepaard gaan met wervende promotieteksten die stuk voor stuk de betreffende band betitelen als de absolute hoop van de progressieve rock; klaarblijkelijk heeft de gehele stal eenhoorns van het label eigenhandig ons genre opnieuw uitgevonden. Het moge echter duidelijk zijn dat dergelijke uitspraken amper gestoeld kunnen zijn op de waarheid. Het lijkt ondergetekende überhaupt enigszins overdreven om een lading jazzmetalbands te betitelen als heruitvinders van wat voor genre dan ook, want hoewel de muzikanten op Unicorn – eerlijk is eerlijk – stuk voor stuk uitzonderlijk getalenteerd zijn, is hun muziek meestal van de soort “één extra op een dozijn”, en hoewel het hier besproken Unicorn-ensemble Karcius feitelijk ook tot deze categorie behoort, is zij hierop wel een positieve uitzondering.
Karcius is een Frans-Canadees gezelschap waarvan de debuutplaat, “Sphere”, aanvankelijk in eigen beheer is uitgebracht. Unicorn toonde interesse in de muziek van de band en er werd vlot een contract getekend, waardoor nu niet alleen de (hier besproken) remaster van het debuut te verkrijgen is bij het label, maar ook de nieuwste plaat van het gezelschap, “Kaleidoscope”. Beide platen bevatten de band’s kenmerkende fusion, waarvoor onder meer regels gelden als “hoe meer snaren, hoe beter” in het geval van de basgitaar en “hoe meer noten, hoe beter” in het geval van de muziek zelf. Voeg daaraan toe dat de muziek volledig instrumentaal is en de nummers worden al gauw onderling inwisselbaar. “Oh!”, hoor ik u nu roepen, “Hoe durft u? Dat is jazz!” Daarin hebt u volledig gelijk, maar voor mij is één van de charmes van veel jazz en fusion juist dat het zeer sterk het midden houdt tussen muziek en muzak; dat wil zeggen, de muziek leent zich uitstekend voor geconcentreerde beluistering, maar anderzijds is het, ondanks de complexiteit, uitstekend muzikaal behang of zelfs liftmuziek. Één ding dat ik de band sowieso moet nageven is dat ze de kunst tot swingen verstaan, zoals bijvoorbeeld Back to Earth aantoont.
Zoals al gauw uit de muziek blijkt, heeft Karcius goed geluisterd naar soortgenoten, waarbij bijvoorbeeld gedacht moet worden aan Derek Sherinian’s Planet X, de Dream Theater spin-off Liquid Tension Experiment, maar ook aan de band’s stalgenoten Spaced Out. In het geluid van Karcius speelt bovendien de piano een grote- en glansrol, maar ook de gitarist krijgt regelmatig de kans om zich ongebreideld te laten gaan in solo’s. Zoals verwacht kan worden van deze muziek zijn deze solo’s mooi ingepast, daar de muziek feitelijk bestaat uit geluidscollages die langzaam in elkaar overlopen en veel ruimte bieden voor individuele escapades in de vorm van ellenlange solo’s. Ondanks deze auditieve densiteit laat Karcius de muziek ook de nodige ruimte om te ademen, waardoor de regelmatige dynamische wisselingen, die het geheel van een metal-infusie voorzien, extra goed uit de verf komen en de muziek extra diepgang geven.
Hoewel de band voornamelijk jazz, rock, en metal met elkaar vermengt toont de plaat ook veel invloeden van andere muzieksoorten, waarbij met name de meer swingende vormen van de wereldmuziek in het gehoor blijven hangen. Hierdoor heeft de plaat niet alleen een wat exotisch smaakje ten opzichte van de albums van soortgenoten maar wordt de aandacht van de luisteraar ook gepakt door de aanstekelijkheid van de ritmes, terwijl de muziek ook aan originaliteit wint. Samen met de interessante dynamiek is de muzikale veelzijdigheid van de band een van de grootste kwaliteiten die te vinden is op “Sphere”.
Hoewel de kwaliteit van de muziek erg hoog is, blijft toch het euvel dat de nummers moeilijk onderling te onderscheiden zijn. Dit hoeft echter geen onoverkoombaar probleem te zijn, daar de plaat zich uitstekend leent om in het geheel te spelen, waarbij de nadruk eerder ligt op de algehele ervaring van de muziek dan de kracht van de onderlinge nummers, een soort spacerock-insteek, zogezegd. Toch blijft telkens het idee hangen dat de band tot hogere regionen van de muziek kan toetreden mits er concessies worden gedaan aan conformiteit, zodat de nummers meer gestructureerd worden. Voor degenen echter die geen problemen hebben met het breiwerk dat de muziek is, is deze plaat van Karcius zonder meer een aanrader.
Christopher Cusack