Wensen zijn er om vervuld te worden. Zelfs iemand als Robert Fripp realiseert zich dat. De gitarist, al bijna 40 jaar het boegbeeld van prog pioneer King Crimson, heeft in de afgelopen jaren gemerkt dat de vraag naar de monumentale en al lang niet meer verkrijgbare boxset “The Great Deceiver” nog steeds groot erg was.
Op het DGM Live-label kwam onlangs de oorspronkelijk in 1992 verschenen 4cd-box opnieuw uit. Nu als twee dubbel-cd’s, maar wel met al het live materiaal en interessante hoesteksten van Fripp, David Cross en David Singleton intact. De hoes is nieuw en doet denken aan voorgaande live releases van DGM, zoals “The Night Watch” en “Absent Lovers”.
Vooral liefhebbers van “The Night Watch” komen met “The Great Deceiver” behoorlijk aan hun trekken. De reputatie van het kwartet Fripp-Cross-Bruford-Wetton is al niet te versmaden en met deze heruitgave wordt dat andermaal bewezen. Op het eerste deel zijn drie concerten te horen van zowel de Europese tournee in de herfst van 1973, alsmede de Amerikaanse toer van 1974. Cd1 bevat opnames gemaakt in Providence (Rhode Island) op 30 juni 1974. De groep geeft hier zijn laatste reguliere concert in de genoemde bezetting, die later het laatste van de groep in de jaren zeventig blijkt. Een deel van de geïmproviseerde track Providence (met prachtig vioolspel van Cross) komt terecht op de live-lp “USA” uit 1975, maar Fripp heeft niet voor niets besloten het complete concert uit te brengen. Met Larks’ Tongues In Aspic Part Two en Lament worden de vingers en de stembanden warm en kunnen de bandleden echt losgaan. Met name Exiles en Easy Money komen erg sterk uit de verf. Wat een klasse en wat een ontspanning in het spel van de groep. In elke melodie zit iets pakkends en vruchtbaars, dat de opgang vormt naar een improvisatie of solo. De saaiheid is ver te zoeken. Toch gaat de rauwe stem van Wetton door merg en been en is goed te horen (stembanden!) dat een lange tournee haar tol is gaan eisen. Met de klassieker Starless sluit de band het optreden af, om daarna terug te keren met de toegift 21st Century Schizoid Man. Een versie die niet veel verschilt van die op “USA”.
Hiermee zijn we bij cd2 beland, die voornamelijk draait om het optreden in Glasgow op 23 oktober 1973. Wederom een klasse opname, maar een meer gewaagd concert vergeleken bij Providence 1974. In de improvisatie Tight Scrummy experimenteert Fripp er met Cross – zeker tegen het einde – heftig op los. Bruford gebruikt een drumloop in het stuk. Het concert wordt met het aloude Cat Food toch een beetje braaf afgesloten, maar dat moet de groep vergeven worden. Wat een geluk dat dit concert bewaard is gebleven. Cd2 sluit af met Easy money, gespeeld op 29 juni 1974 in Pittsburgh. Een concert waar de groep geen toegift zou geven. Het is de curieuze afsluiter van deze eerste dubbel-cd, die een afgewogen selectie van live materiaal uit 1973 en 1974 laat horen. Toen niemand wist dat deze bezetting snel verleden tijd zou zijn en toen King Crimson nog een Mellotron in haar gelederen had. Dat waren nog eens tijden (Fripp: “Tuning a Mellotron doesn’t”). Meer spannends op deel 2!