Bestaat er een perfect album? Zo’n album dat je focus elke minuut van de schijf weet vast te houden? Eentje die je maar niet wil afwisselen met een andere cd?
Stiekem moet ik u toegeven dat ik met deze band in aanraking ben gekomen via Myspace, maar erger: via een mp3 download, die met de nodige omweg is verkregen. Naar aanleiding van de eerste draaibeurt heb ik gelijk een promo aangevraagd bij Progwereld chef Maarten, die bij de verantwoordelijke adressen geïnformeerd heeft naar een officiële schijf van het album. Dat was nog niet zo makkelijk, want hij moest hemel en aarde opschudden aan het album te komen. Helaas was het album in mp 3 formaat het enige wat het label kon leveren, want alle promo’s waren al de deur uit. Met een mp 3 wilde ik zeker dit keer geen genoegen nemen, pietluttig als wij recensenten zijn en ik daar toch al over beschikte. Maar aangezien ik ondertussen zwaar verliefd, overdonderd en dwangmatig het album ‘origineel’ in mijn handen moest hebben, heb ik het album natuurlijk gewoon in de winkel besteld. Al moest ik er het dubbele ervoor betalen, hebben zou ik het!
Kingcrow is een Italiaanse band die in 1996 is opgericht en levert met dit album het derde officiële werkstuk af. In eerste instantie speelt de van oorsprong vriendengroep voornamelijk covers van bands als Iron Maiden, Black Sabbath en andere classic-rock bands. In de loop der tijd heeft de band te maken gehad met veel personeelswisselingen, maar de hechte basis vormen de twee broers Cafolla, Diego als leadgitarist en Thundra als drummer. Begrijpelijk worden de fundamenten voor de muziek dan ook door deze twee heren bepaald. Desondanks hebben de overige leden van de band eveneens een dikke vinger in de pap in het ontstane geluid van dit album.
Ik kan hier een heel lyrisch verhaal gaan afsteken met toelichting op elk nummer, maar die tijd die ik daarmee verspeel, gebruik ik liever om het album nogmaals in een gelukzalig uurtje te beluisteren. Ik realiseer mij dat het een beetje euforisch klinkt, maar mensen; dit is knap gemaakt! Misschien is het handig invloeden te noemen om u een idee te geven waar de muziek naar klinkt. Ik hoor een sterke mix van Porcupine Tree, Pain Of Salvation, Queensryche en een vleugje Faith No More en Pink Floyd. Een boel vergelijkingsmateriaal maar je kan van alle bands wat vinden.
Aan de basis van dit album ligt een conceptverhaal met een psychologische achtergrond. Kortweg gezegd; het beschrijft hoe de ervaringen in je jeugd je persoonlijkheid in je latere leven gaat bepalen en hoe ervaringen in het leven van de ene persoon het leven van een andere kan gaan vormen. Zo. Dat u het maar even weet.
Ik kom maar gelijk to the point. Dit is een klassieker in de dop. Ik speel niet graag met het vertrouwen van u als lezer, maar als je liefhebber bent van progmetal zoals de genoemde bands die brengen, is de kans groot dat je dit gaat waarderen. Dat vertrouwen wordt beloond met aangename en afwisselende gitaarsolo’s en dito zang van de nieuwe frontman Diego Marchesi. Waar de vorige zanger van de band op het voorgaande album “Timetropia” volgens de reviews van dat album het nog wel eens liet afweten, weet Marchesi een positieve stempel op de hedendaagse muziek te drukken.
Hij beschikt -ik val bijna in herhaling- over een gevarieerde stem met veel mogelijkheden. Daarnaast krijgt hij hulp van de twee gitaristen met achtergrondzang, die het vocale vlak nog diverser maken dan het al is. Het gebodene is erg gevarieerd zonder dat men echt overstapt op verschillende stijlen. Onderliggende laag is een potje stevig metal die niet specifiek uniek is, maar in elk nummer weet de band te overtuigen met een originele toevoeging van zichzelf. Zo is het instrumentale Timeshift Box net zo sterk als het wat lieflijk beginnend Lullaby For An Innocent. Dat vertegenwoordigt in mijn ogen dan ook de perfecte mix van de eerder genoemde bands. Ook liefhebbers van Daniel Gildenlöw kunnen hoogstwaarschijnlijk goed weg met het nummer The Great Silence. En dan hebben we bijvoorbeeld nog de Spaansachtige intro van Fading Out Pt. III, wat verslavend lekker klinkt.
Alle instrumenten worden bespeeld door kundige Italianen. Ook al klinkt een enkele riff of toetsenpartijtje voor de hand liggend, het geheel zorgt door de afwisseling op het album voor een geweldige mix. Ook het drumwerk is om je vingers bij af te likken. Het slagwerk is binnen het instrumentale Timeshift Box zonder overdreven virtuositeit, maar door de mix van goede technieken en een perfectie productie een genot voor het oor. In mijn gedachten zie ik de drummer al heerlijk om zich heen meppen. Verder zijn de hoogtepunten Evasion en Numb. Ach, eigenlijk zijn alle songs als hoogtepunten te markeren!
Het perfecte album? Voor dit moment wel. Voor de toekomst? De tijd zal het leren…
Ruard Veltmaat