Het uit Poitiers, Frankrijk afkomstige zestal Klone bewandelt dezelfde weg als hun Britse collega’s van Anathema. De band debuteerde in 2003 met het album “Duplicate”. Het stond vol met snoeiharde atmosferisch doommetal vol grunts en screams. Met elk album dat volgde koerste de band steeds meer richting melodie en sfeer. De grunts bleven achterwege en de cleane zang van Yann Ligner kreeg steeds meer ruimte. Het voorlaatste album “The Dreamer’s Hideaway” was een prima progmetal album. Wel wat volgepropt, maar met genoeg om van te genieten. Met het nieuwe album “Here Comes The Sun” stappen we precies op het goede moment in, want dit is een heerlijk werkje dat veel progwereld lezers zal aanspreken.
Met opener en tevens eerste single van het album Immersion geeft de band direct een geweldig visitekaartje af. Het eerste dat opvalt is de fenomenale strot van zanger Yann Ligner. Wat kan deze kerel goed zingen! Het is daarbij prettig dat zijn uitspraak vrijwel accentloos is. Het nummer ontpopt zich tot een heerlijk bombastisch stuk met zware gitaren en bijzonder sfeervol toetsenwerk. Het instrumentale tussenstuk tegen het einde blaast je echt van je stoel. Prog met ballen.
Daar waar het vorige album nog behoorlijk volgepropt zat, is dit album veel meer in balans. De intensiteit is gebleven, maar deze wordt veel meer veroorzaakt door sterke melodieën. Het liedje krijgt alle voorrang en dat pakt erg goed uit. Het is zeker niet zo dat de band soft is geworden, de gitaren krijgen nog steeds heel veel ruimte en bij tijd en wijlen gaat het zestal behoorlijk los. Neem een nummer als The Last Experience waarin de riffs uit je speakers knallen en de intensiteit enorm wordt opgevoerd.
Persoonlijk ben ik meer onder de indruk van nummers als het eerder genoemde Immersion, Grim Dance en het melodieuse Nebulous. Ook hier is de zang van Yann Ligner weer fantastisch. Ik zou deze man graag eens live aan het werk horen. Qua muzikale stijl moet ik denken aan bands als Katatonia, Sieges Even en in mindere mate Threshold. Wat ik mis is af en toe een langgerekte melodische gitaarsolo, die tref je op het album niet aan, terwijl het naar mijn mening de muziek nog meer zou verrijken.
Een tijdje geleden stelde ik de “De progwereld tien voor tijdens het sporten” op. Het hier besproken album zou ik er zo tussen kunnen zetten. Door de constante drive die in de muziek zit, zou je er heerlijk op kunnen sporten. Ik ben erg benieuwd hoe deze band zich verder zal ontwikkelen. Dit smaakt naar meer, maar van mij mag het nog rustiger en nog melodieuzer. We wachten het af.
Maarten Goossensen