Met enige regelmaat (eens in de acht jaar reken ik daar ook toe) laat de Franse componist en toetsenist Vivien Lalu van zich horen. Vanaf zijn eerste album “Oniric Metal” uit 2005 laat hij zich daarbij vergezellen door wisselende muzikanten en tal van prominente gasten. Die gastenlijst wordt met elk album langer, zoals blijkt op dit derde album, “Paint The Sky”.
Wanneer je naar deze gastenlijst kijkt en – naast Lalu zelf – daar vijf toetsenisten ziet staan, denk je al snel met een toetsenalbum te maken te hebben. Maar schijn bedriegt. Met gitarist Joop Wolters in je band en drie snaarartiesten als gast haal je als recensent gelijk de tag ‘zware kost’ van stal, want stevig is dit album op momenten zeker.
Een aantal luisterbeurten leerden dat de invloeden op dit schijfje legio zijn. Zo is het alsof je aan het begin van albumopener Reset To Preset luistert naar Yes. Des te opmerkelijker wanneer je bedenkt dat Damian Wilson op dit album de zang voor zijn rekening neemt. De man zong in talloze bands (in welke band zong hij eigenlijk niet?), maar als pseudo Jon Anderson hoorde ik hem niet eerder. Al snel ontwikkelt zich een interessant en gevarieerd proggy geheel dat alleen niet blijft hangen. Ook Emotionalised heeft ook de invloeden van Yes, maar is een stuk toegankelijker. Beter beklijven doet (neem even adem) Won’t Rest Until The Heat Of The Earth Burns The Soles Of Our Feet Down To The Bone. Het geheel ligt beter in het gehoor en neigt naar melodische rock met een toetsensolo van Jens Johansson (onder andere Masterplan, Stratovarius). Naast de vingervlugge Zweedse toetsenist valt mij nog iemand op, de drummer met de welluidende naam Jelly Cardarelli. De drumtechniek van deze voor mij onbekende Fransman is om van te smullen. Je hoort overeenkomsten met Zoltan Csörsz en Gavin Harrison. Met andere woorden ‘minder is meer’. Een drummer die het overzicht en de rust bewaart en met zijn voeten van de dubbele bass drum afblijft.
Het titelnummer Paint The Sky komen we in twee versies tegen, als eerste de vocale uitvoering met gastoptreden van Steve Walsh, over charismatische (en herkenbare) stemmen gesproken. Vocaal, maar ook muzikaal met een jaren zeventig-vibe en invloeden van Kansas. Het summum is de afwisseling (of is het een duet?) met Damian Wilson. Beiden zingen de spreekwoordelijke sterren van de hemel en stuwen elkaar naar grote hoogten. Ja, de oudjes doen het nog uitstekend. Naast Walsh horen we verder Gary Wehrkamp (Shadow Gallery) op gitaar, een bijdrage van toetsenist Alessandro Del Vecchio en op basgitaar niemand minder dan Tony Franklin.
Verplichte kost op albums als deze is het zogenaamde rustpunt. Een moment waar je als luisteraar even relaxt achterover kunt leunen. Deze licht verteerbare kost vinden we hier met Witness To The World, volledig ingekleurd door de karakteristiek hoge zang van Wilson met prominent in de mix de brommende basgitaar van Joop Wolters. Standing At The Gates Of Hell is geheel andere kost. Het eerste deel neigt meer naar metal dan naar prog. Persoonlijk warm werd ik van de wending naar een lang stuk instrumentale jazz-fusion. Voor het eerst treedt Vivien Lalu op de voorgrond met zalig toetsenwerk. De man laat horen van veel markten (lees genres) thuis te zijn. Een ander hoogtepunt is The Chosen Ones met een verrassende drumintro van Cardarelli. Goed in het gehoor en lichtvoetigheid is waar het hier om draait, mede mogelijk gemaakt door Jordan Rudess op toetsen en Simone Mularoni (DGM) op gitaar.
Onbetwist de uitsmijter van het schijfje is de instrumentale uitvoering van Paint The Sky. Instrumentale versies zijn nog wel eens ‘de bonus’ en slechts een van vocalen ontdane kopie. Dat is hier niet het geval. Deze (op de seconde exact gelijke) versie is compleet opnieuw opgenomen met deels andere muzikanten en een trits aan gasten. Kijk in het linker frame even onder bezetting en in het bijzonder bij ‘met medewerking van’. Met zo’n lijst ligt al snel onsamenhangendheid en egotripperij op de loer. Niets van dat al. Je hoort een stel klasbakken die het grootste plezier hebben hun ding te doen, technisch perfect en tegelijk een lust voor het oor. De enige die ik mis is mijn nieuwe drumontdekking Jelly Cardarelli. Het is dat hij hier wordt vervangen door Simon Phillips.
Dit derde album van Vivien Lalu vind ik met afstand zijn beste. Natuurlijk wordt zijn hemel mede geschilderd en ingekleurd door tal van prominenten. Maar laat deze prominenten maar eens spelen hoe jij dat in je composities voor ogen had. Nu maar hopen dat zijn regelmaat ten einde komt…