Om nou te zeggen dat we reikhalzend hebben uitgekeken naar de opvolger van het uitstekende “Natural Selection” (1997), nou nee. De tot duo verworden groep met vele gasten kon en kan nog steeds geen potten breken in de hechte proggemeenschap. Een beetje begrijpelijk is dat wel. De zeer sfeervolle (of lees: tamelijk slome) neoprog die het gezelschap ons levert, valt een beetje tussen wal en schip. Te moeilijk of te saai voor de gemiddelde Marillion of Arena-fan (waarvan zeker invloeden te bespeuren vallen) en gewoon te neoprog voor de avontuurlijk ingestelde progfan. Dat is ergens wel jammer, want deze nieuwe cd “The Lower Depths” biedt voldoende uitstekende symfonische rock, vol mooie, haast new-age achtige sfeertekeningen, mooie arrangementen en een smetteloze productie. Tel daarbij op dat het Engels/Amerikaanse duo Fred Hunter (toetsen) en Mark Lavallee (drums) met mooie melodieën, prettig klinkende thema’s en mooi uitgewerkte solo’s kunnen komen en je zou denken met een klassieker te maken te hebben. Nou nee. Toch heeft “The Lower Depths” een prettige sfeer en ondanks dat beide heren woonachtig zijn aan de oostkust van de Verenigde Staten, doet de plaat zeer Europees aan.
De titel van de korte inleiding At The Scene Of An Accident Waiting To Happen is zeer treffend gekozen. Voor alle duidelijkheid: dat ongeluk komt nooit. Nou ja, dat wil zeggen: de keuze voor Cathy Alexander (van The Morrigan) als zangeres voor het lange Digital Signatures zal misschien niet door iedereen gewaardeerd worden. Deze altzangeres zingt loepzuiver met een zeer aparte zangtechniek, maar het eindresultaat is tamelijk wennen. Bij eerste beluistering dacht ik dat Lands End de Duitse zangeres Christiana Wand van de obscure formatie Epidaurus had weten te strikken (wat op zich een stunt was geweest trouwens) en ik heb lang getwijfeld of hetgeen ik hoorde vals was of juist heel, heel knap. Ik vond het ook wat jammer, want vaste Lands End-zanger Jeff McFarland, die twee tracks van vocalen voorziet, doet dat uitstekend. Inmiddels ben ik gewend geraakt aan Cathy’s stemgeluid en vind het nu erg mooi. Dat geldt zeker voor het ruim 26 durende A New World Order, dat meer variatie en spanning kent dan alle voorgaande tracks en ook meer gitaar- en (met name) toetsensolo’s. Het nummer verdient niet op alle vlakken de volle 26 minuten – het gedeelte van Roger Waters-achtige radiofragmenten had van mij bijvoorbeeld weggelaten mogen worden. Toch is het pianospel aldaar en de opbouw naar de conclusie heel mooi en het belangrijkste thema en refrein tamelijk aanstekelijk.
Toch zou ik de heren van Lands End ook graag af en toe een koude spons in het gezicht willen duwen. Ik mis vaak het vuur en de agressie. Slechts in enkele, spaarzame uitspattingen, zoals aan het einde van Hope Springs Eternal hoor ik wat van de passie en betrokkenheid van eerdere platen. Ook het al genoemde concluderende deel van A New World Order mag er wezen. Mark Lavallee is niet een hele goede drummer, dus hij zorgt ook op dat gebied voor veel gemis. Bij Behind The Iron Gates moet je echt een emmer koud water over me heen gooien, anders val ik in slaap. Alhoewel, het toetsengeluidje in dit nummer doet me telkens denken aan een binnenkomende bezoeker op MSN (heel irritant… en ik maar telkens in de hoek kijken). De vogelgeluidjes irriteren me eveneens. En wat Bruce Soord op de plaat doet is me een raadsel. Why Should I? Is een uitstekend nummer, maar Soord’s typische stemgeluid maakt het nummer gelijk een Pineapple Thief-nummer.
Als geheel hinkt “The Lower Depths” wat op twee gedachten en deze vierde officiële studioplaat gaat helaas de boeken in als de minste. Misschien zijn Hunter en Lavelle het na acht jaar wat verleerd en biedt een opvolger (reeds in de maak, heb ik begrepen) relaas. Dat neemt niet weg dat het gebodene op deze cd alles behalve slecht is en fans van het eerdere werk doen bepaald geen miskoop. In het diepst van de oceaan zwemmen enge vissen, heb ik me laten vertellen. Die ben ik op “The Lower Depths” echter niet tegengekomen.
Markwin Meeuws