“Galactica” is het tweede studioalbum van de Poolse formatie Lebowsi. Vernoemd naar de klassieker “The Big Lebowski” van de regisseurs Ethan en Joel Coen. Dit viertal maakt instrumentale muziek die als filmmuziek moet aanvoelen. Ze richten zich niet op bestaande films. Het is de bedoeling dat de luisteraar zijn eigen film erbij bedenkt.
Aan de randvoorwaarden voor een goed instrumentaal album is goed voldaan. De productie is dik in orde en klinkt rijk en vol. Daarbij zit er volop variatie in de muziek, Nadeel is dat het album 67 minuten duurt en dat vind ik voor een instrumentaal album behoorlijk aan de lange kant.
In Midnight Syndrome domineren de toetsen op prettige wijze en in Solitude Of Savant is het meer de gitaar van Marcin Grzegorczyk die de boventoon voert. Beide nummers zijn prettig uptempo. In Goodbye My Joy gaat het gas er af en ontstaat er door het trompetspel een mooie lome sfeer. White Elephant is misschien wel het meest gevarieerd en verdeelt de hoofdrol onder de vier muzikanten. Let in het begin vooral op bassist Ryszard Tabul. Hij is nieuw in het gezelschap en zeker een aanwinst. Hier duikt heel verrassend ook een accordeon op.
The Doosan Way heeft een licht Oosters tintje door het gebruik een sitar-achtig instrument. Het kent ook een paar lekkere gitaarsolo’s. Ook in afsluiter, The Last King, mag gitarist Marcin Grzegorczyk nog een keer schitteren.
Het is bijzonder knap wat dit viertal weet te creëren. Elk nummer kent prachtige passages en nergens wordt het saai. Ik mis persoonlijk wel een duidelijk thema binnen het nummer. Een soort rode draad, zoals een terugkerende melodie of andere ankerpunten. Daardoor klinkt het vooral heel knap gemaakt, maar blijft geen enkel nummer echt hangen. Er is dus meer dan genoeg moois, maar beklijven doet het niet. Het is als een smaakvolle film die weet te vermaken en bij vlagen te imponeren, maar die je weer vergeten bent zodra de lichten aan gaan.
Maarten Goossensen