Leprous

The Congregation

Info
Uitgekomen in: 2015

Land van herkomst: Noorwegen

Label: Insideout

Website: http://www.leprous.net

Luistermogelijkheid: https://youtu.be/0G9Qd_84YZs
Tracklist
The Price (5.14)

Third Law (6.18)

Rewind (7.07)

The Flood (7.51)

Triumphant (4.25)

Within My Fence (3.16)

Red (6.35)

Slave (6.37)

Moon (7.13)

Down (6.26)

Lower (4.39)
Øystein Landsverk: gitaar, achtergrondzang

Tor Oddmund Suhrke: gitaar, zang

Einar Solberg: toetsen, zang

Baard Kolstad: drums
The Congregation (2015)

Coal (2013)

Bilateral (2011)

Tall Poppy Syndrome (2009)

Aeolia (2006)

Als jouw band wordt gecontracteerd door een zeer gerespecteerd platenlabel, Insideout Music, dan mag je er gevoeglijk van uit gaan dat je tot de crème de la crème behoort van de progscene, of heb ik het mis?

Het Noorse progmetal genootschap Leprous, opgericht in 2001, komt in 2015 met zijn vijfde studioalbum, “The Congregation”, uit bij, inderdaad, Insideout Music. De heren bevinden zich derhalve in goed gezelschap, want wat dacht je van Transatlantic, Steve Hackett, Spock’s Beard en collega-metallers Haken en Fates Warning? We gaan de plaat eens grondig beluisteren en bezien vervolgens of Leprous over voldoende competenties beschikt om zijn uitverkiezing bij Insideout (’the latest diamond to shine on the international prog-scene’) waar te maken…

Nu waren de twee voorgaande albums, “Bilateral” (2011) en “Coal” (2013) ook al bij het Duitse label uitgekomen, maar het moge duidelijk zijn dat Leprous met “The Congregation” nieuwe markten wil aanboren. Het album is opgenomen in de gerenommeerde studio’s, The Fascination Street en Ghostward Studios in Zweden, alsook in de Mnemosyne Studio in Nooorwegen (Jens Bogren (Opeth, Devin Townsend, Katatonia), dus met de geluidkwaliteit moet het wel goed zitten. Tot zover de aannames.

Reeds bij het eerste nummer, The Price, vliegt mijn kat Foppe verschrikt van de tafel en gaat stilletjes in de hoek van de kamer zitten… De track bestaat uit constante staccato riffs met een wat onzekere A-HA-achtige zang, aangevuld met hier een daar enkele achtergrondkoortjes. Wel rete strak uitgevoerd overigens, maar vooral geen opener om over naar huis te schrijven.

In het tweede nummer, Third Law, begint de solozanger met zijn kopstem al op mijn zenuwen te werken, hoewel de samenzang best aardig is. De brug in het nummer is grappig met slechts basgitaar en percussie, mocht van mij wat langer duren. De track eindigt bombastisch en wordt afgesloten met Tibetaanse samples.

Hé, wacht eens, Rewind begint zowaar met heerlijk zwevende toetsen, en ja hoor, mijn kat keert terug op tafel totdat de dubbele bass drums van zich laten horen; lekker slagwerkertje hoor. En wederom horen we een bombastisch einde van het nummer met iets dat lijkt op grunts, maar goed, dat kunnen we ook gewoonweg schreeuwen noemen; keihard, maar toch wel een intrigerend nummer.

The Flood begint met een lage pulse uit de synthesizer, waarover deze keer uitstekend wordt gezongen (normale zang, geen kopstem). De rust duurt niet lang, want de riffende gitaren nemen al snel de overhand en de zang vliegt weer de hoogte in… De pulse keert terug met spacey strings op de achtergrond en de heren zetten een soort van canon in, goed gedaan! Het eind van het nummer doet me nogal aan Toto denken, hoewel uiteraard wat steviger; tot nu toe het beste nummer.

Triumhant start nogal Deep Purplelesk, heel eigenzinnig met aparte gitaarakkoorden en een hoop tromgeroffel. De zanglijnen zijn hier mijn inziens behoorlijk simpel en flauw, jammer.

We slaan nu enkele nummers over vanwege “van hetzelfde laken een pak” en nemen de draad weer op bij de laatste track, genaamd Lower dat aftrapt met de al eerder gehoorde Tibetaanse schalen en prima (normale) zang. Je schrikt je een proghoedje als het geweld terugkeert met wederom die kopstem waar ik kriegel van word, voortaan even waarschuwen, heren. Gelukkig eindigt de plaat met de Zen-achtige schalen, zodat ik de rest van mijn dag in relatieve innerlijke rust kan doorbrengen.

Resumé: eigenzinnige progmetal met mooie soundeffecten, prima geluid, matige zang (ex-collega Marcel Debets ervoer dit ook al op het vorige album “Coal”) en (voor mij) te simpele melodieën. Eigenlijk beklijft niet één nummer en kunnen de tracks alle voor elkaar ingewisseld worden. Een ”glanzende diamant”, zoals Insideout van de daken schreeuwde, is deze band zeer zeker niet, wel een aparte en daarom progressief.

Joop Klazinga
Koop bij bol.com

Send this to a friend