Eindelijk is er weer eens een cd van de band gerold waarbij je als luisteraar kunt opgaan in een wereld waarin je je fantasie de vrije loop kan laten gaan. Deze keer wordt deze wereld geschapen door de Britse band Magenta.
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: “Revolutions” is een mooie cd geworden en heeft een zeer uitgebalanceerde productie met als eindverantwoordelijke componist en multi-instrumentalist Rob Reed. Deze dubbelaar bevat zeven tracks die voor een groot gedeelte weer zijn onderverdeeld. Magenta heeft er dus maar meteen een dubbelaar van gemaakt. Reed had zoveel materiaal voor zijn epos op de plank liggen dat maar meteen werd gekozen voor een grootse opzet waar ruimschoots de tijd voor is genomen gezien de lange opnameperiode die aan de release vooraf ging (1999 – 2001).
Grappig is dat Reed in het midden van het boekje iets van het hart moet: “Imitations is the highest form of flattery. This album is the product of a life of influence by my favourite bands. Any similarities or coincidences with any bands past or present is entirely intentional”. Kortom Reed spreekt over het imiteren van zijn favoriete bands en dat zijn niet de eerste de beste: Yes, Genesis, Renaissance, Mike Oldfield. Op dat moment moest ik even denken aan Robert Berry die met zijn The December People hetzelfde concept hanteert. Met een knipoog naar je idolen muziek componeren is niet fout, integendeel, het kan wel eens een meerwaarde geven aan de eigen composities. En dat is wat er bij Magenta aan de hand is.
“Revolutions” bevat een zeer uiteenlopende interpretatie van wat de symfonische muziek zo herkenbaar maakt. Door de vele sfeer- en tempowisselingen laat Magenta geen kans onbenut om de luisteraar het symfonisch landschap op de vierkante meter te laten verkennen. Van de a-capella opening in Children Of The Sun en het orkestrale Spirit Of The Land naar het melancholische The White Witch, noem het maar op, alles zit er in. De instrumentale stukken zijn doorspekt met doordachte symfo klassiekers als “Wind And Wuthering” van Genesis en de vroege albums van Yes. Een hoogtepunt op de cd is toch wel Genetesis. Het gitaargeluid van Steve Howe wordt perfect nagebootst evenals de naar hoogte klimmende complexe bastonen van Chris Squire. Gitarist Martin Shellard moet toch wel aardig zijn tanden hebben gezet in de akkoorden van Steve Howe. Het heldere stemgeluid van Christina maakt wel wat bij je los en doet sterk denken aan de klassiek geschoolde stem van Annie Haslam van Renaissance. Hoewel ik wel moet toegeven dat de stem van Christina iets dunnetjes overkomt. Met vlagen hadden er wel iets meer scherpere kantjes aan mogen zitten. En in bepaalde stuwende passages komt haar stem iets te lief over.
Afsluiter The Warning heeft een sfeervolle opening met afwisselende zang van Reed en Christina. Halverwege wordt overgestapt op een klassiek pianothema. Hierna volgt een lange, boeiende gitaarsolo van Chris Fry. De opbouw van het nummer lijkt op The Day Of The Dreamer van Renaissance’s “Song For All Seasons” album, maar dan in een modern jasje gestoken. Een èchte misser op de cd is het moment in Man And Machine waar er ,door de harmoniestemmen, een Beach Boys-achtig sfeertje wordt gekweekt. Gelukkig duurt dit maar zo’n twee minuten op bijna 100 minuten muziek.
Magenta heeft met “Revolutions” een bijzondere cd uitgebracht die meerdere luistersessies waard is. Een aanrader voor de aanhang van Yes, Genesis en Renaissance uit de jaren zeventig.
Ruud Stoker