Ik weet het. Dit is dé progband bij uitstek die veel lezers al schrik aanjaagt zonder dat er nog maar één noot van gespeeld heeft. En ergens valt dat wel te begrijpen, want Magma sleept een moeilijke reputatie met zich mee. Niet in de eerste plaats omdat ze hun eigen genre, Zeuhl, hebben uitgevonden én in het Kobaïaans, een verzonnen taal, zingen. Collega Markwin bewees eerder al in zijn recensie van voorganger “K.A.” dat dit voor een groot deel slechts vooroordelen zijn. En dat Magma ook voor de modale progliefhebber echt genietbaar kan zijn.
Met deze “Ëmëhntëhtt-Ré” sluit Magma eindelijk zijn tweede trilogie af waarvan in 1975 het eerste deel (of zo bleek later, eigenlijk het tweede) “Köhntarkösz” verscheen. Deze Köhntarkösz-trilogie, bestaande uit de drie albums “K.A.”, “Köhntarkösz” en “Ëmëhntëhtt-Ré”, handelt over de eeuwige queeste naar onsterfelijkheid. In “K.A.” maken we kennis met de archeoloog Könhtarkösz. In het tweede deel, “Köhntarkösz”, ontdekt de archeoloog het graf van de Egyptische farao Ëmëhntëhtt-Ré. Deze Ëmëhntëhtt-Ré blijkt een farao te zijn die zijn leven aan de spirituele tocht naar onsterfelijkheid heeft gewijd, maar werd omgebracht voor hij dit kon bereiken. Zo leren we uit “Ëmëhntëhtt-Ré”. Terwijl Köhntarkösz in de tombe rondloopt, krijgt hij dan ook visioenen van Ëmëhntëhtt-Ré’s verleden. Wanneer hij ontwaakt na deze visioenen, besluit Köhntarkösz zijn leven te wijden aan farao Ëmëhntëhtt-Ré’s ontdekkingen en de stap te zetten die de farao niet kon nemen door zijn dood. Hetgeen deze archeoloog leert en aan anderen aanleert, zou de aanzet zijn voor vele mensen om naar de planeet Kobaïa te vertrekken. En dat verbindt deze saga dan ook met de eerste albums rondom de planeet Kobaïa en met de Theusz Hamtaahk-trilogie.
Net zoals bovenstaand verhaal, is de muziek voor dit album eigenlijk al in de jaren 70 geschreven. En nu pas op album verschenen. Met andere woorden vergelijkbaar met wat we ook al bij “K.A.” zagen. Dat heeft tot gevolg dat deze nieuwe Magma nog steeds even vertrouwt klinkt als in de jaren 70. Dit is nog steeds dezelfde band.
Een ander belangrijk feit is dat Magma ook al sinds 1975 verschillende delen van dit album live gebracht heeft of in een andere aparte vorm op eerdere albums heeft uitgebracht. Dat wil dus zeggen dat de muziek op dit album voor de meeste Magma-fans al wel gekend is. Zo is bijvoorbeeld het live erg vaak gespeelde Hhaï een deel van Ëmëhntëhtt-Ré II, net als het op “Üdü Wüdü” verschenen nummer Zombies (Ghost Dances).
Voor de meeste Magma-fans zal “Ëmëhntëhtt-Ré” dan ook niet echt een nieuw album zijn, maar eerder een vertrouwde vriend. Natuurlijk brengt dit ook nadelen met zich mee. Want de bezetting die Magma toentertijd had was een stuk sterker dan deze. En daarbij denk ik vooral aan zanger Hervé Aknin die wel een erg goeie job doet en erg sterk presteert. Maar die toch qua vocale kwaliteiten toch verbleekt tegenover Klaus Blasquiz die tot voor “K.A.” de vaste zanger van Magma was en er van aan het begin bij was. Hetzelfde valt te zeggen voor bassist Bussonnet die ook geen partij is voor bassisten als Jannick Top en Bernard Paganotti.
Maar dit wil natuurlijk niet zeggen dat hier ondermaats gepresteerd wordt. Muzikaal staat dit album als een huis. Eigenlijk is deze “Ëmëhntëhtt-Ré” zelfs één van de sterkste albums sinds “Mëkanïk Dëstruktïẁ Kömmandöh”. En dat wil best veel zeggen. Gezien ondermeer ook ‘Jannick Tops meesterwerk’ “Üdü Wüdü” of Magma’s ijzersterke ‘come-back album “K.A.” hier tussen zitten. We spreken dus echt wel van een hele prestatie.
Deze “Ëmëhntëhtt-Ré” is eigenlijk alles wat je van een Zeuhl-album kan verwachten. Alle ingrediënten zijn hier aanwezig. Opzwepende ritmes gedreven door de drums van Vander en de baslijnen van Bussonnet. Typische koorgezangen, zoals altijd schitterend geleid door Stella Vander. Dit alles nog steeds op jazz als John Coltrane en klassieken als Carl Orff, Béla Bartók en Igor Stravinsky geïnspireerd en eigenlijk alleen met Magma zelf vergelijkbaar. Magma neemt zo’n unieke plek in de prog in dat het geen wonder is dat er een genre naar hen vernoemd is.
Met deze nieuweling heeft Magma dan ook geen onbekende paden betreden, vooral vanwege het feit dat de muziek hiervoor al meer dan 30 jaar bestaat. Het grote verschil is dan ook dat het in de studio opgenomen is, en toch een betere geluidskwaliteit heeft dan de meeste live-albums. Voor de rest bewijst “Ëmëhntëhtt-Ré” wat veel fans al vermoedden; dit is één van de sterkste stukken die Christian Vander voor Magma heeft geschreven.
Dit nieuwe album wordt overigens vergezeld van een DVD die ons inzicht zou geven over de intensiteit van het werk in de studio dat Magma heeft gehad om dit album af te maken. Jammer genoeg bevat mijn recensie-exemplaar deze DVD niet, dus kan ik hier weinig meer over zeggen.
Zonder enige twijfel heeft Magma zichzelf weer overtroffen met dit album. Weinigen hadden het na “K.A.” in 2004 durven denken (of na het ook zeer sterke “Köhntarkösz in 1975), maar met “Ëmëhntëhtt-Ré” levert Magma pas na 35 jaar het sterkste deel van deze trilogie af.
Bandleider Christian Vander heeft ondertussen in interviews reeds toegegeven dat hij nog meerdere concepten voor albums op tafel heeft liggen. Indien Magma ze zo sterk kan blijven brengen als deze “Ëmëhntëhtt-Ré”, dan zou ik zeggen: laat maar komen!
Peter Van Haerenborgh