Een mens kan zich wel eens vergissen.
Toen ik de goedgevulde recensie enveloppe open ritste, kwam daar onder meer het voorliggende album van Maze Of Time uitzetten. Een fraaie digipack met op de hoes een slapende ridder in een riant maar oud aandoend bos. Het logo en het cd-hoesje bekijkend had ik mijn vooroordeel al weer snel paraat: vast een lekker progmetal plaatje uit de Verenigde Staten. Toen ik het schijfje zijn rondjes in mijn cd-speler liet draaien en het bijbehorende biografietje snel doornam, bleek dat toch wat anders te liggen. Maze Of Time is namelijk een Zweedse progressieve rockband met wat ‘neo’-invloeden.
Dat Zweedse keurmerk stemde mij eigenlijk best tevreden, immers, uit dit land komt maar hoogst zelden iets wat de toets der (negatieve) kritiek niet kan weerstaan. En negatieve kritiek zal je ook deze keer niet van mij horen, hoewel, bijna niet. Maar daarover later.
Een paar jaar geleden bracht de groep het debuutalbum “Tales From The Maze” uit. Sindsdien heeft men zanger/gitarist Christer Lindström ingewisseld voor zanger/géén-gitarist Jesper Landén, een man met een fraai en vrij charismatisch stemgeluid. Hij is dan ook een absolute versterking voor de groep en grotendeels verantwoordelijk voor de vooruitgang die men heeft geboekt.
Na het niemendalletje Heroes… (met allerlei straatgeluiden waaronder die van een trein) volgt gelijk het titelnummer Lullaby For Heroes. En daar hebben we gelijk het beste nummer al te pakken. Melodieuze gitaarsolo’s, vlot lopende toetsenloopjes en flitsend spel op basgitaar zetten de toon in hoge mate. Voeg daarbij een refrein dat nog dagenlang in mijn hoofd rondwaarde en het nummer is helemaal af. Die mooie refreinen en zanglijnen zijn gelijk het sterke punt van de groep, want je komt ze op deze schijf nog vaker tegen.
Station To Station behoort met zijn negen minuten tot de langere nummers. Ook hier weer een lekker in het gehoor liggend refrein. Het nummer is nogal fragmentarisch van opbouw, de verschillende delen zijn niet goed met elkaar verbonden waardoor het lijkt alsof ze aan elkaar zijn geplakt. Dat is best jammer want er wordt verder prima gespeeld.
Dit ‘euvel’ is ook bepalend voor het uit twee delen bestaande Chemical Sleep Part 1 en Part 2. Part 1 is een instrumentaal stuk dat geheel los staat van Part 2. Het hadden wat mij betreft beter twee afzonderlijke nummers geweest. Het deed me allemaal ook weer denken aan de gevleugelde uitspraak ‘knutselsymfo’ van een gewaardeerde collega-recensent.
Dit alles deed me licht vrezen voor het meer dan zeventien minuten durende Temple Of The Gods. Ook nu aanvankelijk weer die fragmentarische opbouw. Toch is hier sprake van een veel betere compositie en vloeien de stukken ook beter in elkaar over. In dit laatste overwegend stevige kwartier van de plaat krijgt ieder groepslid nog eens de gelegenheid zijn kunsten te vertonen. En die kunsten zijn niet gering, laat dat duidelijk zijn.
Het probleem van Maze Of Time zit hem in het creëren van een eigen herkenbaar geluid en het maken van een keuze. Gaan ze voor progmetal, progrock of neo-progrock? De muziek heeft van alles een beetje maar dat maakt het tegelijk een vlees-noch-vis verhaal. Wellicht pakt dit na een aantal albums wel goed uit, want muzikale potentie is zeker aanwezig. Wanneer de groep hier aan werkt gaan we nog veel (meer) plezier aan ze beleven, als ik mij niet vergis.
Hans Ravensbergen