Mostly Autumn

For All We Shared

Info
Uitgekomen in: 1999
Land van herkomst: Verenigd Koninkrijk
Label: Cyclops Records
Website: Mostly Autumn
MySpace: Mostly Autumn
Tracklist
Nowhere to Hide (Close My Eyes) (6:12)
Porcupine Rain (4:40)
The Last Climb (8:00)
Heroes Never Die (9:33)
Folklore (5:49)
Boundless Ocean (5:43)
Shenanigians (3:50)
Steal Away (4:56)
Out Of The Inn (6:44)
The Night Sky (10:25)
Bryan Josh: elektrische gitaar, zang, 6 + 12 snaren akoestische gitaar, e-bow
Heather Findlay: zang, 6 snaren akoestische gitaar, tamboerijn
Iain Jennings: toetsen, zang
Liam Davison: aanvullende elektrische gitaar, zang, 6 + 12 snaren akoestische gitaar
Bob Faulds: violen
Stuart Carver: bas
Kev Gibbons: fluiten
Allan Scott: percussie
Met medewerking van:
Angela Goldthorpe: dwarsfluit
Chè: Djembe
Still Beautifull Live 2011 (2011)
Go Well Diamond Heart (2010)
Pass The Clock (2009)
Glass Shadows (2008)
Heart Full Of Sky (2007)
Storms Over Still Water (2005)
At The Grand Opera House DVD (2003)
The Next Chapter DVD (2003)
Passengers (2003)
Catch The Spirit – The Complete Anthology (2002)
Music Inspired By The Lord Of The Rings (2001)
The Story So Far... DVD (2001)
The Last Bright Light (2001)
The Spirit Of Autumn Past (1999)
For All We Shared (1999)

Als jongetje van negen hoorde Brian Josh tijdens een autoritje Shine On You Crazy Diamond van Pink Floyd en hij was op slag verkocht. Enkele jaren later raakte hij in vervoering van traditionele Keltische muziek in een bar na een klimpartij met zijn vader in de bergen in het noordwesten van Engeland. En voila , via deze jeugdervaringen van Brian hebben we meteen de belangrijkste muzikale invloeden van Mostly Autumn te pakken. Josh richtte namelijk in de jaren negentig Mostly Autumn op. De debuut-cd van deze Britse band werd opgedragen aan Josh’ vader en de titel “For All We Shared” is een vette knipoog naar zijn ouwe heer.

Op dit debuutalbum schotelt Mostly Autumn ons een combinatie van melodieuze nummers en werkjes met een sterke folkinslag voor. De symfonische nummers met een vaak rustige opbouw krijgen soms een stevige inslag ‘echt  hard gaat het er echter nooit aan toe’ of gaan juist over in melodieuze finales. De geur van Pink Floyd en het gitaarspel van David Gilmour zijn nadrukkelijk op te snuiven. Mostly Autumn kreeg zelfs al het predikaat van ‘de nieuwe Pink Floyd’ mee. Soms kregen ze het verwijt dat ze deze grootheid gingen kopieerden, maar daarmee doen we de eigen stijl die Mostly Autumn zou ontwikkelen toch te weinig recht. Bij folknummers zet de band, het zal niemand verbazen, traditionele instrumenten als de viool en diverse fluiten in. Hoewel deze nummers op zichzelf lijken te staan, geeft Mostly Autumn er tegen het eind toch een verrassende draai aan, hetgeen oftewel een rockfinale of een lekker melodieus einde van het nummer oplevert. Zo kunnen fans van uiteenlopende muziekstijlen hierin iets van hun gading vinden.

Ik licht er vervolgens enkele nummers uit. The Last Climb begint zeer ontspannen met vogelgeluiden, een zacht gitaargeluid, een laagje toetsen, uitmondend in wat verwrongen klanken, met gevoelige samenzang. Na een vioolsolo trakteert Josh ons op zijn eerste meeslepende gitaarsolo. De band heeft bepaald geen haast in dit fraai opgebouwde nummer, waarbij je heerlijk kunt wegdromen.

In Heroes Never Die bouwt de band weer rustig op, nu met onder andere een fluitsolo, naar weer een uitsmijter-met-gitaar van Josh. Dit nummer is uitgegroeid tot een echte Mostly Autumn-klassieker. Op geen verzamelaar en live-optreden ontbreekt deze evergreen, niet in de laatste plaats door het makkelijk mee te brullen refrein. Dit soort nummers zijn een lekker hapje voor de klassieke jaren zeventig symfo-liefhebbers.

Zangeres Heather Findlay mag op het nummer Steal Away haar eerste solozang voor Mostly Autumn verzorgen. Easy listening die voor mij eigenlijk niet lang genoeg kan duren. Dit nummer eindigt met een kamerbreed tapijt aan melodieuze klanken, opgebouwd uit verschillende lagen toetsen en een ondersteunend gitaartje. Heerlijk! En het is meteen duidelijk dat Findlay veel beter zingt dan Josh en dat Josh veel beter op zijn gitaar thuis is dan in vocale staaltjes.

Het laatste hoogtepunt mag ik niet onvermeld laten: In The Night Sky, met dik tien minuten het langste en tevens laatste nummer, werkt de groep zich na een inmiddels kenmerkende rustieke opbouw, na weer fraai vioolspel van Bob Faulds, toe naar de apotheose: een minutenlange gitaarsolo van Josh, die door merg en been gaat. Dit is werkelijk het einde…

Mostly Autumn levert een prima debuut af. Het album straalt kracht uit, herbergt emoties en harmonieën, creëert bijzondere atmosferen en ademt vakmanschap uit. Het is allemaal zeker nog niet perfect. De composities zijn niet overal even sterk, zoals Nowhere To Hide, waarbij de titel eindeloos herhaald wordt en het nummer eigenlijk nergens heen gaat. Soms ‘schuren’ instrumenten en zang tegen elkaar aan. De samenzang tussen Heather en Brian, later een van de handelsmerken van de band, is niet altijd goed en zuiver. Op Porcupine Rain klinkt dit gewoon vals. Maar er staat zoveel moois tegenover, dat ik deze cd zeker een aanrader wil noemen.

Net als jonge Brian was ik op slag verkocht bij het horen van muziek. Bij mij ging het alleen om een aantal fraaie, rustig opgebouwde, sfeervolle  muziekstukken van de nieuwe band Mostly Autumn, en ik raakte in vervoering van de meeslepende gitaarsolo’s van Brian Josh himself. Het smaakt (e) naar meer! Als ik dit in 1999 geschreven zou hebben zou ik zeker aangedurfd hebben om te stellen: Mostly Autumn gaat een grote worden! Oordeel zelf…

Fred Nieuwesteeg

Send this to a friend