In 2005 stak er een flinke storm op in progland toen Mostly Autumn hun album “Storms Over Still Water” uitbracht. De band experimenteerde daarop in een aantal nummers met een wat harder geluid en een wat meer recht voor zijn raap stijl. Dat werd niet door een ieder met gejuich ontvangen hetgeen nieuwsgierig maakte naar de opvolger. Als een ware Peter Timofeeff kan ik melden dat op “Heart Full Of Sky”, de nieuweling, de storm behoorlijk is geluwd en dat deze wel zal blijven liggen ook.
Voor alle mopperaars van weleer en eigenlijk voor iedereen die Mostly Autumn een warm hart toedraagt is het prettig dat ik kond kan doen van het feit dat de band uit York het heilige vuur van eerdere albums weer heeft. “Heart Full Of Sky” klinkt creatief en geïnspireerd met de nodige pijlen richting toekomst. Ik doel hier puur op het vertrek van toetsenist Iain Jennings en hoe de band dat vertrek, dat in goed overleg plaatsvond, heeft opgevangen. Bryan Josh zelf heeft een groot deel van de toetsen ingespeeld, voor de Hammond orgel partijen is een gastmuzikant ingehuurd en dan is daar de nieuwste Mostly Autumn-recruut, Chris Johnson.
Vlak die Johnson niet uit. Hoewel hij maar in een paar nummers actief is als toetsenist, beschikt hij ook over compositorische kwaliteiten en tevens is hij een uitstekende zanger. Het album telt twee composities van zijn hand, het melancholieke door Heather Findlay gezongen Blue Light en het betoverende Silver Glass waar hij zelf met zijn hoge stem de leadvocalen voor zijn rekening heeft genomen. Vooral Silver Glass is een beauty met z’n sfeervolle glockenspiel. De multi-getalenteerde Johnson is een absolute verrijking voor de band. Natuurlijk was het vertrek van Jennings een enorme aderlating, zij het dat zijn vertrek aangekondigd werd als zijnde tijdelijk. Een man die een nummer kan schrijven als The Gap Is Too Wide is gewoonweg briljant. Met zijn statige tingel-tangel pianospel karakteriseerde hij voor een deel het groepsgeluid dat hij immer van veel gloed voorzag. Vreest echter niet: Josh moet veel van Jennings hebben opgestoken en Johnson is een goeie. Mocht Jennings ooit bij de band terugkeren dan is het te hopen dat Johnson kan blijven (heb je ‘m nog?) Mostly Autumn dat stijlsgewijs toch wat gevangen zit in hun eigen web, zou hier met Johnson wel eens aan kunnen ontkomen. Er is in elk geval een nieuw elan in het overtuigende materiaal aanwezig.
Het is vaak gebruikelijk dat een Mostly Autumnn-album van start gaat met een up-temporocker en ook “Heart Full Of Sky” begint met Fading Colours lekker vlot. Allereerst is daar Heather Findlay die op haast etherische wijze in de intro het refrein al zingt. Vervolgens wordt de spanning opgebouwd totdat het feitelijke nummer de verlossing brengt. Een groot ritme, een zwalkende gitaarlijn, hakkende akkoorden, een pakkende zangmelodie en een onvervalste Josh-gitaarsolo zorgen voor een vertrouwd en veilig gevoel. Mostly Autumn heeft er zin in en het gedreven Fading Colours is daarvan een lekker bewijs.
Half A World is een prachtige ballade die geschreven is en ook gezongen wordt door Heather Findlay. Het begint zachtmoedig maar duikt via een stel powerchords in een bad vol Hammondorgel en gitaar. Mede door de tollende Leslie doet het laatste stuk me sterk denken aan het geweldige album van Sam Brown, “Box”. Findlay is met haar warme stem de perfecte zangeres voor de folky symfonische rock van Mostly Autumn. Dat ze niet dat felle randje heeft dat de meeste collega-zangeressen van haar wel hebben komt haar en daarmee ook een nummer als Half A World enorm ten goede. Haar pastel-stem klinkt op dit album beter dan ooit. Waarschijnlijk valt dit op het conto te schrijven van de hoeveelheid romantiek die haar omringde tijdens het inzingen.
Dat Pocket Watch een eenvoudig nummer is heeft alles te maken met het beperkte bereik van Josh als leadzanger. Hij weet z’n plaats en doet over heel de plaat dan ook in slechts enkele strofen de lead. Alhoewel Pocket Watch het gedoodverfde kritieknummer is blijft de melodie toch wel erg prettig hangen. Halverwege gaat de intensiteit omhoog en krijgen we de bekende Josh/Findlay-combinatie.
Mostly Autumn weet waar, wanneer en hoeveel mosterd er gehaald moet worden. De inmiddels vermaarde wereldbestormende Josh-gitaarsolo’s hebben met hun Pink Floyd– signatuur nog steeds een vormende taak als smaakmaker. Het eind van Blue Light zal velen goed vallen, om maar te zwijgen over het up-tempo middenstuk van Walk With A Storm en die Camel (lees: Lady Fantasy) -achtige tempoval aldaar. Ook het nagenoeg instrumentale Further From Home en de jiggende viool in Walk With A Storm zijn garanties voor een paar dikke duimen.
Sierlijke viool voorziet Find The Sun van een serene uitstraling. Het is zeer integer en ook verrassend dit Burt Bacharach-achtige nummer. Zo verassend als Find The Sun is, zo typerend voor de band is Ghost. Een nummer met helaas een wat commercieel geluid wat zelfs aan The Corrs doet denken met die gedubbelde zang. De integriteit wordt met Broken weer heerlijk voortgezet en ook met Silver Glass en Further From Home heerst er ontzag. Het afsluitende Dreaming is bij lange na niet het beste van deze plaat. De zwierige stukken gaan nog wel maar de up-tempo vierkwarts gedeelten zijn een ware koude douche die dit warme album niet verdient.
Het zou bijna crimineel zijn geen lovende woorden over te hebben voor het magnifieke fluitspel van Angela Gordon. Wederom weet ze de muziek te voorzien van een organische klank die de nummers boven zichzelf laat uitstijgen. Dergelijke klanken zitten al vanaf het begin in het bandgeluid en ook deze keer is er weer de ruimte voor o.a. de uilleannn pipes en de low whistle van Troy Donnockley naast viool, akoestische gitaar en allerlei percussie.
Je hoeft trouwens geen Peter Timofeeff te zijn om te kunnen constateren dat deze herfstbries velen zal veraangenamen.