Neal Morse Band / Beardfish

8 maart 2015, Spirit Of 66, Verviers (B)

Locatie
Spirit of 66, Verviers, België
Tracklist

Beardfish:
Martin Borg: toetsen
Robert Hansen: basgitaar, zang
Magnus Östgren: drums
Rikard Sjöblom: zang, toetsen
David Zackrinsson: gitaar, zang

The Neal Morse Band:
Randy George: bas, zang
Eric Gilette: gitaar, zang
Bill Hubauer: toetsen, zang
Neal Morse: zang, gitaar, toetsen
Mike Portnoy: drums, zang
Beardfish:
Hold on
Comfort Zone
Coupe de Grace
If We Must Be Apart (A Love Story Continued)
Ludvig & Sverker

The Neal Morse Band:
The Call
Leviathan
The Grand Experiment
Harm's Way / Go the Way You Go (Spock's Beard)
Toetsen Solo (Bill Hubauer)
The Creation
Lay It Down (Spock's Beard, Neal Morse akoestisch)
Waterfall
Gitaar Solo (Eric Gilette)
In the Fire
Alive Again

Toegift
Rejoice / Oh Lord My God / Reunion / King Jesus

Omdat ik voor het concert in Zoetermeer op vrijdag was verhinderd, maar toch beide bands graag live aan het werk wilde zien, ben ik op zondagavond afgereisd naar het gezellige Verviers in de Belgische Ardennen, ten zuiden van Luik. Spirit of 66 is een zeer oude, gezellige concertlocatie in het centrum van Verviers. Het zaaltje is niet groot, een soort uitgebreid café met een vrij laag podium. Aan de zijkant van de zaal is een trap naar boven, waar zich een waar balkon met zitplaatsen bevindt.

Rond 19.00 uur (zondagavond) beet Beardfish de spits af. Ze speelden een prima set van ruim drie kwartier met in totaal drie (lange) nummers van hun laatste album +4626-COMFORTZONE. Het geluidsvolume was prettig en de balans was nagenoeg perfect. Ik had het idee dat Rikard Sjöblom niet optimaal bij stem was. Toch werkte hij zich bewonderenswaardig door de set heen. Robert Hansen die normaal van links naar rechts, grimassen trekkend, over het podium zwalkt, moest nu duidelijk de grootte van zijn zijwaartse bewegingen afmeten, anders zou hij in het drumstel zijn beland. Dat was af en toe wel komisch om te zien. Van de vier keer dat ik dit gezelschap nu heb mogen aanschouwen was dit veruit de beste uitvoering. Door het nieuwe repertoire en de toevoeging van een toetsenist zijn ze iets symfonischer gaan klinken, zonder hun vintage roots te verloochenen. Daarnaast durven ze het aan om iedere avond een gewijzigde setlijst te hanteren. Deze avond was Coupe de Grace van het album Destined Solitaire nieuw in de lijst. Kortom, een aangename hernieuwde kennismaking met Beardfish.

Neal Morse PW (8 van 13)

Na de pauze was het de beurt aan The Neal Morse Band. Laat ik voorop stellen dat ik een geweldige show heb gezien van deze band en met name Neal Morse zelf. Hij stortte zich met al zijn hebben en houden in de show en kreeg daarvoor veel waardering en enthousiasme van het publiek terug. Daar genoot Neal zichtbaar van en hij schakelde nog een tandje bij. Erg aanstekelijk allemaal en ook wel sympathiek.

Al dat enthousiasme ging echter vanaf de eerste tonen al ten koste van het geluid. Ik houd zelf ook wel van een stevig geluid, maar ik kan er niet zo goed tegen als daardoor de balans helemaal zoek raakt. Door het enthousiaste en harde spel werd het met regelmaat een brei van geluid en soms zo hard dat het pijn deed aan de oren. Ik heb na afloop nog mensen gesproken die het ook veel te hard vonden, anderen vonden dat niet, maar die hadden oordopjes in. Maar ja, als je naar muziek gaat luisteren met oordopjes in, is er volgens mijn boerenverstand toch iets goed mis.

Ondanks al dit lawaai, was het natuurlijk wel duidelijk dat hier een stel klasbakken op het podium stond, dat het materiaal van The Grand Experiment naadloos uitvoerde. Ik wil daar wel bij aantekenen dat het vocale gedeelte niet foutloos was. Ook Neal was niet optimaal bij stem en in de meerstemmige zang bleek Portnoy toch wel de zwakke schakel waardoor de koortjes vaak instabiel klonken. Dat gold vooral bij Waterfall, waar de heren dan ook wel helemaal met hun stembanden bloot moesten. We mogen voor Portnoy misschien als excuus aanvoeren dat hij niet helemaal lekker was. Hij was de dag ervoor in London nog in een ziekenhuis geweest. Daarover gingen allerlei vervelende geruchten rond op het internet.

Neal Morse PW (11 van 13)

Eric Gilette en Randy George vielen mij het meest in positieve zin op door hun onverstoorbaar gedisciplineerde, maar ook mooie spel en zang (in het geval van Gilette). Vooral het begin van de solo van Gilette was subliem met een aantal schitterende akkoorden die hij heel subtiel ten gehore bracht. Als Allan Holdsworth in de zaal was geweest, had dit een glimlach op zijn gezicht getoverd.

Daarvoor waren we al getuige geweest van een rommelige solo van Hubauer, die op deze manier beter achterwege had kunnen blijven. Midden in het nummer Alive Again werden we getrakteerd op een rondje dollen waarbij alle muzikanten meerdere malen van instrument wisselden. Leuk voor de show, maar waar hadden we dit ook al weer eerder gezien? Het oudere materiaal van deze avond viel, wat mij betreft, in de categorie “kijk ons hier eens een feestje hebben”. Daardoor verzandde het veelal in een soort pomp-rock. Jammer, want deze muziek verdient beter. Van de vier keer dat ik Neal Morse solo heb gezien was dit ronduit de slechtste.

U begrijpt wel dat ik met piepende oren en gemengde gevoelens naar het noorden ben teruggereisd.

Verslag: Math Lemmen

 

Fotografie: Eric de Bruijn (foto’s van concert in De Boerderij, 6 maart)

Send this to a friend