De tijd dat het Night of the Prog festival twee dagen duurde ligt mijlen achter ons. Drie goed gevulde dagen met afwisselende prog van wisselend niveau lijkt inmiddels een zekerheidje te zijn geworden, halverwege juli. De duizenden bezoekers konden niet minder dan 19 bands in een schitterende ambiance aanschouwen. Het blijft een feestje om drie dagen lang in een zeer gemoedelijke sfeer bovenop de Loreleyrots te verblijven en de wereld even de wereld te laten. De overkapping van het podium was vernieuwd, de ingang was verplaatst, maar verder blijft gelukkig alles bij het oude. Met Mike Portnoy, Anderson, Rabin en Wakeman als Yes en Marillion als slotacts, aangevuld met bekende en tamelijk onbekende bands, biedt Night of the Prog 2017 weer een boeiend programma voor drie dagen muziekplezier.
Vrijdag 14 juli
Second Relation
Aan de Oostenrijkers van Second Relation de ondankbare taak om het festival te openen. Zij deden dat niet onaardig en wisten het al behoorlijk toegestroomde publiek te vermaken met een nogal stevige opwarmer, met een opvallend grote rol voor basgitaar en drums. Een enkel gitaarsolootje kan er net vanaf. Niet slecht was de harmonische samenzang, waardoor het geheel enigszins aan Riverside deed denken.
Machine
Luke Machine is een begenadigd gitarist, die onder andere schitterde bij The Tangent. Voor zijn eigen band heeft hij een stel prima muzikanten om zich heen verzameld. Met name de instrumentale uitstapjes, zeker in de zachtere passages, leverden het nodige luistergenot op. Verder een stevige set met een duidelijke jazzy inslag. De zang van Luke en Marie-Eve Gaultier kwam op het podium niet zo goed uit de verf. Als Machine dan weer even helemaal opging in een gitaarsolo schoof het publiek naar het puntje van de stenen trappen van het amfitheater.
Soul Secret
In tegenstelling tot veel Italiaanse bands staat bij Soul Secret de melodie niet vooraan. Tegendraadse ritmes en bijbehorende zang voerden de boventoon. Het eerste deel van het optreden was ronduit stevig te noemen, het ging duidelijk richting progmetal. Lino di Pietrantonio heeft niet een van de beste stemmen van het Italiaanse progfirmament. Een beetje schreeuwerig maakte dit baasje er in elk geval wel een show van.
Blind Ego
Blind Ego is het soloproject van RPWL- gitarist Kalle Wallner. Blind ego maakt aanstekelijke muziek en heeft een charismatische zanger in de gelederen, die zeker geen last heeft van een blind ego. Hij trotseert de regen die aan het begin van de avond voor een aparte festivalsfeer zorgt. De smeuïge gitaarsolo’s van Wallner smaken net als bij RPWL naar meer.
Crippled Black Phoenix
Deze Britten komen met minimaal vier gitaren het podium op om een muur van geluid te produceren. Deze kreupele phoenix heeft genetisch materiaal meegekregen van de uitvinder van de monotonie. De muziek van deze langharige heren neigt soms naar spacerock. De tweede helft van de set biedt iets meer variatie en dan horen we zo waar ook iets van de twee toetsenisten van deze band, die op dit festival toch enigszins uit de toon valt. De zangeres hadden ze echt beter thuis kunnen laten.
Mike Portnoy’s Shattered Fortress
De beroemde ex-drummer van Dream Theater speelt zijn veeldelige epos “Shattered Fortress” als de finale van de vrijdag. De appel valt niet ver van de boom. Een festival van ‘kijk eens hoe snel ik gitaar kan spelen’ en ‘hoeveel noten krijg ik in een seconde’. Voor zover er nog enige lucht in de muziek zit, timmert Mike Portnoy die, heel Amerikaans, een ‘groot verhaal’ wil vertellen, dit genadeloos dicht. Retestrak gespeeld door een puike band, met veel leden van Haken. De muziek, die nergens vandaan komt en evenmin ergens heen lijkt te gaan, vormt de afsluiting van een matige dag.
Zaterdag 15 juli
Eyevory
Twee dames (hoe bijzonder!) vormen de kern van Eyevory dat een trio Duitse bands zal inluiden. Qua uitdossing en instrumentarium (het nodige komt uit een doosje) gaat dit gezelschap duidelijk richting de folk. Een van de dames neemt regelmatig de dwarsfluit ter hand, terwijl haar collega er lustig op los bast. Hun samenzang zit er niet altijd helemaal bovenop. Een melodieuze en soms stevige opening van een mooie dag ziet zich beloond door een zo vroeg al mooie opkomst. De gitarist mag in het damesgeweld en enkele keer zijn kunnen tonen.
Ashby
Voor velen een van de grote verrassingen van dit festival. Vanaf het begin zit de melodie er goed in, iets dat het publiek op waarde weet te schatten. Horen we daar echt volle toetsen? Mooie duetten van gitaar en toetsen komen langs. Dit gezelschap biedt het publiek rock met een stevig randje. Zangeres Sabina vult nadrukkelijk het podium en valt niet alleen door haar paarse haar op. Ze kan haar geluk niet op dat ze, ondanks stemproblemen hier mag staan. Het is de vraag of haar tamelijk rauwe stem een lang leven beschoren is.
Karibow
De hoogblonde zanger kan met zijn stem geen potten breken of harten van het publiek stelen. Regelmatig is het vals of overschreeuwt hij zich. Het Amerikaans getinte geluid, dat niet al te best staat afgesteld, levert veel herrie, weinig wol op. Het is nogal eendimensionale rock, soms gewoon pop of AOR wat de klok slaat, denk aan Toto, met een klein vleugje Saga. Enkele aardige intermezzo’s, waaronder een klarinetsolo, kunnen dit optreden niet redden.
Comedy Of Errors
Comedy Or Errors maakt typische Britse prog. Verzorgde composities waarin de grote namen uit de prog regelmatig doorklinken: echt klassieke symfo. De nadrukkelijk aanwezige toetsenist weet zelfs Mellotronklanken uit zijn klavieren te toveren. Ook de gitarist laat in positieve zin van zich horen. Hier staat een ingespeeld gezelschap te spelen waar geen plaats is voor ego’s. Joe Carney zing redelijk maar is geen top. Hij weet het publiek wel van de banken te krijgen. Een heerlijke opwarmer voor de zaterdagavond.
David Cross Band
David Cross speelde in de jaren ’70 viool in King Crimson. Het speelplezier, met Britse ongein en zelfspot spat van het podium. Van de Graaf Generator saxofonist David Jackson doet hier gretig aan mee. Intussen musiceert het gezelschap op hoog niveau, waarbij de zanger een extra vermelding krijgt. Het gevoelige The Pool is een van de hoogtepunten van het festival, ook omdat viool en sax hier niet worden overstemd door de rest. Klassiekers van King Crimson kunnen niet uitblijven: Starless en 21st Century Schizoid Man kennen mooie vertolkingen.
Ray Wilson
Ray Wilson maakte deel uit van Genesis, toen “Calling All Stations” (twintig jaar geleden) werd uitgebracht. Dit behoort zeker niet tot de hoogtepunten van deze helden. De stem van Wilson past prima bij het werk van Genesis, waaruit gretig werd geput, maar zijn presentatie heeft iets onverschilligs. De eerste nummers hebben ook iets vlaks. De Schot heeft overigens een prima band rond zich verzameld. Aardig is de vertolking van Follow You Follow Me met drie akoestische gitaren, Mama en toegift Solsbury Hill van Peter Gabriel.
Yes
Voor velen is het optreden van Anderson, Rabin en Wakeman (Yes) het absolute hoogtepunt van deze drie dagen. Jon Anderson zingt als in zijn jonge jaren, loepzuiver van begin tot eind en hij weet het publiek met zijn charme voor zich te winnen. Wakeman is buitencategorie maar treedt helaas minder op de voorgrond. In het subtiele gitaarwerk kan Trevor Rabin meestergitarist Steve Howe niet doen vergeten. Hij is echt een treetje lager. Klassiekers als And You And I, All Good People, Heart Of The Sunrise en een prachtige uitvoering van het lange Awaken (met Anderson op mini-harp) brengen de duizenden in extase. Mooi maar iets te lang is de ode aan Chris Squire via, uiteraard The Fish. Als toegift kan Roundabout niet uitblijven, als slotakkoord van een prachtige dag.
Zondag 16 juli
A Kew’s Tag
Wederom een Duitse inzending. Dit is met recht een akoestisch gitaarbandje te noemen. Een bijzondere combinatie met bas, drums en zang, zonder toetsen. Dit levert een mix op van subtiel akoestisch werk en stevige passages. Het is opvallend hoeveel power er kennelijk uit een akoestische gitaar valt te halen. Zeker geen onprettige opening van de zondag, maar op den duur gaat het toch een beetje vervelen. De zeker niet slechte maar wat gekunstelde zangpartijen dragen hier niet aan bij.
Frank Carducci Band
Na Lazuli en Gens De La Lune tijdens de vorige edities vormt ook dit jaar weer een Frans gezelschap voor het theatrale hoogtepunt. Franck Carducci combineert aanstekelijke, lekker in het gehoor liggende melodieën (van Pink Floyd tot pastoraal Genesis) met een wervelende show. Voortdurend valt er iets bijzonders te zien en te horen. Mary Reynaud bespeelt het publiek met haar bevallige verschijning, haar zang en het gebruik van de Theremin. Het publiek is opgezweept en direct klaarwakker, want Frank Carducci en band is een feest!
Seven Impale
Aan Seven Impale de taak de eer van Scandinavië hoog te houden. Dat lukt de jonge Noren maar matig. Alles staat in het teken van het vermijden van elke vorm van melodie. We krijgen een behoorlijk portie jazz-getinte nummers voorgeschoteld met een hoofdrol voor de saxofoon. Hun houding en aankleding (lang haar, korte broeken, geen interactie zoeken met het publiek) verraadt hun eigenzinnigheid en het vooral met zichzelf bezig zijn. De zanger heeft een behoorlijk bereik en zijn stem heeft soms opera-trekjes.
Gong
Aan het begin horen we een aardige samensmelting van zang met diverse instrumenten, maar al snel gaat het richting de vrije jazz. Welkom op het North Sea Jazz Festival! Een lang monotoon nummer met gitaarlijnen met minimale variatie doet dit Europese gezelschap al snel richting de psychedelica belanden. Zanger/gitarist Kavus Torabi zwaait wat onbestemd met zijn handen als om het publiek te bezweren en roept een Zappa/Fripp achtige mallotigheid op. Muziek voor fijnproevers, laten we het daar op houden.
Chris Thompson
Nog maar een oudgediende van stal gehaald. In de jaren ’70 zong Chris Thompson bij Manfred Mann’s Earth Band, een periode die hij zelf aanduidt als ‘The prog years’. Thompson’s stem heeft veel van zijn glans verloren, maar hij compenseert dit met aanstekelijk enthousiasme en de uitstekende Mads Eriksen Band uit Noorwegen. MMEB klassiekers als Spirits In The Night, Blinded By The Light, Davy’s On The Road Again en The Mighty Quinn konden op veel herkenning en bijval rekenen. Uit volle borst scandeerde het publiek deze antieke Top 40 hits mee.
Marillion
Marillion is en blijft The Great Steve Hogarth Show. Alles draait rond deze alom aanwezige zanger, die zijn intrede deed na het vertrek van Fish. Met zijn zang en performance laat hij weinig ruimte aan de andere bandleden. You love him or you hate him. Met volle overgave werd veel van de nieuwe cd “FEAR” gespeeld. Steve Rothery speelde als vanouds onverstoorbaar weer enkele sterren van de hemel op gitaar. Het gevoelige Easter is een onvervangbaar onderdeel van het meubilair. Hogarth kon het niet nalaten een sneer uit te delen naar Kansas, dat ‘uit veiligheidsredenen’ had afgezegd. Menigeen verzuchtte toch dat men liever deze Amerikanen hadden zien optreden.
Verslag: Fred Nieuwesteeg
Fotografie: Guido Brand en Fred Nieuwesteeg