Het was één van de late avonden in deze winter van 2010 dat dit album mijn hart veroverde. In mijn kleine auto op weg naar huis na een lange dag werken, zorgden de barre en hevige winterse buien ervoor dat ik dubbel zoveel tijd nodig had om in mijn warme woonkamer te geraken. Buiten de auto hevige sneeuwbuien en spekglad, binnen in de auto de warme klanken van de Oekraïense band Obiymy Doschu. Wanneer u de band zelf hoort, kunt u zich vast wel voorstellen dat ik het gevoel had in een Russisch wintertafereel beland te zijn.
Dat moet dan ook haast mijn opvatting over de voormalige Sovjet staten weergeven. Wanneer ik aan de voormalige Oostblokstaten denk, identificeer ik dat vaak met een erg somber beeld. Wellicht geheel onterecht, want ik ben tenslotte nooit verder dan de Oost-Duitse grens geweest. Dus hoe kan ik daar dan over oordelen?
Goed, genoeg met de romantiek. De muziek van de Oekraïense band Obiymy Doschu doet mij qua sfeer sterk denken aan de Engelse bands Antimatter en Anathema. Een hoog neerslachtig en depressief gehalte dus. Maar wel wonderschoon, intrigerend en vol dynamische emotie. Zo klinkt het geluid van deze band ook, al gebruiken zij wel aanzienlijk meer klassieke snaarinstrumenten om tot een mistroostig geluid te komen dan de genoemde Engelse collega’s. Vooral de altviool, bespeeld door Olena Nesterovska, zorgt in de muziek voor een typisch Oost-Europees en zelfs met vlagen zigeunerachtig geluid. Dit wordt nog eens extra versterkt door de zang van Volodymyr Agafonkin, die volledig in het Oekraïens zingt. Daarbij de drums en gitaren die af en toe zorgen voor het vleugje ‘doom’ en een sferisch album is geboren.
Het is waarschijnlijk wel verstandig te noteren dat dit album voor sommigen onder ons wat meer luisterbeurten nodig heeft voor het volledig tot leven komt. In eerste instantie trok ik de conclusie dat de tracks een tikje eentonig zijn, maar na mijzelf meerdere luisterbeurten gegund te hebben, ontluikt de genialiteit van de composities. Die zijn namelijk bijzonder zorgvuldig opgebouwd, kennen voortdurend andersoortige akkoorden en af en toe wordt elektronisch gitaargeluid afgewisseld met akoestische gitaar en tranentrekkend mooi pianospel van de andere dame in het gezelschap, Maria Kurbatova.
Zoals gezegd zijn de teksten geheel in het Oekraïns gezongen. Daarmee versterkt de band ook het wat sombere geluid van de cd. In eerste instantie is dat even wennen, maar dat slaat al snel over in een soort van charme, waardoor je het al snel accepteert en zelfs gaat waarderen. Echte hoogtepunten zijn er niet te noemen. Nergens wordt een solo overdreven, nergens krijgt één instrument de overhand, maar alles is vakkundig geproduceerd. Het hoogtepunt ligt wat mij betreft dus in het geheel.
Met deze muziek houd ik mijn beeld van de voormalige Oostbloklanden nog maar even in stand. Want niets is lekkerder dan wegdromen met behulp van toepasselijke muziek naar verre landen. Landen waar ik wellicht nooit zal komen. Maar dit album brengt je in staat te denken dat je er echt bent. Aanrader!
Ruard Veltmaat