Het uit Manchester, Engeland afkomstige Oceansize wordt tegen het einde van de vorige eeuw door Steve Durose, Jon Ellis, Mark Heron, Stanley ‘Gambler’ Posselthwaite en Mike Vennart opgericht. De vijfmansformatie vernoemt zich vervolgens naar een track van het album “Nothing’s Shocking” uit 1988 van het inmiddels ter ziele gegane Jane’s Addiction. Na vier jaar, wat singles en een ep, die de band overigens allemaal zelf uitbrengt, tekent het gezelschap bij Beggars Banquet, dat in 2002 de ep “Relapse” uitbrengt. Één jaar later wordt deze gevolgd door de kortspeler “One Day All This Could Be Yours” en het debuutalbum “Effloresce”.
Op basis van deze eersteling wordt de muziek van het Engelse ensemble in sommige media geregeld onder de noemer ‘newprog’ geplaatst. Nu vind ik deze term niet geheel onomstreden, maar hij geeft wel aan dat Oceansize zeker niet in hetzelfde rijtje geplaatst kan worden als bijvoorbeeld IQ, The Flower Kings, Pendragon of Spock’s Beard. Een blik op een opsomming van bands die het kwintet zegt te ‘respecteren’ spreekt dan ook boekdelen. Deze is namelijk behoorlijk divers met sterk uiteenlopende namen als The Beach Boys, Black Sabbath, Can, Cardiacs, Jane’s Addiction, Pink Floyd, Swervedriver, Tortoise en Verve.
Mogelijk is dit ook één van de redenen waarom de muziek van Oceansize in de media dikwijls onder deze noemer wordt ingedeeld. De bandleden laten zich namelijk niet verleiden tot het imiteren van progressieve rockmuziek van de gekende voorbeelden uit de jaren zeventig en tachtig. De benaming wordt in het geval van Oceansize dan ook vooral gebruikt om het complexe karakter en de hoge diversiteit van de muziek aan te duiden. Overigens heb ik ergens gelezen dat de heren hun muziek zelf ‘progressive death indie’ noemen, maar dit even terzijde…
“Effloresce” bevat twaalf composities, variërend in lengte van bijna drie tot bijna tien minuten, die bij elkaar ruwweg vijfenzeventig minuten duren. Dat is uiteraard een hele zit, maar Oceansize weet gelukkig mijn aandacht gemakkelijk vast te houden. Op zijn debuut brengt het gezelschap namelijk een even opmerkelijk als gedurfd mengsel van bands als Amplifier, Black Sabbath, Dredg, Elbow, Godspeed You! Black Emperor, Isis, Mogwai, Neurosis, Pink Floyd, Porcupine Tree en Tool ten gehore. Eigenlijk doe ik met deze opsomming de muziek enigszins tekort, want de psychedelische post-metalen progressieve rock van het kwintet is in mijn ogen veel meer dan een simpele samenvoeging van de hier bovenvermelde referenties. Deze is dan ook veel meer bedoeld om een soort referentiekader te geven, waarmee de enorme verscheidenheid en dito complexiteit van de muziek wordt onderstreept.
Omdat de band liefst drie gitaristen in zijn gelederen heeft, ligt het zwaartepunt natuurlijk op het gitaarspel van de heren Durose, Posselthwaite en Vennart. Toch weet Oceansize herhaaldelijk een luisterrijk evenwicht te vinden tussen deze vaak overdonderende gitaarmuren en bedaarde, elektronische ambient-achtige passages. Het mag geen verrassing zijn dat deze hoogdynamische, monumentale muziekstukken een fatsoenlijke productie vereisen, maar de producer van dienst, Chris Sheldon, is natuurlijk niet de eerste de beste en het resultaat mag er dan ook zeker zijn. Sterker nog… het album is op dat vlak een waar auditatief genoegen. Bovendien weet Oceansize mede door Sheldons productie experimenteerdrift aan een zekere toegankelijkheid te koppelen. Hij geeft de band op “Effloresce” namelijk voldoende ruimte om te spelen met allerhande (vreemde) geluiden zonder dat daarbij de complexe composities dicht dreigen te slibben.
Aangezien het schijfje vrijwel tot de laatste ‘groef’ is volgestouwd, vergt het debuutalbum heel wat van de luisteraar. Bovendien wil de band wel eens van de hak op de tak (en weer terug) springen, zodat deze plaat niet echt bedoeld is voor liefhebbers van hapklare, makkelijk verteerbare muziek. De ietwat meer avontuurlijk ingestelde muziekliefhebber laat zich natuurlijk niet zo makkelijk uit het veld slaan. Deze zal dan ook waarschijnlijk concluderen dat Oceansize met “Effloresce” een vrij uitzonderlijke positie binnen de hedendaagse Engelse progressieve rockwereld heeft veroverd. Het is dus niet meer dan terecht dat de band naar aanleiding van dit album in de eigen vaderlandse pers een sensatie wordt genoemd…
Frans Schmidt