Wie van progressieve jazzrock houdt doet er goed aan deze recensie helemaal te lezen. Wie vindt dat dit genre bestaat uit platgetreden paden en ellenlange solo’s trouwens ook. Niet dat de hier besproken cd je leven drastisch zal veranderen maar toch… Ga er maar eens goed voor zitten.
Pandora Snail is een band uit St Petersburg die al vanaf de oprichting in 2008 in de weer is met instrumentale muziek. Hun motto is: oogkleppen af en de open mind op standje tien. Lang leve de progressieve jazzrock. Het kan dan ook niet anders dan dat de band een beetje eigenzinnig is. Ze vinden inspiratie bij bands als King Crimson en Mahavishnu Orchestra. Dat leidt in 2011 tot het opnemen van hun eerste album. Echter pas in 2015 brengt het Russische label Art Beat Music het album officieel uit met als titel “War And Peace” . Eindelijk gerechtigheid, de band verdient het om wereldwijd gehoord te worden.
De elf nummers zijn gecomponeerd door toetseniste Ulyana Gor en gitarist Oleg Goradze. Je zou dan ook verwachten dat zij de bovenliggende partijen spelen, maar dat is niet zo. Die rol is weggelegd voor het sierlijke vioolspel van Artem Galeev. Met een haast folky benadering zoekt hij constant balans tussen melancholische en wervelende sferen. Hij heeft een enorm oor voor mooie melodieën en weet daardoor eigenlijk altijd te boeien. De band heeft flink baat bij het feit dat Gareev de luisteraar alle hoeken van de wereld laat zien, waardoor de verbeeldingskracht van de muziek optimaal naar voren komt.
Knap is het hoe er gaandeweg geschakeld wordt tussen de diverse passages. Er is een duizelingwekkend aantal tempo- en sfeer-wisselingen. De variatie is groot, zowel binnen de nummers als daar buiten. Zo kent het nummer Dilemma vol orgelspel, is Submarine lekker jazzy en heeft het epische James Pont een passage met krachtige gitaarakkoorden waaruit prima solo’s naar voren komen. Het wordt allemaal met de nodige virtuositeit gebracht, waarbij het ferme basspel van Kirill Klyushin niet onvermeld mag blijven. Ook noemenswaardig is het sprankelende pianospel van Ulyana Gor dat als een gouden draad door het geheel gevlochten is. Dat dit haar liefde voor klassieke muziek laat horen (en dan met name voor Rachmaninov) is mooi. De opbouw van het album is subliem. De muziek word steeds intenser en dat ontlaadt uiteindelijk in de euforische slotmelodie van de track Satori.
“War And Peace” is een intrigerend en meeslepend album dat uit z’n voegen dreigt te barsten van de muzikaliteit. Is dat niet iets dat we allemaal willen? Nu is Pandora Snail er absoluut de band niet naar om in een hokje te worden gepropt. Toch ben ik ervan overtuigd dat liefhebbers van progressieve jazzrock niet om dit schijfje heen kunnen.
Dick van der Heijde