Soms overtreft een band zichzelf nogal. Het overkwam de uit Wales afkomstige formatie Karnataka toen ze in 2003 hun derde album maakten. “Delicate Flame Of Desire” heette de plaat en vele recensenten, waaronder onze eigen Maarten Goossensen, prezen het werkstuk mijlenhoog de hemel in. Ik kan alles wat ik lees over dat juweel alleen maar beamen. “Delicate Flame Of Desire” was met al z’n melodieusiteit buitengewoon geslaagd en vooral enorm veelbelovend. De schok was dan ook groot toen in 2004 de band ophield te bestaan.
En dan is daar ineens Panic Room met hun fonkelende debuut cd “Visionary Position”. Een nieuwe band die gebouwd is op de resten van Karnataka. Nou ja, resten? Eigenlijk is driekwart van Karnataka nog aanwezig in de nieuwe band. Alleen broer en zus Jones zijn niet meer van de partij. De goed op elkaar ingespeelde toetsenman Jonathan Edwards en gitarist Paul Davis worden op “Visionary Position” wederom ondersteund door de geweldige drummer Gavin John Griffiths en dat is fijn. Tevens heeft Zangeres Anne-Marie Helder vanuit de achtergrond een paar imposante passen voorwaarts gezet richting front en ook dat is fijn. Naast deze vier oud-Karnatakianen wordt Panic Room nog gecompleteerd door Peter Charlton op akoestische gitaar en de binnen jazz kringen zeer actieve bassist Alun Vaughan .
Niet alleen de aanwezigheid van de Jonesjes alsmede het dragen van de naam Karnataka behoren tot het verleden, de band heeft zich ook een behoorlijk ander geluid aangemeten. Panic Room komt met een meer open en transparant geluid zonder dat er is ingeboet aan warmte en sfeer. Qua stijl is het geheel van acht nummers moeilijk te duiden, simpelweg omdat er naar mijn mening te overvloedig gevarieerd wordt en dat geldt ook binnen de nummers. Zo horen we achtereenvolgens pop, rock, jazz, ambient, Evanescence-achtige gothic, een ballade, wereldmuziek, Keltische klanken, etherische soundscapes en progressieve muziek. Asjemenou. Panic Room weet al deze zaken niet zo lekker met elkaar te vermengen, zeker gedurende de eerste helft van de cd. Nagenoeg niks heeft dan ook een overweldigende klasse en dat is jammer. Natuurlijk, het album kent zo zijn uitschieters naar boven, maar helaas zijn deze er ook naar beneden. Het is niet eenvoudig de nummers op hun waarde te schatten zonder daarbij te worden afgeleid door de geweldige inbreng van een ieder, door het sterke spel, de fraaie zang en de fijne instrumentaties. Zo is de ballade Firefly eigenlijk heel fout maar de elastieken stem van Annemarie doet je zwichten. Toch is een goed nummer als End Game (Speed Of Life) onverbiddelijk aan te merken als zijnde ‘goed’ en ligt in het oosters klinkende Apocalypstick de term ‘irritant’ al na luttele seconden voor op je tong.
Het album gaat lekker van start met de pop van het jaren tachtig-achtige Elektra City. In dit frisse stuk maken we kennis met de aangename stem van Annemarie Helder en meteen is duidelijk dat Panic Room geen Karnataka is. Kan iemand mij trouwens uitleggen waarom het doelloze stuk jazz aan het einde van het nummer niet in de studio is achtergebleven? De plaat was beter af geweest zonder dit staaltje bewijsdrift, hoe lekker die sprankelende piano dan ook is. De eigen stijl die Panic Room zo hard nodig heeft tekent zich duidelijk af in Endgame (Speed Of Life) waar duistere klanken uitmonden in een dynamisch stuk. Ook het mystieke Moon On The Water kent met z’n getokkelde gitaar en z’n sierlijke viool een sfeer die je raakt, evenals het fraaie I Wonder What`s Keeping My True Love Tonight waar een weergaloze gitaarsolo mag schitteren. Echt het hoogtepunt is de veertien minuten durende afsluiter The Dreaming. Hier blijkt dat Panic Room zich in de toekomst weleens zou kunnen overtreffen.
Vooralsnog moeten we het doen met het handje vol aardige nummers van “Visionary position”, een wisselvallige plaat die ik weiger om als debuut-cd te zien, maar die dat wel een beetje is met z’n ’terug naar af’ allure’.
Dick van der Heijde