Het is geen wonder dat zelfs verstokte Van der Graaf Generator-fans terugdeinzen om ook maar te beginnen het immense oeuvre van Peter Hammill te onderzoeken. Zeker als je je realiseert dat het in oktober 1997 verschenen “Everyone You Hold” Hammill’s 22ste ‘echte’ soloalbum betrof (dat is geteld inclusief “The Fall Of The House Of Usher”, maar exclusief alle liveplaten en verzamelaars en ook alle samenwerkingsplaten en platen met ‘soundscapes’). Als je echt alles zou meerekenen zit je dan al dik over de dertig, en nog voor de jaarwisseling zouden er nog drie volgen, en het tempo is in deze eeuw, met in acht nemend een hartaanval en een reünie met VdGG, bepaald niet afgenomen.
“Everyone You Hold” is in dit gebeuren feitelijk een mooi rustpunt, of zoals Hammill het zelf treffend zingt in Nothing Comes: ‘when everything’s over, nothing comes as a shock’. Het is als het ware deel 4 (of zo) van de BeCalm-serie, een poging van Hammill zelf om zijn rustige platen te onderscheiden van de wat drukkere, een serie die hij nooit als zodanig heeft voltooid. Het lijkt nog het meest op “None Of The Above” uit 2002, maar het onderscheidt zich van de platen die volledig leunen op toetsen of gitaar, zoals “Clutch”, “None Of The Above” of “Consequences”. Als gevolg daarvan klinkt de plaat warm en voor Hammill’s begrippen redelijk toegankelijk.
Een groot nadeel van “Everyone You Hold” is aan de andere kant dat het allemaal wat prekerig overkomt. Alsof dominee Hammill rustig in een lege kerk door middel van gedichten je wel even komt vertellen hoe het leven in elkaar zit. Ook heeft Hammill inmiddels de in mijn ogen hinderlijke gewoonte opgepakt om zijn eigen stem 88 keer op te nemen en te gebruiken als achtergrondzang, zodat het lijkt alsof dominee Hammill wordt omringd door 88 Hammill-engeltjes die de boel nog eens sereen onderstrepen. Dan hoor ik tien keer liever in Phosphorescence twee (van de drie) dochters van Hammill de achtergrondvocalen verzorgen. Het liedje Bubble kent zelfs een kerkorgel (hoezo sacraal?), maar ook verfrissende zelfspot in een tekst als ‘we go flying formation in our hot-air speech balloons’.
Deze wat sacrale sfeer kan de luisteraar wellicht wat afschrikken, maar als je dit allemaal juist mooi vindt, of er doorheen bijt, bevat “Everyone You Hold” alleen maar prachtige liedjes. Hoogtepunten zijn het titelnummer, From The Safe House en Can Do, welke laatste nog het meeste invloeden kent van VdGG.
“Everyone You Hold” is dus vooral een hele rustige plaat, met een zeer beheerst zingende Hammill en karige instrumentatie en een gortdroge productie, zodat het lijkt alsof Hammill in je kamer staat te zingen. Het is zeker niet zijn sterkste plaat, en absoluut geen meesterwerk, maar ik kan me zo voorstellen dat er enkele personen op de aarde zijn die dit als Hammill’s favoriete plaat aller tijden beschouwen.
Markwin Meeuws
Beluister deze cd hier: Peter Hammill – Everyone You Hold