Hammill, Peter

Nadir's Big Chance

Info
Uitgekomen in 1975
Land van herkomst: Verenigd Koninkrijk
Label: Charisma
Website: www.sofasound.com
Tracklist
Nadir's Big Chance (3:33)
The Institute Of Mental Health (3:32)
Open Your Eyes (5:11)
Nobody's Business (4:09)
Been Alone So Long (4:11)
Pompeii (4:22)
Shingle Song (4:15)
Airport (3:05)
People You Were Going To (5:05)
Birthday Special (3:34)
Two Or Three Spectres (6:21)
Peter Hammill: zang, gitaar, piano, basgitaar

Met medewerking van:
Hugh Banton: basgitaar, piano, orgel
Guy Evans: drums
David Jackson: saxofoon
Other World (met Gary Lucas) (2014)
Consequences (2012)
Thin Air (2009)
Singularity (2006)
Incoherence (2004)
Clutch (2002)
What, Now? (2001)
None Of The Above (2000)
Typical (live) (1999)
This (1998)
Everyone You Hold (1997)
X My Heart (1996)
Roaring Forties (1994)
There Goes The Daylight (live) (1993)
The Noise (1993)
Fireships (1992)
The Fall Of The House Of Usher (1991)
Room Temperature (live) (1990)
Out Of Water (1990)
In A Foreign Town (1988)
And Close As This (1986)
Skin (1986)
The Margin (1985)
The Love Songs (1984)
Patience (1983)
Enter K (1982)
Sitting Targets (1981)
A Black Box (1980)
pH7 (1979)
The Future Now (1978)
Over (1976)
Nadir's Big Chance (1975)
In Camera (1974)
The Silent Corner And The Empty Stage (1974)
Chameleon In The Shadow Of The Night (1972)
Fool's Mate (1970)

Nadir is het 16-jarige, puisterig-puberende alter ego van Peter Hammill, een blaag met een Stratocaster gitaar en een wat grimmige kijk op de wereld. Hammill schrijft op de hoes van het album, zijn vijfde soloplaat, dat hij de jongen graag een podium biedt, in deze sombere wereld is er altijd een plek voor een extra Nadir en zijn ‘beefy punk songs’. Dit, jongens en meisjes, is de allereerste keer dat een Britse muzikant punk in verband bracht met muziek. En hoewel het er niet op lijkt dat ‘punk’ een begrip is geworden omdat Hammill het gebruikte, wordt dit album vaak gezien als een soort blauwdruk voor de gehele punkbeweging. De Sex Pistols hebben bij voorbeeld meer dan eens aangegeven dat de plaat een inspiratiebron voor ze was.

Dat is, als je er tenminste zo over denkt, wat al te veel eer. Want “Nadir’s Big Chance” mag dan bij tijd en wijle een bak herrie zijn (en in het titelstuk te keer gaan tegen de decadente glamrock van die tijd), muziek voor knullen die ter nauwer nood drie gitaarakkoorden kunnen toepassen is het bepaald niet. Het heeft in elk geval een hele tijd geduurd voordat de punkgeneratie ballads als Been Alone So Long en ingewikkeld maatsoorten als in Nobody’s Business de baas kon. Je kunt hooguit stellen dat, voor een voorloper van de progressieve rock, een aantal stukken op “Nadir’s Big Chance” overkomt als ongenuanceerde rockers.

Eerlijk gezegd vind ik die combinatie van nauwelijks verteerbaar gerag en meer doordachte stukken niet goed werken, zeker nu ik het album na lange tijd terug hoor. Toen ik zelf nog een pukkelige tiener was (eergisteren), vond ik die tegendraadse punkrock opwindend en geestig, maar de tijd is niet vriendelijk geweest voor die liedjes die toen het meeste opzien baarden. Ze klinken nu eerder achterhaald en kinderachtig (vooral de overdreven manier van zingen, met die hoge uithalen aan het einde van zinnen gaat op je zenuwen werken) terwijl de intelligentere stukken van de plaat beter overeind bleven, al zijn ze niet zo sterk als die van, bijvoorbeeld, “Over”. Shingle Song vind ik nog het beste nummer en eigenlijk is dat een bewerking van een oude Van Der Graaf Generator compositie. De andere stukken zijn aardig, maar ook een beetje mat, alsof Hammill zelf voelde dat hij de punk moest compenseren met bravere rock.

“Nadir’s Big Chance” is feitelijk gemaakt door Van Der Graaf Generator, de groep had nog maar kort voor het opnemen van de plaat besloten weer bij elkaar te komen. Niet zo lang hierna zou de groep “Godbluff” maken. Ik wil maar zeggen: we mogen blij zijn dat Hammill Nadir met deze soloplaat zijn grote kans gunde. Dat heeft ons een meesterwerk gescheeld.

Overigens liet Peter Hammill Nadir nog twee keer na deze plaat ‘los’: op zijn soloplaat “The Future Now”, drie jaar later, zong Hammill dat hij nog steeds Nadir kan zijn en het jaar daarop nam hij onder de naam Rikki Nadir de single The Promise op. Natuurlijk had Hammill nog meer alter ego’s, zoals Rodney Sofa, Heater Panel, Derby Dazzler en Dinu m’Brella. Maar dat is helemaal niet raar, hoor. Wel nee.

Erik Groeneweg

Koop bij bol.com

Send this to a friend