Phideaux heeft zich de afgelopen jaren opgewerkt tot de top van de symfonische rock. Onverstoord en met grote regelmaat brengt hij met zijn band het ene album naar het andere uit. Elk album dat hij aflevert is steeds weer beter dan zijn voorganger. Een prestatie om veel respect voor te hebben. Zijn in 2007 uitgebrachte album “Doomsday Afternoon” wordt door recensenten en liefhebbers bestempeld als zijn beste album. Het album stond maanden lang in de Wereldse Tien en eindigde in Het Wereldse Jaar van Progwereld op de vierde plaats.
Ik zal er niet omheen draaien, want ook “Number Seven” is een geweldig album geworden. Een echte groeibriljant die zijn geheimen pas echt prijs geeft na een flink aantal luisterbeurten. Je zult dus moeten investeren en het veel moeten beluisteren, maar dan word je ook wel beloond. Dat betekend niet dat we hier met een moeilijk te verteren album te maken hebben. Maar na vele luisterbeurten ga je thema’s en terugkerende melodieën beter herkennen en komt de plaat steeds meer tot leven.
Album nummer zeven is een conceptalbum over een dormouse (in Nederland bekend onder de naam ‘slaapmuis’, een knaagdiertje dat wel wat van een eekhoorn wegheeft). Dit muisje krijgt heel wat voor de kiezen. Wie de teksten van Phideaux een beetje kent, weet dat deze niet bepaald als positief en rooskleurig bekend staan en dat is hier niet anders. Overigens is het artwork super stoer. De gekozen cover vind ik niet goed gekozen, maar de foto’s in het boekje zijn echt geweldig.
Muzikaal gaat het zevende album verder op de koers zoals hij in “Doomsday Afternoon” was ingegaan. Dat betekent een hoofdrol voor de piano en de akoestische gitaar. Met name het pianospel is fenomenaal! Wat klinkt een echte piano toch mooi en helemaal op dit album. Hij zorgt voor grandeur, subtiliteit, drama en spanning. Met de piano en akoestische gitaar als basis vlecht Phideaux orkestraties door zijn composities en duikt ook de saxofoon regelmatig op. Maar ook een vette toetsensolo duikt regelmatig op, net als solo’s op de gitaar, maar die blijven in de minderheid. Er zit een enorme gelaagdheid in de muziek die je langzaamaan steeds meer zal ontdekken.
Andere kracht van de muziek van Phideaux is zijn sterke zang en de zang van zijn vrouwelijke collega’s. De dames klinken stuk voor stuk geweldig en vooral in combinatie met Phideaux is het extra genieten. Dit album moet je echt in zijn geheel beluisteren. Er zijn geen nummers die er echt uitspringen, het is het geheel dat zo overdondert.
Toch durf ik niet te stellen dat “Number Seven” beter is dan zijn voorganger. Ik vond “Doomsday Afternoon” meer indrukwekkend. Die had meer adembenemende hoogtepunten en briljante overgangen. Feit blijft dat Phideaux fantastische albums maakt en ook dit nieuwe album is wederom een juweel. Iemand op ons forum schreef over dit album “Dit is echt zo mooi! Dit houd je uit je slaap.” Een geweldige omschrijving van dit album en de impact die het luisteren ernaar kan hebben. Zoals mijn oud Progwereld collega Sander Kok zou zeggen: Apart gezelschap dat Phideaux!
Maarten Goossensen