Ik heb Pink Project de afgelopen jaren meerdere keren zien spelen en vaak op bijzondere plekken zoals de tuin van het Vredespaleis en het Omniversum, beide in mijn woonplaats Den Haag. Dit keer is de oer-Haagse poptempel Paard van Troje de plek van handeling.
De reeds 23 jaar geleden door Peter Chattelin opgerichte tribute band timmert al jaren behoorlijk aan de weg. Na vele hoogtepunten zit er dit jaar weer een nieuwe aan te komen: in september speelt de band in Ahoy, en niet voor de eerste keer. Maar eerst hebben we nog een optreden te gaan in het Paard. Naast Chattelin is sologitarist Ruud Verwijk, deel uitmakend van de band sinds 2005, van groot belang voor het geluid van de band. Spelend op zijn zwarte Fender Stratocaster David Gilmour Relic Custom Shop, identiek aan het instrument dat de legendarische Engelsman sinds 1970 gebruikt, ziet hij kans om diens gitaarspel zeer dicht te benaderen, voorwaar geen simpel werk.
De band heeft er deze keer voor gekozen om het Pink Floyd album “Animals” centraal te stellen. “Animals” dateert uit 1977 en is een van de beste maar tegelijkertijd donkerste albums van Pink Floyd. Het is een conceptalbum dat in de verte zijn inspiratie lijkt te hebben opgedaan in het boek “Animal Farm” van George Orwell. Evenals in het boek worden dieren gebruikt voor het beschrijven van menselijk gedrag. En laat ik het hier maar direct zeggen: dit is mijn favoriete Pink Floyd album aller tijden en kent een hoge notering in mijn persoonlijke top 10. Een reden te meer dus om het optreden in het Paard met meer dan gemiddelde belangstelling tegemoet te zien.
Het blijkt nog lastig te zijn om toegang te krijgen tot het statige pand aan de Prinsegracht in hartje Den Haag. Lange rijen vormden zich in regen en wind tot voorbij de hoek met de Boekhorststraat, pas om exact half acht gaan de deuren open. Het moet gezegd: daarna stroomde de zaal vrij snel vol en wat ik niet voor mogelijk had gehouden bleek toch bewaarheid: het optreden begon stipt op tijd om acht uur. Er hangt een sfeer van anticipatie in de zaal, dit moet een echt feestje worden.
Pink Project trapt af met een aantal tracks van “The Wall”, achtereenvolgens worden In the Flesh?, Another Brick In The Wall Pt 2, met de wereldberoemde gitaarsolo, en Mother, met een hoofdrol voor de achtergrondzangeressen, gespeeld. Dit is overduidelijk een thuiswedstrijd voor Chattelin cs., het is gezellig druk in het volle Paard met naar schatting zo’n 1000 enthousiastelingen.
Tijdens What Do You Want From Me stelen Charles Dehue, die de Gilmour zangstem voor zijn rekening neemt, en nieuwe gitarist Hans Hendrik, de show. Sorrow is met zijn heavy gitaarwerk van Verwijk een loodzwaar nummer, hulde voor de lichtshow. Het relatief onbekende Cymbaline van “Music From the Film More” uit 1969 is op zijn minst een verrassend keuze te noemen. Een uiterst rumoerige zaal is uiteindelijk pas stil tijdens de orgelsolo, waarna het akoestische Fat Old Sun van “Atom Heart Mother” de zaal verwarmt, inclusief heerlijk overstuurde gitaarsolo van Hans Hendrik.
Hierna volgt het instrumentale One Of These Days met de zware bas en het Dr. Who thema. De vocalen tijdens Have A Cigar zijn helaas matig, maar dat wordt weer ruimschoots goed gemaakt door het van klassieker “Dark Side Of The Moon” afkomstige Brain Damage/Eclipse met solozang van Peter Chattelin. Tijd voor een korte (adem)pauze.
Na de pauze is het tijd voor “Animals”, al eerder aangekondigd als het centrale deel van het optreden. Zoals het hoort wordt geopend met het akoestische Pigs On The Wing Pt 1 met op het grote scherm film en foto’s van Battersea Power Station, de voormalige kolencentrale aan de Thames, met het beroemde zwevende varken tussen de enorme schoorstenen.
Dogs bezorgt me kippenvel met het akoestische intro en de perfecte stem van Charles Dehue. De toetsensolo van Giovanni Pepe, de tempowisselingen en de fantastische unisono gitaarpartijen zijn om van te smullen en maken dit ruim 17 minuten durende nummer tot een voorbeeld van hoe prog (symfo) gespeeld dient te worden. De tweede vocale partij van Peter Chattelin laat heel goed horen hoe dicht hij met zijn stem de lichte waanzin, die zo kenmerkend is voor de stem van Roger Waters, benadert. Complimenten.
Pigs (charade you are) wordt begeleid door beelden van achtereenvolgens Trump, Erdogan, Putin maar ook, tot grote hilariteit, Mark Rutte. Vooral de zang en de sologitaar van nieuwkomer Hans Hendrik oogsten veel applaus. Dan is het tijd voor de intro van Sheep, de iconische elektrische piano, het favoriete nummer van mijn favoriete album van de Floyd met zijn pulserende baslijn en superbe zang van ‘madman’ Waters, vertolkt door diens grootste fan Chattelin.
Diezelfde Peter Chattelin kondigt aan dat het volgende nummer ook direct het laatste nummer van de set zou zijn en dat het hier om een speciaal nummer zou gaan dat slechts zelden live te bewonderen valt. Als snel daarna de eerste tonen van Echoes worden gespeeld is het publiek niet meer te houden. De intro met de legendarische waterige pianoklanken wordt met luid gejuich begroet door de razend enthousiaste menigte. Met soms vierstemmige zang en, bij tijd en wijle, zwaar overstuurde gitaar, begeleid door een video van het optreden in Pompeii, wordt dit unieke ruim 23 minuten durende nummer op overtuigende wijze gespeeld. Een absoluut hoogtepunt tijdens de show.
Run Like Hell is de eerste toegift, de roterende lichten maken de vergelijking met het origineel zeer natuurgetrouw, vanzelfsprekend wordt er voluit meegezongen door het uitzinnige publiek. Extra complimenten voor het vocale duet tussen Peter en Charles. Extra toegift Comfortably Numb is de absolute publieksfavoriet en fungeerde ook deze keer als uitsmijter. Er werd uit volle borst meegezongen, zeg maar gerust geblèrd, de legendarische gitaarsolo maakt het feest compleet. Het Haagse onderonsje komt zo rond elf uur aan zijn einde en het wordt langzaam weer ‘rustaagh’ in het Haagje.
We zijn getuige geweest van een werkelijk uitstekende show van de Hagenaars, uiterst professioneel en met veel toewijding en inzet werd er twee uur en bijna drie kwartier gespeeld, niemand verliet het pand voortijdig. Op naar Ahoy.
Verslag: Alex Driessen
Foto’s: Johan van Bree