Proloud

Rebuilding

Info
Uitgekomen in: 2002
Label: Sublime Records
Website: Proloud Website
MySpace: Proloud
Tracklist
Self Destruction (0:31)
Fickle (8:11)
Leave It To Nature (8:41)
Island Lake (7:39)
Shooting Star (3:46)
Gethsemane (4:53)
Last Inhabited Planet (6:58)
To Be On Fire (9:00)
Rebuilding [Leave It To Nature Reprise] (4:15)
Marco Donello: keyboards
Giancarlo Mattei: zang
Emi Pierro: drums
Mikele Zanni, bas
Christian Zezza: gitaar
Rebuilding (2002)
Fickle (demo, 1999)

“Rebuilding” van de Italiaanse prog-rockers Proloud is een aangename verrassing. Dat begint al bij de verpakking, mijn nominatie voor de mooiste Cd-hoes van dit jaar. Een uitklapper met daarin de cd in een extra hoesje, een prachtig geïllustreerd tekstboekje en als klap op de vuurpijl 10 ansichtkaarten met daarop nogmaals de illustraties en de teksten.

Tweede verrassing is de muziek. Proloud is begonnen als Dream Theater-coverbandje en dat hoor je zowel in de manier van spelen als in de manier van componeren. Nu ze op eigen benen staan, vind ik Proloud zachtaardiger, maar ook interessanter dan Dream Theater, vooral als je bedenkt dat dit pas hun eerste plaat is. Naast DT is Rush de belangrijkste invloed, niet in de minste plaats om het stemgeluid van zanger Giancarlo Mattei, maar zeker ook in de gitaarpartijen van Christian Zezza. Ook het Marillion van na de Breuk steekt af en toe de kop op. Op zijn minst schrijft Proloud goede liedjes die in al hun complexiteit toch meteen in je kop gaan zitten en daar niet meer uit komen.

Wat Proloud bijzonder maakt, is de manier waarop ze andere muziekstijlen mengen met de lekker stevige prog-rock. Zo klinkt er in prijsnummer Leave It To Nature een opzwepend latin-ritme en halverwege het nummer maakt de voorspelbare solo plaats voor een fijn stukje jazzrock. In het vierde nummer, Island Lake, speelt Zezza vier maten solo waarna hij ruw wordt onderbroken door een break die doet vermoeden dat Frank Zappa waarlijk is opgestaan. En de plaat zit vol met dat soort speldenprikken, gekke dingetjes die de liedjes net een beetje meer pit geven.

De band maakt ook ruimte voor rust, zoals in Fickle, een nummer dat ook al op hun eerste demo prijkte, en dat nu is voorzien van een schitterende passage waarin de vleugel een fretloze bassolo ondersteunt. De verplichte ballad Shooting Star zit bij wijze van adempauze precies in het midden van de plaat. Daarna gaat het weer prettig loos met het instrumentale Gethsemane waarin vooral toetsenman Donello zijn grote klasse bewijst. De man heeft een zeer gelukkige hand in het kiezen van keyboardgeluiden en hij speelt alsof Jordan Rudess hem op de hielen zit, terwijl het eerder andersom is.

Nou moe, mankeert er dan helemaal niets aan deze plaat? Helaas zijn er wel wat storende factoren, zoals de manier waarop de drums zijn uitgemixt. Emi Pierro is een geweldenaar, maar zijn drumstel klinkt nogal agressief. Vooral de basdrum klinkt hoog en hard waardoor het na een half uurtje vermoeiend wordt om er naar te luisteren. Zanger Mattei vormt echter het grootste struikelblok. De goede man klinkt als een kruising tussen James Labrie en Geddy Lee, maar daarmee is nog niet gezegd dat hij ook zo goed kan zingen. Integendeel. Vooral als hij zich niet met maniertjes kan redden, zoals in eerder genoemde ballad Shooting Star, is zijn stem bijzonder onvast. Ook zijn uitspraak van het Engels is erbarmelijk. We zijn natuurlijk wel wat gewend van Italiaanse zangers, maar wie ‘fruits’ op dezelfde manier uitspreekt als ‘druids’ (froe-iets) maakt het de luisteraar erg moeilijk. Het is maar goed dat de songteksten zowel in het boekje als op de ansichtkaarten staan, want wie niet kan meelezen verstaat er geen jota van. Niet dat dat zo’n verlies is, soms zijn de teksten, ook van Mattei, bijzonder abstract: ‘I crucify my mind like my empty eyes’. Ik kruisig mijn brein zoals mijn lege ogen. Ja ja. Ik heb het een middagje geprobeerd, maar ik kwam er niet uit. Mattei moet wel een bijzonder aardige kerel zijn, of in het bezit van een fijne oefenruimte, of een bloedmooie zus, anders kan ik niet verklaren dat hij nog met deze briljante band mee mag doen.

Ook met deze mindere elementen blijft “Rebuilding” een heel fijne plaat van een veelbelovende groep. Als je de moeite neemt om om de zanger heen te luisteren (en ik begin er zelfs een beetje aan te wennen) heb je met deze eerste van Proloud een van de beste platen van het jaar te pakken.

Erik Groeneweg

Send this to a friend