Veel geïmproviseerde muziek is als de onvoorbereide bruiloftsspeech van een schoonvader die iets te vaak zijn flûte heeft laten bijvullen met bubbeltjeswijn: het gaat nergens over, houdt maar niet op, en leidt tot plaatsvervangende schaamte bij het barpersoneel. Het is dan ook een beetje beangstigend wanneer je een dubbel-cd met geïmproviseerde spacerock in de bus krijgt die door een van de muzikanten aangeprezen wordt als het equivalent van vier langspeelplaten. Dat is twee keer zo lang als mijn eerstvolgende tandartsafspraak, en mogelijk ook twee keer zo onaangenaam. Gelukkig is daarvan geen sprake bij het ongeveer tweehonderdzesendertigste album van Radio Massacre International, “Time & Motion”. Het album bevat dan wel zo’n 160 minuten aan geïmproviseerde bliepjesmuziek, maar saai wordt het nooit.
Radio Massacre International is dan ook een van de grootste namen in de contemporaine elektronische spacerock. Al sinds de vroege jaren negentig treden Duncan Goddard, Steve Dinsdale en Gary Houghton met veel succes op onder deze naam en sinds de band in 2005 bij Cuneiform Records is aangeschoven neemt hun aanzien alleen maar verder toe. Hun twee eerdere releases bij Cuneiform, “Emissaries” en “Rain Falls in Grey”, een eerbetoon aan Syd Barrett, bevatten geïnspireerde en spannende improvisaties, en ook de tien nummers op “Time & Motion” weten te overtuigen.
Hoewel Radio Massacre International onmiskenbaar modern klinkt – onder meer door de heldere productie en de ruimte die de muziek krijgt om zich te ontwikkelen – komen hun voornaamste inspiratiebronnen uit de late jaren zestig en de jaren zeventig. Niet alleen komt Pink Floyd vaak om de hoek kijken (sommige passages, zoals in het mooie Fission Ships Pt. 1, refereren aan Echoes), maar ook Duitse elektronicapioniers als Klaus Schulze, Tangerine Dream en Kraftwerk hebben veel invloed uitgeoefend op het geluid van de groep. Daarnaast doen met name de sequencers soms denken aan Jean Michel Jarre ten tijde van “Oxygène”. Radio Massacre International gaat respectvol om met deze voorbeelden zonder kopieergedrag te vertonen.
Een interessante toevoeging aan het geluid komt van gast Martin Archer, die met blaasinstrumenten een akoestische dimensie toevoegt aan het klankenpalet, dat verder vooral bestaat uit een rijke mix sequencers, (vintage) synthesizers en de elektrische gitaar van Gary Houghton. De veelzijdigheid van het geluid komt vooral goed naar voren wanneer de muziek over de koptelefoon beluisterd wordt. Mede door Archer’s saxofoonsolo’s is “Time & Motion” relatief toegankelijk, omdat de muziek net wat meer structuur lijkt te hebben door de melodieuze lijnen van zijn blaasinstrument. Bovendien heeft het album een doorgaans erg warme klank, daar waar veel spacerock soms wat klinisch of zelfs gewoon een beetje naar klinkt. Hierdoor zou de plaat ook de minder overtuigde spacerock- of elektronicaliefhebber moeten kunnen aanspreken.
Voor mensen die niet gillend wegrennen bij het lezen van de beschrijving “160 minuten structuurloos gefröbel op veelal elektronische instrumenten” is “Time & Motion” dan ook zonder meer een aanrader. Radio Massacre International laat wederom horen waarom ze alweer bijna twee decennia tot de top van hun genre behoren: schoonoudergrappen ten spijt zijn ze gewoon echt goed en “Time & Motion” is hiervan eens te meer het bewijs.
Christopher Cusack