We schrijven 1993. De muziekwereld was in de ban van een verzameling ruige langharige, in houthakkershemden geklede muzikanten uit Seattle. Meer dan ooit lag het zwaartepunt van de muziek op dat moment in de Verenigde Staten. In het Verenigd Koninkrijk was de britpop slechts net aan zijn opmars begonnen; Oasis had zelfs nog geen plaat uitgebracht (ongetwijfeld waren de broertjes Gallagher nog aan het ruziën). In dat jaar brengen vijf jonge kerels uit Oxford een plaat uit die zal uitgroeien tot één van de meest bekritiseerde debuutplaten ooit. Want wie kon toen weten dat dit vijftal zou uitgroeien tot het vlaggenschip van het experimentele muziek binnen de populaire rock?
“Pablo Honey”, want daar gaat het hier uiteraard over, is een beetje tot een buitenbeentje verworden in de indrukwekkende catalogus van Radiohead. Vele mensen weten zelfs alleen maar te vertellen over deze plaat dat dit het album is waar Creep opstaat. Zo! Het hoge woord is meteen gevallen, want wie kent er Creep niet? Het nummer dat Radiohead eensklaps tot een absolute superband lanceerde, en er misschien wel mee voor zorgde dat Radiohead zo aan het experimenteren is geslagen. Maar “Pablo Honey” is meer dan Creep alleen. Het grote probleem van “Pablo Honey” is vooral de zes albums die erna kwamen. Door de kwaliteit en de experimenteerdrang van Radiohead is dit album een beetje verzonken, op dat ene nummer na dat nog altijd als beste en meest geliefde nummer van Radiohead wordt gezien: Creep…
Nee, “Pablo Honey” is geen “OK Computer” of “Kid A”, het is een debuut van een Brits rockbandje met een nogal vreemde frontman dat een monsterhit uitgespuwd heeft. Had de band na dit album niet zo geëxperimenteerd, was dit album misschien beter gewaardeerd geweest. Maar hadden ze dat niet gedaan, was Radiohead misschien altijd de band van Creep gebleven. En eigenlijk is dit niet eens het beste nummer op de plaat. Met die eer gaan volgens mij Anyone Can Play Guitar en Blow Out eerder lopen.
Vooral Blow Out steekt er bovenuit en is mijns inziens een brug die al naar “The Bends” geslagen wordt. Een nummer dat erg rustig begint, maar dan losbarst in een soort experimentele vorm van improvisatie die we bijvoorbeeld later in een Paranoid Android op “OK Computer” zullen tegenkomen. Ook andere nummers als het reeds genoemde Anyone Can Play Guitar bewijzen dat ook “Pablo Honey” al met al géén standaard rockplaat is zoals nu vaak wordt aangenomen. Het is zonder twijfel wel de meest stevige plaat van Radiohead, en de meest bijzondere. Is dat niet ironisch beste lezer? Dat net de meest commerciegevoelige plaat van Radiohead is uitgegroeid tot het buitenbeentje in de cataloog.
Ik wil dan ook vooral een pleidooi houden voor de opwaardering van dit uitstekende debuut. Tenslotte zonder dit album was Radiohead nooit de band geworden die het nu is. Iedere fan zou op zijn minst dit album gehoord moeten hebben. Al was het maar om de evolutie die de band doormaakt duidelijk te maken. Want dat is Radiohead: een band in voortdurende evolutie, in progressie. Er is geen enkel album dat hetzelfde klinkt (buiten “Kid A” en “Amnesiac” misschien), daarom is het eigenlijk een beetje vreemd dat net het begin van deze voortdurende progressie in het verdomhoekje is terechtgekomen.
Gelukkig krijgen we van EMI de kans om “Pablo Honey” opnieuw te ontdekken. Ondanks dat de redenen van deze uitgave duidelijk een laatste (geslaagde) poging tot winstbejag op de rug van Radiohead is, spreken we hier toch over een erg mooie uitgave. De keuze bestaat uit een versie met een bonus-cd erbij en een versie waar ook nog een extra dvd bij zit.
Het bonusschijfje opent met de “Drill EP” waar enkele nummers van “Pablo Honey” in hun demoversie op zijn beland, nog voordat het eigenlijke album uitkwam. We spreken hier dus over de vroegste Radiohead. Verder worden we getrakteerd op elke mogelijke B-kant van de drie singles die “Pablo Honey” gebaard heeft. Een leukigheidje is dat Stop Whispering hier op staat in de U.S.-version: aan jullie om het verschil te ontdekken. Ook het erg leuke Pop Is Dead dat niet op het album zelf stond is hier vertegenwoordigd met zijn B-kantjes. Eindigen doen we met live-opnamen van de BBC, die overigens van een zeer aangename kwaliteit zijn. Buiten het onvermijdelijke Creep speelden ze ook het voor mij onbekende Nothing Touches Me. Jammer dat ik die nu pas leer kennen, want dit is een erg goed nummer. Zonder meer is dit bonusschijfje een meer dan welkome toevoeging. De kwaliteit is constant hoog genoeg en het streeft volledigheid na.
Op naar het tweede schijfje dan, dat het beeldmateriaal bevat. Vooreerst staan er uiteraard de videoclips op van de voornoemde singles. En dat wekte verbazing bij mij. Buiten dat sommigen erg bizar zijn (Thom Yorke als zingende zombie in Pop Is Dead), was ik niet eens op de hoogte van het bestaan van enkele van deze, met Pop Is Dead voorop. Alweer een illustratie van hoe deze plaat op één nummer na bijna genegeerd is, ook op MTV dus. Maar buiten het Top Of The Pops-filmpje van, u raadt het nooit, Creep, zal de aandacht vooral getrokken worden door het livegedeelte. Hier past meteen een eerste waarschuwing voor de fan die niet teveel geld aan Radiohead wil uitgeven, maar toch al hun albums en dvd’s wil. Dit concert is namelijk al eerder uitgeven op “The Astoria London Live”-dvd. Alleen staan hier uiteraard enkel de nummers op die ten tijde van “Pablo Honey” uitgebracht werden. Voor de rest van de show, moet ik verwijzen naar de bonus-dvd van “The Bends”. Een tweede waarschuwing is dat hier een rockband staat, en geen experimentele progband. Verwacht dus niets speciaals, maar een erg goed stevig rockend optreden.
Is deze uitgave nu een aanrader? Ik vind van wel, maar ik heb dan ook niet alle singles en dvd’s van Radiohead. Zij die dit al wel hebben, zullen hier minder aan hebben. Voor alle anderen, en dat is ongetwijfeld de meerderheid, is dit meer dan een aanrader. De keuze voor een 2cd-versie of voor die met dvd erbij is natuurlijk volledig aan jullie, maar ikzelf zou de dvd voor geen geld willen missen. De clipjes zijn te leuk ervoor en het concert te goed. Maar welke versie je ook kiest, het is een absolute must-have. Maar ja…ik heb altijd al een zwak gehad voor “Pablo Honey”.
Peter Van Haerenborgh