Andy Edwards en John Jowitt speelden zo’n tien jaar geleden samen in de bands IQ en Frost*. Nu hebben ze samen de handen ineen geslagen en zijn ze een nieuwe band begonnen. Een band, geen project. Het is echt de bedoeling om meer albums te gaan uitbrengen en te gaan optreden (als we van Covid zijn verlost).
Dat deze twee heren een geweldige ritmesectie vormen is geen verrassing. Andy Edwards is een inventieve drummer en John Jowitt is ook gepokt en gemazeld. Interessant is vooral de vraag hoe zij zich ontwikkelen als songwriters en als band. Opener Devils Will Reign is meteen een zalige opener. Prettige zang, mooie zanglijnen en geweldig baswerk van John Jowitt. Beide zangers hebben een prima stem, de een wat warm en de ander wat feller. Samen komen ze goed uit de verf. Het nummer heeft iets poppy en doet ook wel wat aan Frost* denken.
Dandelion is lekker uptempo en doet wel wat denken aan de muziek van The Mute Gods. Het heeft een mooi tegendraadse passage waarin zowel de toetsen als de gitaar de voorgrond zoeken. De tempowisselingen worden verderop wat geforceerd en soms bekruipt mij het gevoel dat de band te veel zijn best doet om modern te klinken. De kunst van het weglaten zou wat meer toegepast mogen worden.
In Walkaway laat de band wederom horen qua mogelijkheden veel in huis te hebben, maar vergalopperen ze zichzelf. Ook hier zijn de overgangen wat geforceerd waardoor je de draad een beetje kwijt raakt. Magician is van hetzelfde soort. Begin is sterk, maar daarna vliegen ze uit de bocht. Dit vanuit de drang om vooral heel modern te klinken. Wederom zijn hier geen herkenningspunten waardoor je de draad al snel verliest. Het voelt wat bij elkaar geraapt. Singularity is dan weer een soort ambient stuk waarin stukjes van alle voorgaande nummers nog eens voorbij komen. Ik sla hem steeds over.
Het blijkt maar weer, bekende namen bijeen brengen is zeker geen garantie voor een sterk album. Dit album zwalkt te veel van links naar rechts en van boven naar beneden. Luisteren naar dit album is als los zand dat door je vingers glipt; er blijft niets hangen.