De broertjes Brett en Chris Rodler, ook bekend van Leger de Main en Gratto, zijn de drijvende krachten achter Razor Wire Shrine, of RWS. Chris schreef het meeste materiaal en Brett arrangeerde het voor dit powertrio. De muziek lijkt nog het meest op een kwaaie kruising tussen Rush en King Crimson, furieuze, instrumentale progmetal met extreme tempo’s en tempowisselingen.
De nadruk ligt op het gitaarspel van Mike Ohm, maar de absolute held van de plaat is voor mij drummer Brett Rodler. Wat kan die man ongelooflijk goed drummen! RWS speelt waanzinnig ingewikkelde ritmes die elkaar in een moordend tempo opvolgen, maar Brett lijkt het allemaal moeiteloos bij te houden. Het scheelt natuurlijk wel dat hij als de arrangeur de muziek van haver tot gort kent, maar dan nog. Een zeer bijzondere prestatie die elke andere drummer dwingt tot gepaste bescheidenheid.
Ook de twee gitaristen verrichten bijzonder knap werk, al moet ik eerlijk zeggen dat ik niet zo onder de indruk ben van het gesoleer van Mike Ohm. Het is technisch perfect, maar dat is nog wat anders dan briljant of zelfs maar mooi. En eigenlijk geldt dat wel voor de hele plaat. De heren mengen moeiteloos jazzrock met heavy metal en dan twee keer zo snel, maar echt fraaie composities levert dat niet op. Je mag toch hopen dat een nummer is opgebouwd rond een thema, een lick of een akkoordenschema. Bij deze zeven nummers kan ik dat niet ontdekken. Het gevolg is dat de muziek een beetje van me afglijdt, hoe knap ik het ook vind, het doet me niet zoveel. Misschien was de keuze om de plaat instrumentaal te laten precies de verkeerde.
Meer vorm dan inhoud dus, maar wát een vorm. Hier spelen drie topmuzikanten de sterren van de hemel, dit is voer voor conservatoriummuzikanten, prog op Olympisch niveau. Vooral All Shades Of Bitter, het snelste nummer van de plaat, dwingt diepe bewondering af. Des te spijtiger dat het repertoire niet net wat sterker is.
Erik Groeneweg