De naam Rick Wakeman doet menig proghart van het eerste uur sneller kloppen. Wat een spectaculair toetsenspel kan deze muzikant uit zijn synthesizer, piano of Hammond toveren. Spectaculair zijn ook zijn live-optredens. Of dat nu met Yes is of als soloartiest. Grote aantallen toetsinstrumenten op het podium, complete orkesten, koren, immense locaties – Rick Wakeman doet alles in extremen. Als je even kijkt op het tabblad discografie, zie je dat hij ook een immense lijst aan albums heeft uitgebracht gedurende zijn muzikale carrière tot nu toe.
Wakeman is echter ook een gelovig man die er van overtuigd is dat muziek in het algemeen een gift van God is. De inspiratie die hij opdoet voor zijn muziek komt, naar zijn eigen zeggen, uit de kosmos, uit het ‘Out There’. En dat verklaart meteen het thema van dit album.
In deze geremasterde heruitgave van Esoteric heeft men de tekst van het boekje in een leesbare lettergrootte veranderd, waardoor het boekje ook dikker is geworden. Verder is de toenmalige vriendin van Wakeman, Alina Bencini, gedegradeerd van grote inspiratiebron tot ontwerpster van de cover van dit album.
Wakeman heeft in de jaren ’90 diverse keren contact gehad met de NASA, nadat hij had ontdekt dat men de muziek van zijn “No Earthly Connection” had afgespeeld tijdens een missie aan boord van één van de Space Shuttles. Deze contacten hebben ertoe geleid dat meerdere albums van hem zijn beland in de discotheek van de diverse Space Shuttles. Toen in 2003 de Columbia STS-107 tragisch verongelukte bij terugkeer in de dampkring, heeft Wakeman besloten “Out There” op te dragen aan de bemanning van dit toestel.
Het heeft Wakeman vijf jaar gekost om dit album te componeren en op te nemen. In 1999 werd zijn “Return To The Centre Of The Earth” opgenomen en uitgebracht. Daarna heeft hij The English Rock Ensemble in een nieuwe bezetting uit de as laten herrijzen. Met deze muzikanten achtte hij de tijd rijp om dit project verder uit te werken. Zoals een goed Wakeman-project betaamt, doet ook The English Chamber Choir o.l.v. Guy Protheroe weer mee. Het symfonieorkest is deze keer achterwege gelaten.
Wanneer we de eerste track van dit album beluisteren, wordt al snel duidelijk waarom het symfonieorkest niet is uitgenodigd. Dit is Wakeman in metal-land: ronkende gitaren, bombastische, vaak elektronische drums en Damian Wilson in een te strakke broek.
De ritme-tandem Fernandez-Pomeroy is bijzonder goed op dreef, al ben ik persoonlijk niet zo’n liefhebber van de holle bombastische klank van de elektronische toms. Het gitaarwerk van Ant Glynne past naadloos in deze setting en zijn solo’s zijn om je vingers bij af te likken.
Het toetsenwerk is als vanouds. Wakeman heeft zijn geluiden goed afgestemd op de metal-context. Daardoor krijg je soms het gevoel dat je naar een geupdate Final Countdown van Europe zit te luisteren. Maar dat is toch eigenlijk ook gewoon een lekker nummer.
De composities zijn over het algemeen minder complex dan we gewend zijn van zijn meesterwerken. Mede daardoor lukt het hem niet om ons het hele album te blijven boeien. Een ander minpunt vind ik de zang van Damian Wilson. Dat hij een goede vocalist is, staat buiten kijf, maar op dit album laat Wakeman hem te veel tegen de grenzen van zijn bereik zingen, waardoor het te vaak geforceerd klinkt.
Het gebruik van het koor heeft een wisselend effect. Soms klinkt het koor als een vreemde, niet altijd zuivere eend in deze metal-bijt. Op andere momenten is het een mooie toevoeging aan de muzikale context.
Dit “Out There” behoort niet tot de top drie die Wakeman heeft voortgebracht, maar mag wel nog net in zijn linker rijtje staan.
Math Lemmen