Hoe je het ook wendt of keert, binnen de geschiedenis van de progressieve rock zijn er bepaalde namen die continu terugkeren bij het beschrijven van bands. Hierbij valt met name te denken aan de bekende bands uit de jaren zeventig, te weten de klassieke paradigma’s Genesis, Yes, Rush, Pink Floyd, King Crimson et cetera. Ook de nieuwe cd van de Amerikaanse groep Ring Of Myth valt niet te beschrijven zonder veelvuldige referentie aan een aantal van deze bands en wel met name Yes en Rush.
Ring Of Myth is in 1990 opgericht door zanger / bassist Danny Flores, die een nieuwe band wilde vormen met als hoofddoel het vervaardigen van muziek met praktisch geen begrenzingen wat betreft stijl of richting. Jammer dat het ensemble op de nieuwe cd “Weeds” niet bepaald gewag maakt van deze doelstelling: ondanks het hoge spelniveau zijn de nummers feitelijk samenraapsels van invloeden van verschillende bands, waarbij sommige stukken akelig dicht parafrasering naderen. Bij sommige gitaarloopjes en zanglijnen ben ik geneigd een greep te doen naar de hoes om te kijken hoe dicht ik al bij de rand ben, maar telkens weer herinner ik me net bijtijds dat ik hier met een compleet andere groep dan Yes van doen heb – theoretisch.
Ook dat zanger Danny Flores het midden probeert te houden tussen de zoetgevooisde stemmen van de twee grootste viswijven van de prog, te weten Jon Anderson en Geddy Lee, doet de muziek niet bepaald goed, daar Flores bij verre na niet het niveau van zijn grote voorbeelden weet te bereiken en af en toe, om niet te zeggen regelmatig, gewoonweg storend staat te kwelen. Voor de rest is het spel van het trio op hoog niveau, in dat opzicht kunnen ze de vergelijking met hun voorbeelden wel ten gunste van eigen aanzien aangaan.
Ook hinderlijk vind ik het dat het de meeste nummers aan een duidelijke structuur ontbreekt, zo vind ik het tweede nummer, Into Phase, wel waanzinnig abrupt afgebroken. Deze afwijkende structurering neemt af en toe zelfs R.I.O.-achtige proporties aan, maar bij goede R.I.O. kan ik me er niet aan storen, daar de hele muziek erop ingericht is. Bij de muziek van Ring Of Myth daarentegen irriteert het wel. Er zit desalniettemin wel een aantal wel degelijk daadwerkelijk fraaie passages in de muziek, ik zou de band tekort doen als ik mijn referentiekader zou beperken tot Rush en Yes, in sommige nummers vind ik bijvoorbeeld een vorm van dynamiek terug die me aan Anekdoten doet denken. Ook passeert ook nog wel eens de oude Genesis de revue, hoewel zeer sporadisch. Ergens weet ik dan ook nog een uiterst muffe nasmaak van King Crimson te ontwaren, die zich, samen met de invloed van petekind Anekdoten, vooral manifesteert in de af en toe maniakale instrumentale stukken, luister hiervoor bijvoorbeeld eens naar het Rush celebratieve Blue Stem, dat qua tekst ook kan wedijveren met de concepten van Neil Peart. En hoor ik daar vrijwel aan het einde niet de priesters van Syrinx krijsen?
Deze plaat is op een zeer typische manier gemixt en geproduceerd, niet alleen muzikaal maar ook qua geluid wil de band de jaren zeventig schijnbaar zo dicht mogelijk naderen. Verwacht dus doffe hak-tak-drums, een gedateerd galmend gitaargeluid, et cetera. Persoonlijk kan ik me een goede portie retro-prog goed laten smaken, ik vind het werk van bands als Black Bonzo, Liquid Scarlet en Magic Pie niet te versmaden, maar bij deze plaat is de afkomst van de mosterd gewoonweg té duidelijk te achterhalen.
Concluderend zal ik helaas deze plaat onvoldoende moeten duiden, omdat het op ergerlijke wijze aan originaliteit ontbreekt, de nummers vaak gebrek hebben aan herkenbare structuur en de zang regelmatig daadwerkelijk tergend is. Ik vind het werkelijk jammer dat muzikanten die duidelijk demonstreren de kneepjes van het musiceren in hun vingers te hebben, zich toch trachten te evenaren aan bands die al te vaak gekopieerd zijn. Een afrader dus: deze plaat is, ondanks het hoge Yes-gehalte, een no-no.
Christopher Cusack