De naam Ron Geesin zal hoogstwaarschijnlijk niet bij heel veel lezers van dit digitaal periodiekje een belletje doen rinkelen. Toch heeft de excentrieke Schot tijdens zijn ruim veertig jaar durende carrière een zeer behoorlijke staat van dienst opgebouwd. Hij debuteert namelijk al in 1967 met “A Raise Of Eyebrows”, maar breekt pas naar een groter publiek door wanneer hij met Roger Waters in 1970 de filmmuziek voor Roy Battersby’s documentaire “The Body” opneemt. De soundtrack resulteert vervolgens in een nieuwe samenwerking met de bassist wanneer hij Pink Floyd helpt met het construeren van het titelnummer van “Atom Heart Mother”.
Hoewel Geesin sindsdien een meer dan aanzienlijke discografie opbouwt, blijft zijn naam nu nog altijd onlosmakelijk verbonden met zijn compositorische bijdrage aan deze plaat, Pink Floyds eerste nummer één in Engeland. Toch waagt Geesin met zijn nieuwste album “RonCycle1 (The Journey Of A Melody)” een nieuwe poging om onder deze eeuwige referentie vandaan te komen. Met “dit monster uit de diepte”, zoals hij zelf zijn meest recente werk noemt, is de multi-instrumentalist immers al sinds 1986 in de weer. Dat het maar liefst vijfentwintig jaar duurt vooraleer dit monster daadwerkelijk uit het water te voorschijn komt, heeft echter vooral te maken met zijn twijfel over de vorm van het hele project.
“The Journey Of A Melody” bevat een lang, doorlopend muziekstuk van meer dan vijftig minuten, dat uit zestien verschillende secties is opgebouwd. Ondanks dat deze losse stukjes muziek qua speelduur tussen meer dan één minuut en ruim zes minuten fluctueren, wordt de homogeniteit van de plaat gelukkig nergens in gevaar gebracht. De muziek kan ruwweg worden omschreven als een even avontuurlijk als merkwaardig mengsel van allerlei uiteenlopende genres, waaronder avant-garde, elektronica, filmmuziek, folk, jazz, (neo)klassiek, krautrock, musique concrète, progressieve rock en psychedelische rock.
Omdat de buitenissige Brit zich met een opvallend luchthartige en onorthodoxe benadering door de suite baant, blijven verafschuwde termen als pretentieus en zelfverheerlijking echter gelukkig achterwege. Ron Geesin kan hierdoor naar hartenlust experimenteren met allerlei meeslepende en vaak moeilijke melodieën en melodielijnen, die hij met haast ontelbare instrumenten, elektronica en tapemanipulaties vorm probeert te geven. Stukjes zang en diverse stemsamples complementeren dit rijkelijk geschakeerde geheel.
Tijdens deze ruim vijftig minuten durende reis passeren diverse elementen en invloeden uit Geesins lange loopbaan de revue, zodat de luisteraar vrijwel voortdurend in de tijd heen en weer geslingerd wordt. Het vijfentwintig jaar geleden opgestarte “The Journey Of A Melody” is dan ook zowel een testimonium voor de langlevendheid als doorzettingsvermogen van deze Schot. Wat mij betreft is het nu wachten op “RonCycle2”, dat naar eigen zeggen “The Journey Of A Rhythm” zal heten.
Frans Schmidt