Om de zoveel tijd springt er weer eens een topband uit de symfonische koker waarvan je denkt: “Tja, zo heb ik ze de laatste tijd niet meer gehoord”. Saga is zo’n band, die in de jaren zeventig van de vorige eeuw het moederland Canada verliet om met hun symfonische muziek het Europese continent te veroveren. Na Yes, Genesis en Pink Floyd, die al jaren het monopolie van deze stroming beheersten, kwam Saga zich als groentje meten met de oude rotten.
Mijn eerste kennismaking met Saga was omstreeks 1979 toen het album “Images At Twilight” zojuist was verschenen. Lopend door de Venestraat in Den Haag galmde het nummer It’s Time door een platenzaak. Een up-tempo nummer met krachtige zang van Michael Sadler trok mijn aandacht. Zoiets had ik nog nooit gehoord. Neem mij niet kwalijk als het vorengaande klinkt als een spannend jongensboek maar het moment is mij altijd bijgebleven. De albums “Saga (1978) en “Images At Twilight” (1979) zijn min of meer geruisloos voorbij gegaan maar “Silent Knight”, dat in 1980 werd uitgebracht, deed de kassa rinkelen voor de jongens uit Toronto. Een spetterende Europese tour (o.a. Jaap Eedenhal in Amsterdam) begin jaren tachtig deed velen kennis maken met deze technisch perfecte spelende band.
Maar waarom sloeg “Silent Knight” zo aan bij mij? Ik denk dat het te maken heeft met het feit dat Saga op dat moment domweg op artistieke hoogtepunt van hun carrière zaten. De goed uitgebalanceerde composities hebben een hoogwaardig symfogehalte waarbij aangetekend moet worden dat Jim Crichton het brein vormt achter de technische snufjes en concept van de composities.
“Silent Knight” opent met de klassieker Don’t Be Late. Het nummer handelt over een persoon die met zijn koffertje over straat rent en op een bepaalde tijd ergens moet zijn en absoluut niet te laat mag komen. Het nummer heeft een voortreffelijke opbouw waarbij het samenspel tussen gitaar en toetsen een unieke combinatie voorschotelt. De indringende stem van Michael Sadler laat je ook niet onberoerd. Halverwege wordt een versnelling ingezet, waarbij de gitaar zich langzaam opwerkt van lage naar hoge tonen. Don’t Be Late wordt bij liveconcerten van Saga nog immer gespeeld. Het is ook één van de nummers waarvan het publiek verwà cht dat het wordt gespeeld. What’s It Gonna Be opent up-tempo en heeft op bepaalde passages een stem aan de telefoon gemonteerd. Op de volgende cd “Worlds Apart” werd het integreren van dagelijkse geluiden nog eens dunnetjes overgedaan. Een wervelend nummer dat een ontroerend eind kent. Time To Go en Compromise zijn gezapiger nummers met een herkenbare melodielijn die nog lang in je hoofd blijven nazoemen. Dan ben je halverwege de cd en wordt het allemaal nog een stukje mooier. De diverse synthesizergeluiden op (You’ve Got) Too Much to Lose (Chapter VII) en Help Me Out leggen de basis voor prachtige nummers met strakke gitaarpartijen. Vooral Help Me Out met pompend baswerk en aangenaam in het gehoor liggende coupletten is een van de hoogtepunten van de cd. Someone Should is een buitenbeentje en kon mij toen (en nog steeds) niet echt bekoren. Een wat rommelig nummer dat volgens mij als een vuller is opgenomen. De afsluiter Careful Where You Step is van grote klasse en wordt evenals Dont’t Be Late nog steeds live gespeeld en meestal ook als afsluiter van het optreden.
Saga is een band die al geruime tijd fantastische albums maakt en om de drie jaar een verkorte Europese tour afwerkt. Het hoogtepunt hebben ze achter de rug en na enige interne strubbelingen in de jaren negentig zijn ze toch weer in de vertrouwde originele samenstelling nog steeds cd’s aan het maken.
Ruud Stoker