Conceptalbums zijn eigenlijk al vanaf het begin een gebruikelijk gezicht binnen progressieve rock. Het mooie van dit soort albums is dat de nummers nauw met elkaar samenhangen, zowel muzikaal als conceptueel. Met dit tweede deel vervolgt Sailor Free een ingewikkeld verhaal over Entropia: een machine die gratis energie kan produceren. Op papier is dit concept nogal sullig, maar dat hoeft de vertaalslag naar goede muziek niet in de weg te staan. Dat bewijst dit album maar weer.
Over het algemeen biedt dit album toegankelijke, progressieve hardrock met hier en daar jazzy accenten. De band slaagt erin om een spannende, bijna paranoïde sfeer neer te zetten. Ze maken ook slim gebruik van intermezzo’s om deze sfeerzetting te versterken. Nummers als Society en Cosmos zijn weliswaar niet de meest coherente composities, ze zijn wel erg onheilspellend.
Vergeleken met het vorige album lijkt de band hier iets meer kansen te nemen. De muziek is interessanter, ondanks dat ze minder de noodzaak voelen om te imponeren met scheurende gitaarpartijen. Bij het eerste deel had ik dat trucje halverwege al wel gehoord. Dit tweede deel is minder fragmentarisch, wat subtieler en vooral heel wat minder geforceerd. De band lijkt opgemerkt te hebben dat het melancholische Daeron het meest geslaagde nummer was op het vorige album. Ze zetten die lijn hier voort.
De manier waarop dit album opent, is daarnaast opvallend goed. De wijze waarop The Maze Of Babylon na de sereniteit van Spirtual Overture II ineens overgaat op jazzy hardrock, doet erg denken aan King Crimson. Oké, Sailor Free is daarmee nog steeds niet de meest originele band, maar met de muziek zit het wel goed. The Maze Of Babylon rockt, maar heeft ook veel finesse. De luisteraar wordt hierdoor gelijk in de muziek gezogen. Een nummer als Amazing overtuigt dan wat minder. Het arrangement is net iets te makkelijk. Het nummer kabbelt te veel. Het luistert lekker weg in de context van het album, maar meer doet het ook niet. Gelukkig zijn alle nummers daarna van hoog niveau. Zo gaat Revolutionairy Soul als een nachtkaarsje uit, waardoor de opgebouwde spanning niet wordt ontladen. Muzikaal voelt dit aan als een film met een open einde. Je maakt het album in je hoofd af. Een passende conclusie.
Desondanks zie ik ook nog wat minpunten. Tekstueel gezien overtuigt het concept totaal niet. De teksten ontstijgen nog maar net het niveau van een Sinterklaasrijm. Hoewel sommige progrockbands nog slechtere teksten schrijven, is het de enige echte smet op dit album. De zang van Petrosino vind ik daarnaast ook wel eens wat dun overkomen, maar dit wekt nauwelijks irritatie op.
De muziek op “Spiritual Revolution Part Two” is toegankelijk, maar ook interessant door het paranoïde sfeertje. Hoewel het concept tekstueel een stuk beter in elkaar gestoken kon worden, stelt dit album geenszins teleur. De band lijkt geleerd te hebben van het vorige album. Alhoewel! Ze vermelden nog steeds dat ze geïnspireerd zijn geweest door de Silmarillion van Tolkien. Doe dat in het vervolg nou niet…