Sanguine Hum

Now We Have Power

Info
Uitgekomen in: 2018
Land van herkomst:  Verenigd Koninkrijk
Label: Bad Elephant Music
Website: https://www.sanguinehum.com/
Luisteren kan je hier:  https://sanguinehum.bandcamp.com/
Tracklist
The View Part 1 (4:15)
The View Part 2  (5:29)Skydive (5:44)
Retreat (0:34)
Speak To Us (5:39)
Devachan Don (7:22)
Pen! Paper! Pen! Paper! (1:47)
Flying Bridge (1:37)
Bedhead (5:49)
Quiet Rejoicing (4:36)
Speech Day (4:35)
A Tall Tale (4:32)
Flight Of The Uberloon (4:47)
Swansong (5:29)
Matt Baber: soundscapes, toetsen
Brad Waissman: basgitaar
Joff Winks: gitaar, zang

Met medewerking van:
Mark Kesel: trompet
Paul Malyon: drums
Kimara Sajn: zang
Now We Have Power (2018)
What We Ask Is What We Begin (2016)
Now We Have Light (2015)
Live In America (DVD) (2014)
The Weight Of The World (2013)
Diving Bell (2012)

In 2015 bracht Sanguine Hum “Now We Have Light” uit, dat lovende kritieken kreeg. All About Jazz Magazine noemde deze dubbel cd  ‘a masterpiece’. We kunnen dan wel een beetje duiden in welke hoek van de prog we deze Britse band kunnen zoeken. Zeker niet bij de metalgrootheden en symfonische rock lijkt evenzeer uitgesloten. De opvolger is getiteld “Now We Have Power” en het verhaal van hoofdpersoon Don door een surrealistisch tekstueel en muzikaal landschap krijgt een vervolg.

Hoewel de nummers niet overdreven lang zijn, nemen zanger en gitarist Joff Winks en zijn kompanen alle tijd om de subtiele composities in elkaar te zetten en voor een zorgvuldige opbouw te zorgen. Nergens vliegt de muziek uit de bocht en hoewel de ritmes nu en dan tegendraads zijn (de Canterbury achtergrond verloochent zich niet) en de geluidseffecten niet van de lucht zijn ademt het gebodene een aangename rust uit.

Een pianostukje inviteert Joff Winks heel snel zijn stem voor het eerst te laten horen. Winks’ wat hoge geluid omarmt de luisteraar en in combinatie met het ontspannen, doch wervelende toetsenspel van Matt Baber gaat er een bedwelmende werking van uit. Dit toetsenspel in combinatie met het niet op de voorgrond tredende maar wel nadrukkelijk aanwezige gitaarspel van Winks levert een fraaie pastorale passage op die sterk aan Genesis doet denken. We hebben de eerste portie geluidseffecten dan al achter de rug. Baber mag helemaal los op het instrumentale Skydive. De klavieren lijken alle kanten op te vliegen, maar het blijft toch keurig binnen het betamelijke. Een kort intermezzo van piano luidt een interessant, iets steviger duet tussen toetsen en gitaar op Speak To Us, met een fraaie solo van Baber op synth.
Een goed voorbeeld van de zorgvuldige opbouw van de nummers is Dechavan Don. Het begint ontspannen met zang en piano, waar de rest van de band zich gaandeweg bij aansluit. Winks laat zowaar iets horen dat op een gitaarsolo lijkt, deze moeten we met een lantaarntje zoeken, en die een van de meest stevige stukken van de schijf veroorzaakt. Dan krijgt de piano weer even het podium als aanzet  voor de grande finale: een prettige kakofonie van toetsen. Dat waren zeven aangename minuten!

Een blokje met meer jazzy ritmes, geluidseffecten en gekke geluiden fungeert een beetje als scheiding tussen twee porties van zes nummers, maar ook hier blijft het beschaafd.

Terug dan naar het pastorale in Bedhead, waar ik Sanguine Hum op zijn mooist vind klinken, zeker als gastspeler Mark Kesel op trompet een melodieuze duit in het zakje doet. Nu we het toch over gastspelers hebben: mede-oprichter Paul Malyon is weer terug op het oude nest. Hij beroert de stokken en geeft de muziek hier een aangename groove mee. De Britten hebben duidelijk geen haast, maar Speech Day lijkt een aantal toeren te langzaam afgespeelde plaat, wat nog een smakelijke slow hand gitaarsolo oplevert. Kimara Sajn verzorgt al zingend een gastoptreden. Het is geen verademing om de zang van Winks even te missen, die verveelt niet, maar als afwisseling is het toch welkom om een ander geluid te horen. Gentle Giant lijkt even gezellig op de thee te zijn geweest, waarna besloten is het nummer A Tall Tale op te nemen, terwijl Jeff de gasten uitlaat. Dan gaan we toch echt een beetje richting rock, met een jazzy randje. Kesel mag nog een keer zijn warme klanken laten horen, wat kan een trompet toch mooi klinken!

Op slotstuk Swansong borduren de heren  Hum weer een bont stukje patchwork in pasteltinten, totdat het gezelschap op het einde toch echt even uit de bocht dreigt te vliegen. Het tempo wordt opgeschroefd en een  beetje georganiseerde chaos luidt het slotakkoord in.

Collega recensent Math Lemmen sprak bij de bespreking van “Now We Have Light” van een onderdompeling in een bad van lieflijke relaxte schoonheid, een weldaad voor oor en geest. Voor wat betreft “Now We Have Power” kan ik me bij zijn woorden aansluiten. Sanguine Hum verzorgt op het slotfeest het vuurwerk. Dit gaat niet gepaard met voetzoekers, donderslagen en illegale knallen die het gehoor teisteren, maar het is siervuurwerk wat de klok slaat. Prachtige kleuren en vormen zorgen voor een feeërieke sfeer die de toeschouwers regelmatig de nodige ohhh’s en ahhh’s ontlokt.

Fred Nieuwesteeg
Koop bij bol.com

Send this to a friend