De uit Bochum (Duitsland) afkomstige gitarist/toetsenist Derk Akkerman is al sinds 1981 in de weer met de progressieve hardrockband Saris, z’n troetelkindje. Toch is het hier besproken “Beyond The Rainbow” pas album nummer vijf van de band. Het laat zich dan ook raden dat hij de nodige ups en downs met Saris heeft meegemaakt.
Zo treedt Saris in het begin van z’n bestaan veelvuldig op maar door onenigheid over ondermeer de koers van het op handen zijnde debuutalbum valt de band uiteen. Jaren later, het is dan 1992, richt Akkerman met andere muzikanten Saris opnieuw op en een jaar later verschijnt dan eindelijk het eerste album, “Dead End Street”. Vervolgens gaat Saris wéér op zijn gat. Ditmaal duurt de stilte echter dertien jaar waarna Akkerman uiteindelijk weer een sterke band weet te formeren. In 2009 verschijnt “Curse Of Time” en alles lijkt koek en ei. Helaas slaat het noodlot toe als de drummer vlak na de release overlijdt en ook hun toenmalige leadzanger wil een stapje terug doen door in de toekomst alleen nog maar achtergrondzang te gaan verzorgen. Akkerman rekruteert twee nieuwe bandleden en geeft Saris voor de zoveelste keer een doorstart. Vanaf dat moment blijft de bezetting ongewijzigd en is er sprake van een waar dreamteam. Naast Akkerman op gitaar en toetsen zijn daar zanger Henrik Wager, zangeres Anja Günther, bassist Lutz Günther en drummer Jens Beckmann. “Until We Have Faces”(2014) en “Ghosts Of Yesterday”(2017) verschijnen en ook op het nieuwe album geeft men acte de presence.
Een geschiedenislesje, oké. Wat ik maar duidelijk wil maken: Akkerman is een bijtertje die, gedreven door z’n hartstocht, Saris het beste geeft wat mogelijk is. Neem bijvoorbeeld zanger Wager, de man die van origine Brit is en met z’n geschoolde stem internationaal werk heeft. Wager klinkt enigszins theatraal en lees dat alstublieft niet als musical-achtig, ondanks dat hij daarin nogal vaak van de partij was. Hij heeft geen jubelende expressie, is geen galmbak con molto vibrato. Wager heeft in de persoon van Anja Günther een uitstekende zangeres om zich heen die met haar heldere stem voor menig attractief moment zorgt zo samen met Wager. Het resultaat is dat er soms een Nightwish, Within Temptation-achtige sfeer valt te bespeuren en in geval van Avalon gaat het gevoel overduidelijk richting Ayreon. Het hele album is royaal in de samenzang gezet door zes achtergrondzangers en -zangeressen. Het siert Akkerman dan ook dat de muziek nergens klinkt als een tonale pot honing al zullen de meningen daarover verdeeld zijn. Een ander dingetje zijn de pakkende refreinen. Ik zeg dat deze geen gelikte oorwurmen zijn, maar op een integere manier memorabel.
Muzikaal komt het ook allemaal uit een goed hart en mag je je verzekeren van 62 minuten rechtschapen muziek. Saris laat een eerlijke mengeling horen van hardrock, AOR en neo-prog. Het album bevat tien nummers waar de onderlinge variatie weliswaar niet bijzonder groot is, binnen de nummers gebeurt een heleboel waar je blij van wordt. Dat is bijvoorbeeld te horen in Time Machine dat spacey synthesizers kent naast bombastische akkoorden en een smaakvolle gitaarsolo. Het is het meest wervelende stuk van de plaat, terwijl het daarop volgende Oblivion zich laat gelden als het meest toegankelijke. Vergis je echter niet; het slot is een daverende gamechanger met drummer Jens Beckmann in de hoofdrol. In het epische titelnummer ligt het accent op het melodieuze gitaarspel van Akkerman en in Orphan ligt de focus op het fraaie toetsenwerk dat een voorliefde verraadt voor klassieke muziek.
Saris weet al z’n items sterk aaneen te schakelen. Na twee aardige nummers duikt het album z’n finale in, waarbij ik wil opmerken dat de muziek het beste tot zijn recht komt als de cd in zijn geheel gesoupeerd wordt. Je voelt een bepaalde flow in het album zitten. Deze heeft uiteraard alles te maken met het thema van de plaat, allerlei vormen van lotsbeschikking in het leven. Heaven’s Gate is een stuk dat gedragen wordt door vol basspel richting Pallas en Away From You brengt een lekkere 6/8ste zwier in het geheel aan. Met de daadwerkelijke afsluiter Infinity gaat iedereen uit z’n dak. De intensiteit is er groot en de gelaagdheid gaat diep. Het is boeiend om neoprog te horen met de touch van een op hol geslagen horde paarden.
“Beyond The Rainbow” is een album om niet uitgepraat over te raken. Voor de goede orde ga ik er dan toch maar een puntje achter zetten.